2 Koninkrijkshymne (II) God is gekomen, God is Koning

1

Op dit heerlijke moment, in deze opwindende tijd,

weerklinkt de lof overal, boven in de hemel en beneden op aarde. Wie wordt hiervan niet opgetogen?

Wiens hart wordt hier niet door verlicht? Wie is bij deze aanblik niet tot tranen toe geroerd?

De hemel is niet langer de hemel van voorheen, het is de hemel van het koninkrijk geworden;

de aarde is niet meer de aarde van voorheen, het is het heilige land geworden.

Na een hevige regenbui wordt de viezige oude wereld volledig herschapen.


2

De bergen veranderen … De wateren veranderen …

Ook de mensen veranderen … Alles verandert …

O, jullie zwijgende bergen! Sta op en dans voor mij!

O, jullie stille wateren! Stroom vrijelijk verder!

Jullie, mannen die dromen dromen! Kom in actie en zet de achtervolging in!

Ik ben gekomen … En ik ben Koning …

De hele mensheid zal met eigen ogen mijn gezicht zien, met eigen oren mijn stem horen,

en zelf het leven in het koninkrijk leven …

Hoe zoet … Hoe heerlijk …

Onvergetelijk … Onmogelijk te vergeten …


3

De grote rode draak worstelt onder mijn brandende woede;

duivels tonen hun ware gedaante onder mijn majesteitelijk oordeel;

alle mensen zijn diep beschaamd onder mijn strenge woorden en kunnen zich nergens verbergen.

Ze denken terug aan het verleden, toen ze mij bespotten en belachelijk maakten.

Nooit was er een tijd waarin ze niet pronkten, nooit was er een tijd waarin ze me niet tartten.

Wie laat er dan vandaag geen tranen? Wie maakt zichzelf dan geen verwijten?

De hele universum-wereld is vol geween …

Vol gejuich … Vol lachende stemmen …

Verrukking zonder weerga … Verrukking die haar weerga niet kent …


4

Een kleine regen druppelt zachtjes … zware vlokken dwarrelende sneeuw …

In de mensen vermengen zich droefenis en blijdschap … sommigen lachen …

sommigen huilen … Sommigen jubelen …

Alsof iedereen vergeten is … of dit een lente is vol regen en wolken,

een zomer van bloemen die uitbundig ontluiken, een herfst met rijke oogsten,

of een winter zo koud als vorst en ijs, niemand die het weet …

Langs de hemel drijven wolken, op aarde kolken de oceanen.

De zonen zwaaien … De mensen dansen …

De engelen werken … De engelen hoeden …

De mensen op aarde zijn druk doende, en alle dingen op aarde vermenigvuldigen zich.


Naar Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Gods woorden aan het hele universum, Koninkrijkshymne‌

Vorige: 1 Koninkrijkshymne‌ (I)‌ Het‌ ‌koninkrijk‌ ‌daalt‌ ‌neer‌ ‌op‌ ‌de‌ wereld‌

Volgende: 3 Lofzang op het koninkrijk (III) Iedereen, juich van vreugde

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

476 Wat de jeugd moet nastreven

Vers 1Wat de jeugd niet hebben moet,is vooroordeel en bedrog.De jeugd moet niet handelenop een wijze die gruwelijk en vernietigend is.Ze...

Instellingen

  • Tekst
  • Thema's

Effen kleuren

Thema's

Lettertype

Lettergrootte

Regelruimte

Regelruimte

Paginabreedte

Inhoud

Zoeken

  • Zoeken in deze tekst
  • Zoeken in dit boek

Neem contact op via Messenger