God is met mij: een wonder te midden van wanhoop

25 juni 2019

Door Zhao Zhihan, China

Tijdens onze reis door het leven ervaart ieder van ons buitengewone gebeurtenissen die in ons geheugen worden gegrift en we nooit meer zullen vergeten. De ervaring die de meeste indruk op me maakte, was toen mijn man betrokken was bij een auto-ongeluk en niemand wist of hij het zou overleven of niet, en de dagen erna, toen ik me volkomen hopeloos voelde en aan het eind van mijn latijn. Wat de gebeurtenis voor mij anders maakte, was dat ik, omdat God bij me was en Hij me leidde, steun had en dat ik door tot God te bidden en op Hem te vertrouwen in het diepst van mijn wanhoop getuige van een wonder was. Tijdens deze rampzalige tijd verwierf ik meer begrip over Gods gezag en soevereiniteit, en werkelijke waardering voor Gods liefde …

Op de avond van 13 augustus 2014 was ik op weg naar huis na enkele klusjes te hebben gedaan en was het bijna middernacht. Net toen ik de gemeenschappelijke poort opendeed, werd ik onverwachts tegengehouden door mijn oudste zus en haar man en de man van mijn tweede zus. Ik vond dat heel vreemd: wat deden ze daar allemaal zo laat? Voordat ik er nog langer over na kon denken, rende mijn oudste zuster op me af en zei huilend: “Zhihan, waar ben je in vredesnaam geweest? We maakten ons heel veel zorgen. Je man is betrokken bij een auto-ongeluk. Onze broer heeft gebeld, hij wil dat je onmiddellijk naar het ziekenhuis gaat.” Toen ik zo plotseling dit slechte nieuws hoorde, kon ik eenvoudig mijn oren niet geloven en bleef als verdoofd staan. Ik dacht bij mezelf: mijn man is betrokken bij een auto-ongeluk? Hoe kan dat nou? Rond het avondeten was hij nog met onze zoon aan de telefoon …Mijn twee zwagers vertelden me toen hoe het auto-ongeluk had plaatsgevonden en wat de dokters hadden gezegd, dat mijn man in ernstige toestand verkeerde en dat zelfs als hij het geluk had het ongeluk te overleven, er 99% kans bestond dat hij hersendood zou zijn … Terwijl ik luisterde huilde ik ontroostbaar en dacht dat de hemel boven me zou instorten. Ik had geen idee hoe ik dit alles aan zou kunnen.

Omdat het zo laat was, kostte het wat tijd een taxi te vinden die ons naar het stadsziekenhuis zou kunnen brengen. Dat maakte me nog hysterischer en ik maakte me zorgen dat ik mijn man nooit meer levend zou zien. Net toen ik me overstelpt voelde en in paniek raakte, dacht ik plotseling aan het verhaal van Job, zoals dat is vastgelegd in de Bijbel. Toen hij werd getroffen door beproevingen werd al zijn eigendom gestolen, kwamen zijn kinderen ongelukkig aan hun einde en werd hijzelf overdekt met afschuwelijke zweren. Hoewel zijn beproeving Job veel pijn en angst bezorgden, had hij God in zijn hart en koos hij ervoor liever de dag van zijn eigen geboorte te vervloeken dan dat hij zondig zou spreken. Hij was absoluut gehoorzaam aan God, of God nu gaf of nam. Job uitte geen woord van klacht maar prees de naam van Jehova en legde welluidend getuigenis voor God af. En dus bad ik gehaast tot God: “Oh God! Toen ik hoorde over het auto-ongeluk van mijn man was ik met stomheid geslagen en voelde ik me helemaal in de war, en ik weet niet hoe het nu met hem is. Maar wanneer ik eraan denk hoe Job u vereerde en gehoorzaamde begrijp ik dat ik moet proberen zoals hij te zijn en geloof in u te hebben. Oh God! Alle dingen zijn in uw handen, en of er nu wel of geen hoop bestaat dat mijn man beter wordt, vraag ik u mijn hart ervan te weerhouden u de schuld te geven. Ik wil me onderwerpen aan uw orkestraties en regelingen, en leg mijn man in uw handen.” Nadat ik had gebeden kwam mijn hart geleidelijk tot rust.

Daarna vond mijn zwager een taxi en reden we met hoge snelheid naar het hospitaal. Tegen die tijd was het al vijf uur ‘s morgens en was mijn man op de intensive care opgenomen. Ik vond snel een dokter en vroeg naar de toestand van mijn man. De dokter zei berustend: “De verwondingen van de patiënt zijn te ernstig. Als hij het geluk heeft het te overleven, bestaat er een kans van 99% dat hij hersendood zal zijn. U moet zichzelf op alles voorbereiden en minstens 200.000 yuan zien te vinden voor de medische kosten.” Toen ik dit hoorde, viel ik bijna flauw. Ik maakte me vreselijk zorgen: “Het is onzeker dat mijn man het zal overleven en de medische kosten zullen zo hoog zijn. Als het geval wil dat zijn behandeling niet werkt, dan verlies ik niet alleen mijn man, maar besteed ik ook al dat geld voor niets. Hoe kunnen mijn zoon en ik het redden zonder een broodwinner in ons gezin? Wanneer mijn man echt hersendood wordt, hoe houd ik dan het gezin draaiende?” Ik voelde op dat moment een enorm gewicht op me neerdrukken, het drukte me zo hard neer dat ik niet kon ademen. Ik voelde me totaal hulpeloos en wist niet wat ik moest doen. Alles werd zwart voor mijn ogen en ik zeeg slap tegen de muur neer.

In mijn hulpeloze toestand kon ik alleen nog maar mijn pijn uitstorten voor God. En dus bad ik tot God en zei: “Oh God! Mijn gestalte is zo klein. Ik ben nu me dit is overkomen zo zwak en ik weet niet wat ik moet doen. Oh God! Verlicht en leid me alstublieft.” Na te hebben gebeden dacht ik aan Gods woorden: “Net als alle dingen, ontvangt de mens rustig en onbewust de voeding van de zoetheid en de regen en dauw van God. Net als alle dingen, leeft de mens onbewust onder de orkestratie van Gods hand. Hart en geest van de mens zijn in Gods hand en al het leven van de mens wordt door Gods ogen aanschouwd. Of je dit nu gelooft of niet, alle dingen, of ze nu levend of dood zijn, zullen verplaatsen, veranderen, vernieuwen en verdwijnen in overeenstemming met Gods gedachten. Zo regeert God over alle dingen(‘God is de bron van het leven van de mens’). Ja, God heeft de hemel en de aarde en alle dingen geschapen en Hij heeft ons ook het leven gegeven. God voorziet ons van alles wat we nodig hebben en Hij bepaalt en regelt het lot van ieder van ons. Nog meer liggen leven en dood in Zijn handen, want dit is Gods gezag. Een schepsel zoals ik heeft geen controle over haar toekomst en lot, ik moet dus alles in Gods handen leggen en me overgeven aan Zijn soevereiniteit en regelingen. Toen dacht ik aan de tijd dat Mozes de Israëlieten uit Egypte leidde. Toen ze in de woestijn kwamen en niets te eten hadden, liet Jehova manna uit de hemel neerdalen en zorgde ervoor dat ze kwartels konden eten. Hij beloofde hen dat Hij hen elke dag voldoende te eten zou geven. Toch hadden sommigen geen geloof in God en waren bang dat ze de volgende dag geen eten zouden hebben. En dus bewaarden ze wat manna voor de volgende dag. Toen echter de volgende dag aanbrak, kwamen ze er achter dat het manna niet langer eetbaar was. Hieruit begreep ik dat God de Schepper is die de mensheid bevoorraadt en voedt, en dat zolang we oprecht in Hem geloven en Hem gehoorzamen, Zijn voorziening voor ons nooit op zal drogen. En toch hebben de mensen geen vertrouwen in God, maken zich altijd zorgen over hun toekomst en smeden plannen die hun eigen belangen dienen. Op dit punt realiseerde ik me door over mezelf na te denken dat ik geen werkelijk vertrouwen in God had en ik me altijd zorgen maakte en me angstig voelde over mijn toekomstig leven. Dit kon niet alleen mijn problemen niet oplossen, maar verhevigde zelfs de druk en last die ik voelde. Toen ik hierover nadacht bad ik tot God en legde het toekomstige leven van mijn gezin in Zijn handen. Wat God ook deed, zei ik in mijn gebed, ik wilde me alleen maar kunnen onderwerpen aan Zijn soevereiniteit en regelingen. Precies op dat moment werden de druk en spanning die ik voelde een beetje verlicht.

Ik betrad de intensive care en zag mijn man. Omdat hij een schedelbreuk had, bleef er bloed uit zijn beide oren druppelen. Hij had ook drie gebroken ribben, z’n rechterdijbeen was gebroken, alle tenen van zijn linkervoet waren gebroken, zijn beide longen waren beschadigd en het grootste deel van zijn lichaam was bont en blauw van de kneuzingen. Ik dacht eraan dat mijn man gistermorgen zo blij was geweest en hoe hij gisteravond onze zoon had gebeld, en nu zag hij er zo uit … Hoe meer ik erover nadacht, hoe meer ik de pijn mijn hart voelde doorboren.

Op de derde dag na het ongeluk verslechterde de toestand van mijn man plotseling. Zijn ademhaling werd oppervlakkig en zijn gezicht begon er wasachtig uit te zien, alsof hij op het punt stond te overlijden. Toen mijn familieleden mijn man zagen begonnen ze te huilen en zeiden dat hij het einde van de dag misschien niet zou halen. Ervan overtuigd dat mijn man ons zou verlaten, werd mijn hart verscheurd door verdriet en leed ik extreme pijn. Op dat moment zag ik in hoe onbeduidend mensen zijn, en hoe hulpeloos en machteloos we zijn tegenover ziekte. Ik kon alleen nog maar stilletjes tot God bidden, mijn hoop op Hem vestigen en mijn man aan Hem toevertrouwen. Op dat ogenblik dacht ik aan een lofzang: ‘Gods wegen kunnen niet doorgrond worden’ waarin wordt gezegd: “U overspant de hemel en de aarde, wie kent het kompas van uw daden? Wij zien maar een korrel op een zanderig strand, wachten stil tot uw beschikking.” Ik neuriede dit lied zachtjes in mijn hart en begreep dat God de Schepper is, dat Hij over alle dingen heerst en alles beheert, dat God leven, dood, ziekte en ouderdom voorbestemt, alsook de regels die de veranderingen van alle dingen bepalen, en dat niemand ze kan wijzigen, laat staan ze breken. Toen de Heer Jezus Zijn werken uitvoerde, sprak Hij slechts één vermanend woord tot de wind en de zee en ze kalmeerden al. Met één woord sommeerde de Heer Jezus Lazarus uit zijn graf te komen en hij kwam weer tot leven na vier dagen dood te zijn geweest. God bewaart de sleutels tot de hel en houdt het leven en de dood van de mensheid in Zijn hand. Alleen God kan mensen weer tot leven wekken, van niets iets maken en van iets niets – het gezag van God kan niet worden afgemeten! Terwijl ik nadacht over Gods daden, vond ik mijn vertrouwen in God en kwam ik tot de overtuiging dat alle dingen in Gods handen waren. Of mijn man nu wel of niet nog tot bewustzijn zou komen en tot op welke hoogte zijn verwondingen zouden genezen was aan God. Ik bad vervolgens tot God, vertrouwde mijn man aan Hem toe en was bereid me te onderwerpen aan al Gods regelingen.

Op de morgen van de vierde dag kwamen mijn zoon en ik naar de intensive care en vroegen een verpleegkundige naar de toestand van mijn man. Ze vertelde dat er geen nieuwe ontwikkelingen waren, maar dat hij een beetje beter was dan voorheen. Ik huilde tranen van blijdschap en bood God in stilte mijn dank en lof.

Er was een week voorbij gegaan en mijn man was niet bij bewustzijn gekomen. De dokter zei me: “Omdat je echtgenoot nog niet bij bewustzijn is gekomen, moeten we hem overbrengen naar een ander ziekenhuis voor een operatie. Je zult voor de operatie nog eens enkele honderdduizenden yuan moeten zien te vinden.” Terwijl hij sprak, wees hij naar een andere patiënt op de afdeling en zei: “Kijk eens naar hem. Zijn verwondingen zijn niet zo ernstig als die van uw echtgenoot, maar hij wordt nu al meer dan 10 dagen behandeld en zijn zwelling is niet afgenomen en hij is niet bij bewustzijn gekomen. We hebben geen andere keuze dan hem naar een ander ziekenhuis over te brengen.” Toen ik naar de dokter luisterde, wist ik niet wat ik het beste kon doen. Ik maakte me zorgen dat mijn man hersendood zou raken, en ik wist niet waar ik het geld vandaan zou moeten halen om zijn operatie te kunnen betalen. Op dat moment betaalde ik de ziekenhuiskosten voor mijn man door rood te gaan staan op mijn creditcard. Wanneer zijn behandeling werd uitgesteld omdat ik geen geld meer had, wat zou ik dan moeten doen? Op dat moment werd ik tegelijkertijd overvallen door zorg, angst, pijn en hulpeloosheid. Ik kon alleen nog maar tot God bidden, mijn hoop op Hem vestigen, alles aan Hem toevertrouwen en vragen om Zijn hulp en leiding.

Op de tiende dag zei de dienstdoende dokter tot me: “Ik zal voor u contact opnemen met het andere ziekenhuis. Als uw echtgenoot niet in de komende twee dagen tot bewustzijn komt, zal hij overgebracht moeten worden. Dit is omdat het dijbeen van uw echtgenoot binnen veertien dagen moet worden geopereerd, anders zal hij permanent gehandicapt blijven. U moet snel voor 400.000 yuan zorgen om voor de operatie te betalen. Het kan echt niet wachten …” Toen ik dit hoorde werd ik ongelofelijk bezorgd en ik had geen idee waar ik zoveel geld zou kunnen lenen. De familie gaf de verkeerspolitie cadeautjes om degene te vinden die tegen mijn man was gebotst, maar dat haalde niets uit. Onze verwanten en vrienden zagen onze situatie en wisten dat we nooit in staat zouden zijn geld terug te betalen en boden ons dus alleen maar troostende woorden. Niemand was bereid ons geld te lenen. De onbetrouwbaarheid van de wereld en van menselijke gevoelens maakte me wanhopig. Huilend bad ik tot God en zei: “Oh God! Alle dingen liggen in uw handen. Hoewel mijn man 10 dagen buiten bewustzijn is, leeft hij nog steeds. Hieruit kan ik opmaken dat u hem beschermt. Maar vandaag wil de dokter dat we hem overbrengen naar een ander ziekenhuis en de operatie zal zo duur zijn. Ik weet werkelijk niet wat ik moet doen. Oh God! Ik vraag u mijn geloof te versterken en me een uitweg te bieden. Wat u ook doet, ik wens het met een gehoorzaam hart te aanvaarden.” Na te hebben gebeden, voelde ik me een beetje rustiger. Gedurende de laatste paar dagen was ik door het gebed dichter bij God gekomen en was ik met mijn eigen ogen getuige geweest van Gods wonderbaarlijke daden. Tegen alle verwachting in leefde mijn man nog, en dit was allemaal te danken aan Gods zorg en bescherming. Ik geloofde dat, zolang ik tot God bleef bidden en op Hem bleef vertrouwen, God me zeker zou leiden. Ik moest op God vertrouwen en niet moedeloos worden en mijn hoop verliezen vanwege een paar kleine tegenslagen, want als ik dit wel deed, hoe zou ik dan Gods werk kunnen ervaren?

Later keerde ik terug naar huis en probeerde wat geld bij elkaar te krijgen. Onverwachts was mijn oom bereid me wat geld te lenen, en beter nog, werd degenen die de botsing had veroorzaakt gevonden. Precies op dat moment belde mijn zoon op en zei opgewonden: “Mamma, pappa is wakker geworden. De dokter zegt dat hij niet meer naar een ander ziekenhuis hoeft te worden overgebracht en dat hij een dag regelt waarop pappa kan worden geopereerd. Kom snel naar het ziekenhuis … ” Terwijl ik naar mijn zoon luisterde, was ik zo blij dat er tranen uit mijn ogen stroomden en mijn verdriet zich mengde met vreugde. In mijn hart bleef ik God danken en Zijn wonderbaarlijke daden prijzen.

Voordat de operatie aan het dijbeen van mijn man werd uitgevoerd, liet de dokter me een vrijwaringsformulier en een kennisgeving levensbedreigende ziekte ondertekenen en vertelde me: “Hoewel uw echtgenoot bij bewustzijn is gekomen, is zijn lichaam vanwege de ernstige aard van zijn verwondingen extreem zwak. Hij moet nu een langdurige operatie ondergaan en als hij het niet kan verdragen zal hij gaan bewegen op de operatietafel. Daarom moet ik hem een algemene verdoving geven. Wanneer we dit doen, lopen we echter het risico dat hij na de operatie niet meer bij bewustzijn komt. We hebben dit vaker zien gebeuren in dit ziekenhuis. Als verwante van de patiënt dient u er heel goed over na te denken of u dit risico wilt nemen, of hem in z’n huidige toestand wilt laten.” Toen de dokter uitgesproken was, bleef ik geplaagd door besluiteloosheid achter. Ik was onzeker en had korte tijd geen idee hoe ik deze beslissing zou kunnen nemen. Toen dacht ik eraan hoe mijn man door deze laatste 10 dagen in het ziekenhuis was gekomen zonder al te veel gevaar te hebben gelopen. Niet alleen bleek het niet nodig hem naar een ander ziekenhuis over te brengen, ook was hij voorafgaande aan de operatie wakker geworden – waren dit niet de wonderbaarlijke daden van God geweest? Dit terwijl de patiënt die niet zo ernstig gewond was als mijn man nog steeds niet bij bewustzijn was gekomen, hoewel hij al meer dan 10 dagen werd behandeld. Uiteindelijk moest deze patiënt naar een ander ziekenhuis worden overgebracht en was het onzeker of hij zou overleven. Ik dacht eraan hoe mijn man de hele tijd lang door God was beschermd, dus wat er ook zou volgen zou ook door God worden bepaald. Leven, dood, geluk en ongeluk van een mens liggen allemaal in Gods handen en ik moest me onderwerpen aan Gods orkestraties en regelingen. En dus dacht ik niet langer over de kwestie na. Ik ondertekende de formulieren en bad in stilte tot God: “Oh God! Ik geloof dat het leven en de dood van mijn man in uw handen liggen en het niet de artsen zijn die het laatste woord hebben. Ik wil bij het beleven van deze situatie op u vertrouwen en mijn hoop op u vestigen. Wat er ook uiteindelijk met mijn man gebeurt, ik geloof dat alles wat u doet het beste is, en zo’n klein schepsel als ik zou moeten gehoorzamen aan de Schepper.”

Ik had niet verwacht dat de operatie van mijn man zo voorspoedig zou verlopen en toen ik toekeek hoe hij beetje voor beetje uit de gevarenzone kwam, loste de steen in mijn hart eindelijk op. De dokter zei verbaasd tegen me: “Dat uw echtgenoot wakker wordt overtreft onze stoutste verwachtingen. Het is echt een wonder!” Ik wist diep van binnen dat dit alles Gods bescherming was en ik dankte God vanuit de grond van mijn hart voor Zijn goedheid. Na de operatie was mijn man echter zijn geheugen compleet kwijt en herkende zelfs mij niet. Hij werd snel driftig en had het IQ van een kind. Ik maakte me heel veel zorgen. Ik sprak met de dokter en vroeg hem of mijn man ooit weer de oude zou zijn, maar de dokter zei: “Hij lijdt aan postoperatief geheugenverlies en het is moeilijk te zeggen of hij zal herstellen. Wanneer de verwondingen van uw echtgenoot zijn genezen, kan hij naar een rehabilitatiecentrum gaan om te revalideren … ” Toen ik hem dit hoorde zeggen gaf ik me weer over aan mijn zorgen: “Als mijn man zo blijft, zal hij niet meer dan een simpele ziel zijn. Wat kan ik doen?” Geplaagd door deze zorgen kon ik noch eten noch slapen. Net toen ik aan het eind van mijn latijn was, dacht ik aan Gods woorden: “Dat wil zeggen, waar iemand na zijn dood heengaat en reïncarneert, ongeacht of het een man of vrouw is, ongeacht wat zijn of haar missie is, ongeacht wat het leven hem of haar brengt, welke tegenslagen en zegeningen ze ook genieten, wie ze zullen ontmoeten, wat hen zal overkomen – niemand kan dit voorspellen, eraan ontkomen of zich ervoor verstoppen. Dat wil zeggen, nadat voor jouw leven is vastgesteld wat er met je gebeurt, hoe je het ook probeert te vermijden, op welke manier je het ook probeert te vermijden, jij kunt de levensloop die God in de spirituele wereld voor jou heeft vastgesteld, op geen enkele manier schenden(‘God Zelf, de unieke X’). Gods woorden brachten me tot het inzicht dat God alle dingen die we in ons leven ervaren reeds lang van te voren heeft bepaald. Of het nu ontbering of geluk is, wij bepalen niet wat er gebeurd en we kunnen het niet voorspellen. Elke fase die we ervaren gedurende ons leven is echter op minutieuze wijze door God gepland en Zijn goede bedoelingen zitten achter alle fases. God hoopt dat we, wanneer we deze toestanden ervaren, tot een waar begrip komen van Zijn gezindheid en wat Hij heeft en is, en Hij hoopt dat we in staat zijn ons leven te laten groeien. Terugdenkend aan mijn ervaringen gedurende de laatste dagen was het net op het moment dat het leven van mijn man op punt stond te worden uitgedoofd als gevolg van dat auto-ongeluk en ik me hulpeloos voelde en pijn leed, dat de tijdige verlichting en leiding van Gods woorden me Zijn soevereiniteit en gezag deden begrijpen. Pas op dat moment liet ik de zorg in mijn hart varen en vond ik het geloof op God te vertrouwen. Toen ik geconfronteerd werd met de enorme kosten van de operatie en ik niet wist wat ik moest doen, bad ik oprecht tot God en bood God me een uitweg. Niet alleen loste Hij mijn geldgebrek op, Hij zorgde er ook voor dat mijn man weer tot bewustzijn kwam. Daarna ervoer ik werkelijk Gods liefde en leiding. God liet me nog niet voor een moment alleen en elke keer dat ik me hulpeloos en zwak voelde was God er om me met Zijn tijdige woorden te leiden om de obstakels te overwinnen. Zonder Gods leiding zou ik niet hebben geweten hoe ik al die pijn zou hebben kunnen doorstaan. Pas nu begrijp ik dat, had ik deze situatie niet ervaren, ik nooit in staat zou zijn geweest God werkelijk te kennen. Mijn begrip van Gods gezag zou altijd theoretisch zijn gebleven en mijn geloof in God zou nooit zijn toegenomen. Van deze situaties profiteert mijn leven het meest en ik wil ze niet langer vermijden. Ik ben bereid op God te vertrouwen bij het volgen van het pad voorwaarts, en ik geloof dat God me zal leiden.

Mijn man bleef 21 dagen in het stadsziekenhuis voor hij werd overgebracht. Nadien bad ik elke dag tot God en legde mijn man in Gods handen. Ik leerde hem geduldig hoe hij moest spreken en hoe hij allerlei dingen en de mensen om hem heen kon herkennen. Nauwelijks waarneembaar werd hij niet meer driftig en was hij in staat verwanten te herkennen. Toen ik zag dat mijn man elke dag een beetje beter werd, was ik dolgelukkig, en de dokters zeiden allemaal verbijsterd tot me: “Het is onvoorstelbaar. Niemand had kunnen denken dat hij zo snel zou kunnen herstellen. Het is echt een wonder! De patiënt naast hem was betrokken bij een soortgelijk auto-ongeluk en is zes maanden na het ongeluk nog steeds niet bij bewustzijn gekomen. Het is nog steeds de vraag of hij zal overleven. U heeft echt geluk gehad!” Toen ik dit hoorde, bleef ik in mijn hart God danken en prijzen, want het was alleen Gods bescherming geweest die ervoor had gezorgd dat mijn man had kunnen overleven.

Nadat mijn man uit het ziekenhuis was ontslagen, versnelde zijn herstel. Niet alleen kon hij op krukken lopen, hij kreeg ook zijn basisgeheugen terug. Ik vertelde hem over alles wat er gebeurd was sinds hij in het ziekenhuis was opgenomen, hoe ik op God had vertrouwd en hoe God me door deze dagen van extreme pijn en zwakheid had geleid. Zijn ogen werden nat van tranen en hij zei tegen me: “Wanneer ik beter ben zal ik getuigenis afleggen dat God me heeft gered, zodat meer mensen Gods almacht en Zijn wonderbaarlijke daden zullen kennen.” Toen ik mijn man dit hoorde zeggen, voelde ik echte dankbaarheid voor Gods redding.

Door middel van deze buitengewone ervaring zag ik werkelijk Gods wonderbaarlijke daden en dat God de Heerser van alle dingen is. God houdt inderdaad het leven en de dood van elk mens in de hand, en geen schepsel kan ooit Zijn macht en gezag overtreffen. Zoals het woord van God zegt: “Het leven van de mens is afkomstig van God, het bestaan van de hemel is vanwege God en het bestaan van de aarde komt voort uit de kracht van Gods leven. Geen enkel object dat vitaliteit bezit, kan de soevereiniteit van God overstijgen en niets wat kracht heeft kan zich losmaken van de omgeving van Gods gezag. Ongeacht wie men is, iedereen moet zich op deze manier aan de heerschappij van God onderwerpen, iedereen moet leven onder Gods bevel en niemand kan ontsnappen aan Zijn bestuur(‘Alleen Christus van de laatste dagen kan de weg van het eeuwige leven aan de mens geven’).

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Geef een reactie

Neem contact op via Messenger