Noties doorbreken om de Heer te verwelkomen

14 november 2019

Ik hoorde voor het eerst van Almachtige Gods werk van de laatste dagen in 2005, tijdens een Bijbelstudie-bijeenkomst. De priester zei toen tegen ons: “Er is nu een denominatie die ‘Bliksem uit het oosten’ heet. Ze prediken dat God is teruggekeerd, nieuw werk doet en nieuwe woorden heeft uitgedrukt. Ze zeggen ook dat sommige woorden in de Bijbel niet van God, maar van mensen zijn, en dat de Bijbel achterhaald is.” De priester zei tegen ons dat dat onmogelijk was dat al Gods woorden in de Bijbel staan en dat Gods woorden niet buiten de Bijbel bestaan. Hij citeerde ook Paulus uit 2 Timoteüs 3:16-17: “De hele Schrift, geïnspireerd door God, is weldadig om te onderwijzen, te vermanen, te verbeteren en op te voeden in gerechtigheid, zodat de mens van God volmaakt is en toegerust voor ieder goed werk.” Hij zei dat op basis van dit vers alle woorden in de Bijbel de woorden van God zijn, wat betekent dat de Bijbel de Heer vertegenwoordigt. Geloof in de Heer moet zijn gebaseerd op de Bijbel. Wat afwijkt van de Bijbel, heeft niks te maken met geloof in God. Hij zei dat alles wat afwijkt van de Bijbel ketterij is en mensen bedriegt. Hij zei dat we hoe dan ook niet mochten geloven. Hij vroeg ons ook om goed op onze kerk te letten en te zorgen dat onze gelovigen geen contact hadden met de predikers van Bliksem uit het oosten. Ik was het toen eens met de standpunten van de priester omdat in de Bijbel staat geschreven dat de Heilige Schrift is geïnspireerd door God. Dan moeten het toch Gods woorden zijn? In de Bijbel staat dat de hemel en aarde kunnen verdwijnen, maar alle woorden van God zullen uitkomen en zullen nooit verdwijnen. Ik dacht: Bliksem uit het oosten leest de Bijbel niet en wijkt ervan af. Dan worden mensen toch bedrogen? Ik dacht dat ik moest samenwerken met de priester om de kudde te beschermen en te voorkomen dat ze zou worden bedrogen. Ik dacht: de priester begrijpt de Bijbel beter dan ik en wat hij zegt moet juist zijn, dus ik moet doen wat de priester zegt en me hoe dan ook aan de Bijbel houden. Daarom besprak ik toen vaak tijdens bijeenkomsten hoe men zich kon beschermen tegen Bliksem uit het oosten. Ik dacht ook dat dat mijn verantwoordelijkheid als predikant was. Ik wantrouwde iedereen van Bliksem uit het oosten die naar onze kerk kwam om te prediken. Ik was verbaasd toen mijn moeder niet lang daarna Almachtige Gods werk in de laatste dagen aanvaardde.

Kort nadat ze het had aanvaard, kwam ze naar me toe om het evangelie te prediken. Maar toen ik haar hoorde zeggen dat het Bliksem uit het oosten was, verzette ik me ertegen. Ik sprak haar zelfs tegen door te zeggen: “Mama, waarom geloof je in Bliksem uit het oosten? De priester heeft altijd gezegd dat Bliksem uit het oosten afwijkt van de Bijbel en ketterij is. Als je in Bliksem uit het oosten gelooft, verraad je de Heer. Je moet je zonden belijden aan de Heer en berouw tonen.” Mijn moeder antwoordde daarop: “Weet je hoe het echt zit met Bliksem uit het oosten? Je hebt de preken van Bliksem uit het oosten nooit gehoord en Almachtige Gods woorden nooit gelezen. Toch veroordeel je het blindelings. Het is heel makkelijk om God zo te weerstaan. Bliksem uit het oosten wordt in de Bijbel verkondigd: ‘Want zoals bliksem uit het oosten komt, en zelfs in het westen verschijnt: zo zal de komst van de Mensenzoon zijn(Matteüs 24:27).” Ze zei tegen me dat Bliksem uit het oosten de verschijning en het werk van de Heer in de laatste dagen is. Toen ik mijn moeder dat hoorde zeggen, weigerde ik om ernaar te luisteren. Ik sprak haar zelfs weer tegen. Ik zei: “Wat je ook zegt, Bliksem uit het oosten wijkt af van de Bijbel en is niet de ware weg. Als we in de Heer geloven zonder de Bijbel te lezen, geloven we dan nog steeds in de Heer? Afwijken van de Bijbel is de Heer verraden.” Toen mijn moeder mijn houding zag, schudde ze haar hoofd en zei ze niks meer.

Maar niet lang daarna ontdekte mijn priester dat mijn moeder in Almachtige God geloofde. Op een dag na de mis zei de priester tegen de parochianen dat mijn moeder in Almachtige God geloofde. Hij verbad de parochianen om contact met haar te hebben. Anders zouden ze net zo kwaadaardig zijn als zij. Ik dacht toen dat de priester het deed om de kudde te beschermen, dus ik stond aan zijn kant en probeerde ze te overtuigen. Ik zei: “De priester doet dit voor ons bestwil. We mogen niet naar preken van Bliksem uit het oosten luisteren. Zelfs als een familielid tegen ons predikt, mogen we er niet in geloven. We moeten vasthouden aan de Bijbel en de naam van de Heer. Alleen wie volhoudt tot het einde, zal worden gered.” Ik zei ook: “Mijn moeder predikte het tegen mij, maar ik zal het nooit geloven.” Toen de andere parochianen me dit hoorden zeggen, zeiden ze dat zij ook nooit naar preken van Bliksem uit het oosten zouden luisteren.

Na een tijdje kwamen mijn moeder en oudere zus weer naar mijn huis. Zodra ik ze zag, zei ik: “Probeer me niet meer over te halen. Ik zal het boek van Bliksem uit het oosten nooit lezen. Al Gods woorden staan in de Bijbel. Hoe kan dit boek Gods woord zijn?” Mijn zus antwoordde: “Je ontkent dat het Gods woord is zonder ernaar te kijken. Dat is heel dogmatisch.” Ze zei: “De Bijbel is slechts een getuigenis van God, een historische tekst die Gods woorden en werk in het Tijdperk van de Wet en het Tijdperk van Genade vastlegt. Hoe konden Gods woorden en werk in de laatste dagen van tevoren in de Bijbel zijn geschreven? Almachtige God, de Redder, is nu gekomen. Hij heeft veel woorden uitgedrukt en doet het werk van het oordeel dat begint in Gods huis. Gods woorden en werk in de laatste dagen staan in dit boek. Geen mens kan de kleine boekrol openen die wordt genoemd in Openbaring. Die kan alleen worden geopend door het Lam. Almachtige God is nu gekomen en heeft de boekrol geopend. Dat is dit boek, ‘De boekrol door het Lam geopend’.” Ze zei: “Dit boek bevat woorden die zijn uitgedrukt door Gods eigen mond.” Toen ik mijn zus dat hoorde zeggen, dacht ik: er wordt inderdaad een boekrol genoemd in Openbaring, dus wat ze zegt, wijkt niet af van de Bijbel. Opeens voelde het boek niet zo weerzinwekkend meer, maar toen dacht ik dat het nog steeds niet goed voelde. Tenslotte lazen zij de Bijbel niet. Hoe konden ze in de Heer geloven als ze afweken van de Bijbel? Dus ik bleef weigeren om het te lezen. Eindelijk, nadat mijn moeder en zus meermaals hadden geprobeerd me over te halen, moest ik ze met tegenzin toestaan om het boek voor me achter te laten. Maar ik dacht na over wat mijn zus had gezegd over de boekrol in Openbaring en dat dit boek Gods woorden en werk in de laatste dagen bevatte. Ik dacht: Openbaring houdt zich bezig met zaken van de laatste dagen en bespreekt visioenen. Slechts weinig mensen durven het te bespreken of kunnen het begrijpelijk bespreken. Ik dacht: de inhoud van dit boek moet heel diepgaand zijn en veel mysteries aanroeren, dus ik wilde het boek heel graag lezen. Maar ik dacht ook dat geloven in God gelijkstond aan geloven in de Bijbel. Hoe goed een boek ook kan zijn, het is geen vervanging voor de Bijbel. Dus ik zette de gedachte om het boek te lezen uit mijn hoofd.

Maar mijn moeder zag die dingen heel anders dan voorheen. Zo zei ze bijvoorbeeld, “We kunnen niet in God geloven om genade en zegeningen van Hem te ontvangen. God is de Schepper en we moeten in Hem geloven ongeacht of Hij ons genade en zegeningen geeft. We moeten zijn zoals Job die God gehoorzaamde en Zijn naam eerde ongeacht of hij zegeningen of rampen ontving. Dat is wat oprecht geloof betekent.” Toen ik mijn moeder dat hoorde zeggen, was ik heel verbaasd. Ik dacht: in de kerk hebben we alleen maar besproken hoe we in God moeten geloven om zegeningen en genade te ontvangen, maar mijn moeder sprak die dag met zo veel begrip. Toen was ik nog nieuwsgieriger naar het boek. Maar opnieuw dacht ik aan wat mijn priester had gezegd, dat we de boeken van Bliksem uit het oosten hoe dan ook niet mochten lezen. Als je ze las, zou je worden meegezogen zonder een weg terug. Dus ik aarzelde nog steeds en opnieuw zette ik de gedachte om het te lezen uit mijn hoofd.

Daarna bleef mijn moeder het evangelie tegen me prediken. Dat ging zeven jaar door, maar nog steeds durfde ik niet te onderzoeken. Het was september 2011. Ik voelde dat mijn hart duister was en dat er niks nieuws was om te prediken. Ik had allerlei boeken over preken gelezen, maar er stond niks in om me te helpen. Telkens als ik predikte, voelde ik me heel onrustig. Ik wist niet waarover ik moest prediken. Ik had helemaal geen idee. Toen herinnerde ik me opeens het boek van mijn moeder en het begrip waarmee mijn moeder en zus hadden gesproken. Ik had dat niet eerder gehoord en was diep geraakt. Ik dacht: waarom probeer ik dit boek niet te lezen? Misschien vind ik daarin iets nieuws voor mijn preken. Ik pakte het boek erbij en opende het bij het hoofdstuk ‘Over de Bijbel’. Waarom kijken we niet naar een video van wat ik las? “Tegenwoordig denken mensen dat de Bijbel God is, en dat God de Bijbel is. En zo denken ze ook dat alle woorden van de Bijbel de enige woorden zijn die God heeft gesproken, en dat ze allemaal door God zijn geuit. Gelovigen in God denken zelfs dat, ook al zijn de zesenzestig boeken van het Oude en het Nieuwe Testament door mensen geschreven, ze allemaal door Gods inspiratie zijn gegeven en een verslag vormen van de uitspraken van de Heilige Geest. Dit is het onjuiste begrip van de kant van de mens, en het komt niet helemaal overeen met de feiten. Behalve de profetie boeken is het grootste deel van het Oude Testament in feite geschiedkundige verslaglegging. Sommige brieven uit het Nieuwe Testament komen voort uit ervaringen van mensen, en sommigen uit de verlichting door de Heilige Geest. De brieven van Paulus bijvoorbeeld, vloeiden voort uit het werk van een mens, ze waren allemaal het resultaat van de verlichting door de Heilige Geest, en ze waren voor de kerken geschreven, het waren aansporende en bemoedigende woorden voor de broeders en zusters van de kerken. Het waren geen woorden die door de Heilige Geest waren gesproken – Paulus kon niet namens de Heilige Geest spreken. Ook was hij geen profeet, laat staan dat hij de visioenen zag die Johannes aanschouwd had. Zijn brieven waren voor de kerken van Efeze, Philadelphië en Galatië en andere kerken. En zo waren de brieven van Paulus in het Nieuwe Testament brieven die Paulus schreef voor de kerken en geen inspiraties van de Heilige Geest, en evenmin zijn het de directe uitspraken van de Heilige Geest. Het zijn slechts aansporende, troostende, bemoedigende woorden die hij tijdens zijn werk voor de kerken schreef. En dus vormen ze ook een verslag van een groot deel van het werk van Paulus in die tijd. Ze waren geschreven voor allen die broeders en zusters in de Heer zijn, zodat de broeders en zusters van de kerken in die tijd zijn advies zouden opvolgen en vast zouden houden aan de weg van berouw van de Heer Jezus. […] Alles wat hij zei dat stichtelijk en positief was voor de mensen was waar, maar het vertegenwoordigde niet de uitspraken van de Heilige Geest, en het kon God niet vertegenwoordigen. Het is een kolossaal misverstand en een enorme godslastering wanneer mensen het verslag van een menselijke ervaring en de brieven van een mens als het gesproken woord van de Heilige Geest aan de kerken behandelen! Dat gaat vooral op voor de brieven die Paulus voor de kerken schreef. Zijn brieven waren geschreven voor de broeders en zusters op basis van de omstandigheden en situatie van iedere kerk in die tijd. Ze waren bedoeld om de broeders en zusters in de Heer aan te sporen zodat ze de genade van de Heer Jezus konden ontvangen. Zijn brieven waren bedoeld om de broeders en zusters in die tijd aan te sporen. Je kunt zeggen dat dit zijn eigen last was, en ook de last die de Heilige Geest hem had gegeven. Hij was uiteindelijk een apostel die de kerken in die tijd leidde, die brieven schreef voor de kerken en een dringende oproep aan hen deed. Dat was zijn verantwoordelijkheid. Zijn identiteit was slechts die van een werkende apostel en hij was niet meer dan een door God gezonden apostel. Hij was geen profeet of voorspeller. Voor hem was zijn eigen werk en het leven van de broeders en zusters uitermate belangrijk. En dus kon hij niet namens de Heilige Geest spreken. Zijn woorden waren niet de woorden van de Heilige Geest en nog minder kon je zeggen dat het de woorden van God waren. Paulus was immers niet meer dan een schepsel van God en zeker niet de incarnatie van God. Zijn identiteit was niet dezelfde als die van Jezus. De woorden van Jezus waren de woorden van de Heilige Geest, het waren de woorden van God, want Zijn identiteit was die van Christus, de Zoon van God. Hoe kon Paulus Zijn gelijke zijn? Als mensen de brieven of woorden zoals die van Paulus als uitspraken van de Heilige Geest beschouwen en deze aanbidden als God, dan kun je alleen maar zeggen dat ze geen onderscheid weten te maken. Om het harder te stellen: is dit geen godslastering?(‘De door het Lam geopende Boekrol’). “Als je zegt dat de ervaringen van Paulus en Johannes vermengd waren met hun persoonlijke visie, betekent dat niet dat hun persoonlijke ervaringen en kennis afkomstig was van Satan, maar alleen dat ze dingen hadden die afkomstig waren van hun persoonlijke ervaringen en visies. Hun kennis kwam overeen met de achtergrond van de daadwerkelijke ervaringen in die tijd en wie zou met zekerheid kunnen zeggen dat dat allemaal afkomstig was van de Heilige Geest? Als de vier evangeliën allemaal afkomstig waren van de Heilige Geest, waarom hebben Matheus, Marcus, Lucas en Johannes dan allemaal iets anders gezegd over het werk van Jezus? Als jullie dit niet geloven, kijk dan eens naar de verhalen in de Bijbel over hoe Petrus de Heer drie keer loochende: ze zijn allemaal verschillend en ze hebben allemaal hun eigen karakteristieken. […] Lees de vier evangeliën zorgvuldig; Lees wat zij vastlegden over de dingen die Jezus deed en de woorden die Hij sprak. Elk verhaal was, simpel gezegd, verschillend en elk had zijn eigen perspectief. Als wat door de auteurs van deze verhalen is geschreven allemaal afkomstig was van de Heilige Geest, zou het allemaal hetzelfde en consistent moeten zijn. Waarom zijn er dan discrepanties?(‘Over titels en identiteit’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). Ik was eerlijk gezegd geschokt. Het was de eerste keer dat ik zo’n beschrijving van de Bijbel had gezien dat naast de profetische boeken en de woorden van de Heer Jezus in de Vier Evangeliën, die Gods woorden zijn, de rest, zoals de brieven van Paulus, en de vastgelegde preken van de Heer Jezus in de Vier Evangeliën allemaal was geschreven door mensen en een geschiedenis van Gods werk en de ervaring van mensen van hun eigen werk waren. Het waren allemaal woorden van mensen. En het is waar dat mensen geschapen wezens zijn en God de Schepper is, dus hun status en essentie zijn verschillend. De brieven die door mensen zijn geschreven, kunnen niet Gods woord zijn. Het is godslastering om ze Gods woord te noemen. Ik dacht aan hoe ik al die jaren had geloofd dat alle woorden in de Bijbel Gods woorden waren. Was dat geen godslastering geweest? Maar toen dacht ik weer: “Hoewel de Bijbel werd geschreven door mensen, werd de Bijbel geïnspireerd door God en daar is een Bijbelse basis voor. Dus ik dacht dat ik standvastig moest zijn en niet meer zo mocht twijfelen. Maar toen herinnerde ik me weer hoe Almachtige God had gezegd dat de Vier Evangeliën en de brieven van de apostelen hun individuele beschrijvingen waren van wat ze hadden gezien en ervaren. Wie kon zeggen dat ze volledig van de Heilige Geest kwamen? Toen herinnerde ik me Paulus’ woorden in de Bijbel die Timoteüs zeggen om wijn te drinken. Timoteüs had buikpijn. Daar had hij vaak last van, dus Paulus zei dat hij wijn moest drinken tegen de kou om zijn maag warm te houden. Ik dacht ook aan het verhaal van hoe de Heer Petrus had gekozen. Ik dacht: als alles in de Bijbel werd geïnspireerd door God, zou het verder gaan dan wat mensen kunnen schrijven, maar Paulus die zegt dat je wijn moet drinken om je maag te verwarmen is gezond verstand. Dat heeft geen inspiratie nodig. Hoe Peter de Heer volgde vereiste ook geen inspiratie van God. Anderen schreven simpelweg op hoe hij de Heer volgde. Dus ik dacht: spreekt dit boek de waarheid, dat de Bijbel niet volledig is geïnspireerd door God? Hoe is dat mogelijk? De hele Bijbel is geïnspireerd door God en bestaat volledig uit Gods woord. Dat standpunt bestaat al tweeduizend jaar. Niet alleen mijn denominatie aanvaardt dat standpunt. De hele religieuze wereld denkt er zo over. Kan de hele religieuze wereld het mis hebben? Toen dacht ik: wat betreft de roeping van Petrus, het Evangelie van Matteüs beweert dat hij persoonlijk door de Heer werd geroepen terwijl het Evangelie van Johannes beweert dat Petrus door Johannes de Doper aan de Heer werd voorgesteld. Ze vertellen allebei een ander verhaal.” Ik dacht: als de Bijbel werd geïnspireerd door God, waarom worden dezelfde dingen dan anders verteld? Zou God verschillende mensen verschillende dingen inspireren? Toen besefte ik dat de woorden in de Bijbel niet allemaal Gods woorden waren.

Op dat moment besefte ik meteen dat het standpunt dat ik jaren had gehad, dat alle woorden in de Bijbel Gods woorden zijn helemaal niet juist was. Ik had me vastgeklampt aan dat standpunt en de woorden van mensen in de Bijbel behandeld als Gods woord. Zo had ik me verzet tegen God en God gelasterd. Ik had heel veel werk gedaan en heel veel gepredikt, maar ik had mensen geleerd om de woorden van Paulus en andere mensen in de Bijbel te gehoorzamen alsof het Gods woord was. Tegelijkertijd had ik aangenomen dat ik me voor God had bewezen en dat God alles zou onthouden wat ik had gedaan. Ik was heel blind en onwetend geweest. Ik had de andere parochianen jarenlang misleid. Had ik niet iedereen op een dwaalspoor gebracht? Ik dacht: hoe kan ik een verklaring geven aan de Heer? Ik heb God weerstaan en ben heel kwaadaardig geweest. Ik was toen doodsbang. Ik knielde toen huilend voor God en bad om mijn zonden te belijden. Ik zei: “Heer Jezus, jarenlang heb ik de woorden van mensen in de Bijbel als uw woorden behandeld. Ik had het mis. Ik belijd mijn zonden aan u en toon berouw. Heb genade met me en vergeef me mijn zonden. Als u echt bent teruggekeerd als Almachtige God, wil ik het aanvaarden. Verlicht me, zodat ik uit deze woorden kan opmaken of u het echt bent.”

Na mijn gebed voelde ik me kalmer. Ik besloot om in deze woorden te zoeken. Later las ik enkele passages uit Gods woord. Almachtige God zegt: “In ieder tijdperk heeft het werk van God duidelijke grenzen. Hij voert alleen het werk van het lopende tijdperk uit, en nooit voert Hij het volgende stadium van het werk alvast uit. Alleen zo kan Zijn werk dat representatief is voor ieder tijdperk naar voren treden. Jezus heeft alleen over de tekenen van de laatste dagen gesproken, over hoe je geduld moet hebben en hoe je gered kunt worden, hoe je berouw moet tonen en moet biechten, en hoe je het kruis moet dragen en het lijden volhouden. Hij heeft nooit gesproken over hoe de mens in de laatste dagen binnen moet gaan of hoe hij ernaar moet streven om aan Gods wil te voldoen. Zou het als zodanig niet belachelijk zijn om in de Bijbel naar Gods werk van de laatste dagen te gaan zoeken? Wat kun je precies zien als je enkel de Bijbel in je handen houdt? Al is men Bijbelverklaarder of een prediker, wie kan voorkennis hebben van het huidige werk?(‘Hoe kan een mens die God in zijn opvattingen heeft afgebakend de openbaring van God ontvangen?’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). “Gods werk ontwikkelt zich immers voortdurend en kan niet gewoon ophouden in de tijd van Paulus of Petrus, of altijd in het Tijdperk van Genade blijven waarin Jezus gekruisigd werd. Daarom zijn deze boeken alleen geschikt voor het Tijdperk van Genade en niet voor het Tijdperk van het Koninkrijk van de laatste dagen. Ze hebben alleen de gelovigen van het Tijdperk van Genade iets te bieden, niet de heiligen van het Tijdperk van het Koninkrijk. Hoe goed ze ook zijn, ze zijn nog steeds achterhaald(‘Over de Bijbel (4)’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). “Als je het werk van het Tijdperk van de Wet wilt zien en wilt zien hoe de Israëlieten Jehova’s weg volgden, dan moet je het Oude Testament lezen. Als je het werk van het Tijdperk van Genade wilt begrijpen, dan moet je het Nieuwe Testament lezen. Maar hoe zie je het werk van de laatste dagen? Je moet het leiderschap van de hedendaagse God aanvaarden en het werk van vandaag binnengaan. Want dit is het nieuwe werk en het is voorheen door niemand in de Bijbel opgeschreven. God is nu vleesgeworden en heeft andere uitverkorenen aangewezen in China. God werkt in deze mensen, Hij zet Zijn werk op aarde voort en gaat door waar Hij bij het werk van het Tijdperk van Genade was gebleven. Het werk van vandaag is een pad waar niemand ooit op heeft gelopen, een weg die niemand nog ooit heeft gezien. Het is werk dat nooit eerder is gedaan – het is Gods meest recente werk op aarde. Werk dat nooit eerder is gedaan is dus geen geschiedenis, want nu is nu en moet nog verleden tijd worden. Mensen weten niet dat God grootser, nieuwer werk op aarde heeft verricht en buiten Israël, dat het werk allang buiten de grenzen van Israël is getreden en de voorspelling van de profeten heeft overtroffen, dat het nieuw en wonderbaarlijk werk is buiten de profetieën om en nieuwer werk buiten Israël en werk dat mensen niet kunnen waarnemen of zich kunnen voorstellen. Hoe zou de Bijbel een uitvoerig verslag van dergelijk werk kunnen bevatten? Wie zou ieder detail van het hedendaagse werk vooraf kunnen vastleggen, zonder iets weg te laten? Wie zou dit machtigere, wijzere werk, dat de conventies trotseert, in dat oude stoffige boek vast hebben kunnen leggen? Het werk van vandaag is geen geschiedenis. Als je dus het nieuwe pad van vandaag wil begaan, moet je de Bijbel achter je laten, moet je verder gaan dan de profetie- of geschiedenisboeken in de Bijbel. Dan zul je pas het nieuwe pad juist weten te bewandelen, dan zul je pas het nieuwe rijk en het nieuwe werk binnen weten te gaan. Je moet begrijpen waarom er nu van je gevraagd wordt de Bijbel niet te lezen, waarom er separaat van de Bijbel ander werk is, waarom God niet op zoek is naar nieuwere, specifiekere beoefening in de Bijbel, en waarom er in plaats daarvan machtiger werk bestaat. Dit is wat jullie allemaal moeten begrijpen(‘Over de Bijbel (1)’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). Hier zag ik dat met elke fase van Gods nieuwe werk het oude werk achterhaald raakt. In elk nieuw tijdperk doet God nieuw werk met nieuwe eisen voor mensen. Sommige van de oude regels en voorschriften hoeven niet meer te worden gevolgd, omdat ze achterhaald zijn en niet van toepassing zijn op het nieuwe tijdperk. Dat deed me eraan denken dat God in het Oude Testament, in het Tijdperk van de Wet, Mozes gebruikte om de wet te bekend te maken die moest worden gehoorzaamd. Als mensen de wet schonden, moesten ze offers brengen om te boeten voor hun zonde. Anders zouden ze worden gestraft. Mensen uit dat tijdperk gehoorzaamden de wet overeenkomstig Gods eisen en niemand durfde ertegenin te gaan. In het tijdperk van het Nieuwe Testament werd God vlees en werd Hij gekruisigd als een zoenoffer voor de mensen, zodat ze niet meer in zonde zouden leven. Mensen die zondigden, hoefden alleen maar te bidden in naam van de Heer, te biechten en berouw te tonen. Dan zouden al hun zonden worden vergeven en was er geen noodzaak meer voor offerandes. Ook zouden ze niet worden veroordeeld door God omdat ze de wet niet hadden gevolgd. Dus voor mensen ten tijde van het Nieuwe Testament, zouden sommige eisen uit het tijdperk van het Oude Testament achterhaald zijn? Als de mensen uit het tijdperk van het Nieuwe Testament zich aan de regels van het Oude Testament hielden en de woorden en het werk van de Heer Jezus weigerden, zouden ze dan niet worden geëlimineerd? Ik dacht dat geloven in God betekende dat je je aan de Bijbel moet houden, en dat we niet op geen enkele manier kunnen afwijken van de Bijbel. Maar nu doet God nieuw werk en heeft Hij nieuwe woorden uitgedrukt, dus als ik me aan de Bijbel zou blijven houden, klampte ik me dan niet vast aan het oude? Ik dacht dat afwijken van de Bijbel betekende dat ik niet in God geloofde. Maar dat was een absurd standpunt, nietwaar? In die passages stond ook dat het Oude en het Nieuwe Testament het werk van God vastleggen en dat na Gods voltooiing van zijn werk, de apostelen het werk dat God had gedaan en de woorden die Hij had gezegd, noteerden. Latere generaties verzamelden deze documenten om de Bijbel te creëren. De Heer beloofde dat Hij terug zou komen in de laatste dagen, dus hoe konden Gods nieuwe woorden en werk in de laatste dagen van tevoren in de Bijbel zijn geschreven? Hoe meer ik over die woorden nadacht, hoe meer ik besefte dat ze overeenkwamen met de feiten. Die woorden waren juist. Dat maakte me er nog zekerder van dat Gods nieuwe woorden en werk buiten de Bijbel konden bestaan. In het verleden dacht dat ik er buiten de Bijbel geen woorden van God meer waren. Dat klopte niet. Het was mijn eigen notie en verbeelding.

Tweeduizend jaar lang, had niemand de Bijbel zo grondig en met zo’n sterke basis kunnen analyseren en had niemand deze mysteries kunnen onthullen. Hoe kon iemand dat doen? Hoe kon een persoon met zo veel gezag spreken? Was dit niet de stem van God? Op dat moment voelde ik me heel opgetogen, alsof ik een schat had gekregen. Ik hield het boek van Gods woorden stevig vast in mijn armen en koesterde het diep. Daarna bleef ik ‘De boekrol door het Lam geopend’ lezen. Van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat bad en zocht ik. Hoe meer ik las, hoe meer ik voelde dat de woorden prachtig waren. Er waren dingen die ik in de ruim twintig jaar dat ik al in God geloofde niet had gehoord of begrepen. Hoe meer ik las, hoe groter mijn verlangen werd. Het was alsof mijn hart in brand stond. Als ik begon met lezen, wilde ik niet stoppen. Ik leerde heel veel uit slechts enkele korte passages. Het voelde alsof dit echt de woorden konden zijn die waren uitgedrukt door de teruggekeerde Heer. Ik wilde toen een van mijn collega’s vragen om met me te zoeken, maar ik besefte dat mijn collega’s allemaal naar de priester luisterden en zich verzetten tegen Bliksem uit het oosten. Ze zouden niet onderzoeken met een zoekende houding, dus ik gaf het idee op om met hen te zoeken. In plaats daarvan bad ik stil tot de Heer en vroeg ik Hem om me te leiden.

Daarna las ik een passage uit Almachtige Gods woord. “Het ‘oordeel’ in de eerder uitgesproken woorden – het oordeel zal beginnen in het huis van God – naar het oordeel dat God vandaag velt over degenen die voor Zijn troon komen in de laatste dagen. Misschien zijn mensen die geloven in bovennatuurlijke verbeeldingen zoals, dat wanneer de laatste dagen aangebroken zijn, God een grote tafel in de hemelen zal opstellen waar een wit tafelkleed op wordt uitgelegd, waarna Hij, gezeten op een grote troon met alle mensen geknield op de grond, de zonden van ieder mens zal openbaren en daarbij zal bepalen of zij naar de hemel mogen opstijgen of naar beneden gestuurd worden naar de poel van vuur en zwavel. Hoe de mens zich dit ook voorstelt, de essentie van Gods werk kan niet worden veranderd. De verbeeldingen van de mens zijn niets anders dan de hersenspinsels van de mens en zijn afkomstig uit de hersenpan van de mens, een samenraapsel van allerlei dingen die de mens heeft gezien en gehoord. Daarom zeg ik, hoe schitterend de verbeeldingen die hij heeft gekregen ook mogen zijn, ze zijn niets meer dan een tekening en kunnen niet in de plaats komen van het plan van Gods werk. De mens is tenslotte verdorven door Satan, dus hoe kan hij dan de gedachten van God doorgronden? […] Iedereen stelt zich Gods werk van oordeel voor als bovennatuurlijk geweldig. Weet je echter dat wanneer God het werk van oordeel onder de mens allang begonnen is, jij in lethargische sluimer genesteld blijft? Dat tegen de tijd dat jij denkt dat het werk van oordeel van God officieel begint, het al tijd is voor God om de hemel en de aarde nieuw te maken? Op dat moment zul jij misschien pas de betekenis van het leven begrepen hebben, maar het genadeloze werk van Gods straf zal jou, terwijl je nog diep in slaap bent, in de hel doen belanden. Pas dan zul je plotseling beseffen dat Gods werk van oordeel al afgerond is(‘Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). Toen ik de passage voor het eerst las, begreep ik hem niet. Ik dacht: vindt Gods werk van het oordeel in de laatste dagen niet plaats op een grote witte troon terwijl Hij over iedereen oordeelt? En dat heeft een Bijbelse basis. Hoe kon het door mensen zijn verzonnen? En de hele religieuze wereld denkt er zo over. Maar deze woorden zeiden dat Gods werk van het oordeel al was begonnen. Het leek alsof deze woorden het standpunt van de hele religieuze wereld op zijn kop zetten, dus ik kon het niet allemaal in één keer aanvaarden. Maar ik dacht aan wat in de Bijbel staat: “De letter doodt, maar de geest doet herleven” (2 Korintiërs 3:6). Dat betekende dat ik geen regels kon maken op basis van letterlijke betekenis. Bovendien is het niet per se juist wat de religieuze wereld predikt. De religieuze wereld zegt dat alle woorden in de Bijbel Gods woorden zijn, maar was niet al bewezen dat dat standpunt onjuist was? Ik dacht dat er een mysterie in deze woorden zou liggen, dus in deze woorden moest ik zoeken hoe de Heer over iedereen in de laatste dagen oordeelt, in plaats van de priesters en predikers volledig te vertrouwen. Dus ik bad tot de Heer en vroeg Hem om me te leiden.

Op een dag zag ik deze passage in het boek. Almachtige God zegt: “Werkt God volgens de opvattingen van de mens, of werkt Hij tegengesteld aan de opvattingen van de mens? Komen de opvattingen van de mens niet allemaal van Satan? Is de hele mensheid niet bedorven door Satan? Als God Zijn werk verrichtte volgens de denkbeelden van de mens, zou Hij dan niet in Satan veranderen? Zou Hij niet van dezelfde soort zijn als Zijn eigen schepselen? Aangezien Zijn schepselen nu zo bedorven zijn door Satan dat de mens de belichaming van Satan is geworden, zou God dan, als Hij zou werken op dezelfde manier als Satan, niet met Satan onder één hoedje spelen? Hoe kan de mens het werk van God doorgronden? Daarom zou God nooit werken volgens de opvattingen van de mens, nooit werken op de manieren die jij voor ogen hebt(‘De visie van Gods werk (3)’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). Terwijl ik bleef nadenken over deze woorden, voelde ik een hartverscheurende pijn en een diep schuldgevoel. God doet dingen inderdaad niet volgens menselijke noties of verbeeldingen. Ik herinnerde me dat in de Bijbel staat: “O, de diepte van de rijkdom van de wijsheid en van de kennis van God! Hoe onbegrijpelijk zijn Zijn oordelen en hoe onnaspeurbaar Zijn wegen! Want wie heeft de gedachten van de Heer gekend? Of wie is Zijn raadgever geweest?” (Romeinen 11:33-34). “Want mijn gedachten zijn niet jouw gedachten: noch zijn jouw wegen mijn wegen, zegt de Heer. Want zoals de hemelen zijn verheven boven de aarde, zo zijn mijn wegen verheven boven jouw wegen, en mijn gedachten boven jouw gedachten(Jesaja 55:8-9). In het boek ‘Vragen en antwoorden over de getuigenis van het evangelie van het koninkrijk’, zeggen broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God in hun communicatie dat de Israëlieten allemaal uitkeken naar de komst van de Messias maar door hun eigen noties en verbeeldingen dachten ze dat de Messias geboren zou worden in het paleis als Hij kwam, dat Hij majestueus en buitengewoon zou zijn en dat Hij ze zoals koning David naar het slagveld zou leiden, en ze zou redden van de Romeinse heerschappij. Maar toen de Heer Jezus kwam, werd Hij geboren in een stal in plaats van het paleis. Hij leidde de mensen niet de oorlog in, maar leerde ze om nederig en geduldig te zijn. Hij vroeg ze om hun zonden te belijden en berouw te tonen. Omdat de komst van de Heer Jezus niet overeenkwam met menselijke noties en helemaal niet leek op wat ze zich hadden voorgesteld, ontkenden ze Hem, lasterden ze Hem, wezen ze Hem af en nagelden ze Hem ten slotte aan het kruis. Ze werden eeuwige zondaars die verlangden naar de komst van de Messias, maar Hem weerstonden en veroordeelden. Toen ik die woorden las, was ik heel ontroerd. Gods gedachten zijn voor ons inderdaad onpeilbaar en Gods werk gaat veel verder dan wat mensen zich kunnen voorstellen. Ik moest mezelf opzijzetten en serieus zoeken hoe de Heer het werk van het oordeel doet om niet dezelfde fouten te maken als de Israëlieten.

Later las ik nog twee passages uit Gods woord. Almachtige God zegt: “Christus van de laatste dagen gebruikt een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, om het wezen van de mens te ontmaskeren, en om de woorden en daden van de mens te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Al deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid van datgene waarvan de mens in het geheel verstoken is. Alleen dit soort methoden kan als oordeel worden beschouwd; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig ten aanzien van God overtuigd worden, en daarenboven ware kennis van God vergaren(‘Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). “Sommigen geloven dat God ooit op aarde komt en aan de mens verschijnt en dat Hij dan persoonlijk over de hele mensheid oordeelt door de mensen één voor één op de proef te stellen, zonder iemand over te slaan. Zij die zo denken kennen dit stadium van het werk van de incarnatie niet. God oordeelt de mensen niet één voor één en stelt ze niet één voor één op de proef. Dat zou niet het oordeelswerk zijn. Is de verdorvenheid niet hetzelfde voor de hele mensheid? Is het wezen van de mens niet voor ieder gelijk? Wat geoordeeld wordt is het verdorven wezen van de mensheid, het wezen van de mens dat door Satan is verdorven en alle zonden van de mens. God oordeelt niet over de onbeduidende en triviale fouten van de mens. Het oordeelswerk is representatief en wordt niet uitgevoerd voor een zeker persoon in het bijzonder. Het is eerder werk waarin een groep mensen geoordeeld wordt om het oordeel van de hele mensheid te vertegenwoordigen. Door Zijn werk persoonlijk op een groep mensen uit te voeren, laat God in het vlees Zijn werk het werk voor de hele mensheid vertegenwoordigen, waarna het zich geleidelijk kan verspreiden. Het oordeelswerk is eveneens zo. God oordeelt niet een bepaald soort mensen of een bepaalde groep mensen, maar Hij oordeelt over de zondigheid van de hele mensheid – het verzet van de mens tegen God bijvoorbeeld, het gebrek aan eerbied voor God, of de verstoring van Gods werk, enzovoort. Waarover geoordeeld wordt is de essentie van het verzet van de mensheid tegen God, en dit werk is het overwinningswerk van de laatste dagen. Het werk en woord van de vleesgeworden God waarvan de mens getuige is, zijn het oordeelswerk voor de grote, witte troon van de laatste dagen, die de mens zich in voorbije tijden voorstelde. Het werk dat de vleesgeworden God nu uitvoert is nu juist het oordeel voor de grote, witte troon(‘De verdorven mensheid heeft meer behoefte aan redding door de vleesgeworden God’ in ‘De door het Lam geopende Boekrol’). Na het lezen van die woorden was ik sprakeloos. Pas toen ik de communicatie las over hoe God het werk van het oordeel doet in het boek ‘Vragen en antwoorden over de getuigenis van het evangelie van het koninkrijk’, begreep ik het. In het verleden dacht ik dat God op een grote witte troon zou zitten terwijl iedereen voor Hem zou knielen. Daar zou Hij over iedereens zonden oordelen. Maar dat was mijn eigen notie en verbeelding. Hoelang zou het duren voor God zo over iedereen zou hebben geoordeeld? Waarom zou God zo’n nutteloos werk doen? God oordeelt niet zo over mensen in Zijn oordeel van de laatste dagen. Hij drukt de waarheid uit om het werk van het oordeel te doen. Hij richt zich op de zondige aard en satanische gezindheden in ons in Zijn oordeel en openbaring om de problemen van zonde en verzet tegen God bij de wortel aan te pakken. Als we de redding van de Heer Jezus aanvaarden zonder Gods werk van het oordeel in de laatste dagen te aanvaarden, zal de wortel van onze zonde nooit worden verholpen. Dan zitten we vast in een cyclus van zondigen en biechten, en zullen we nooit aan de ketenen van zonde ontsnappen. In de Bijbel staat: “Want het loon van de zonde is de dood” (Romeinen 6:23). “Zonder heiligheid zal niemand de Heer zien(Hebreeën 12:14). Ik besefte dat als ik geloofde in de Heer zonder Zijn oordeel in de laatste dagen te aanvaarden, ik nooit zou ontsnappen aan de ketenen van zonde. Dan zou ik onwaardig zijn om het gezicht van de Heer te zien en zou ik niet bekwaam zijn om te worden verheven naar Zijn koninkrijk. Ik voelde dat Gods werk van het oordeel heel betekenisvol was. Hoe meer ik die woorden toen las, hoe vrolijker mijn hart werd. Ik zag dat Almachtige Gods woorden de waarheid zijn en dat er geen spirituele mensen in de religieuze wereld zijn die duidelijk kunnen uitleggen hoe God over mensen oordeelt als Hij terugkeert. Almachtige God is nu gekomen en doet het werk van het oordeel dat begint in Gods huis. Hij heeft veel waarheid uitgedrukt om al deze waarheden en mysteries te openbaren. Wie behalve de teruggekeerde Heer die met Zijn eigen woorden spreekt kan deze dingen zo duidelijk uitleggen? Dit is het werk van God Zelf en alleen God Zelf weet deze dingen. Dus na alles een tijdje beetje bij beetje te hebben onderzocht, verdreef Gods woord die religieuze noties van mij. Sindsdien ben ik volledig overtuigd van de nieuwe fase van werk van Almachtige God. In mijn leven heb ik het geluk gehad om Gods stem te horen en de terugkeer van de Heer te verwelkomen. Dit is heel ontroerend voor me. Ik zou willen springen van vreugde.

Dank aan God. Als God niet zo veel nieuwe woorden had uitgedrukt waardoor ik de waarheid kon begrijpen en beseffen dat ik me vasthield aan misleidende noties, was ik misschien gestorven zonder berouw te tonen, luisterde ik nog steeds naar mijn priester en bleef ik weigeren om Gods nieuwe werk te onderzoeken. Ik dacht toen dat ik het goede nieuws over de terugkeer van de Heer met meer parochianen moest delen, zodat ze konden ontsnappen aan de ketenen van de priester, niet zouden lijden door de beperkingen van de religieuze noties en de terugkeer van de Heer konden ontvangen. Daarna predikte ik het evangelie met mijn broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God en bracht ik tientallen mensen van mijn oorspronkelijke denominatie naar Gods huis. Als ik terugkijk op die zeven jaar, weigerde ik niet alleen om Almachtige Gods werk in de laatste dagen te onderzoeken, maar doordrong ik ook andere parochianen met veel noties en dwalingen die ze misleidden en hinderden om de ware weg te onderzoeken. Als ik denk aan hoe ik God weerstond en zo kwaadaardig kon zijn, voel ik een diepe spijt. Ik zal de schandvlek van het jarenlange verzet tegen God nooit volledig kunnen wissen. Ik besef nu hoezeer deze religieuze noties mensen kwaad doen. Als we die religieuze noties niet loslaten en niet de waarheid zoeken, zullen we nooit de teruggekeerde Heer kunnen ontvangen. Ik ben dankbaar dat God genade met me had, zodat ik kon ontsnappen aan die religieuze noties en het geluk had om terug te keren naar Almachtige God. In de toekomst doe ik alles wat ik kan om het evangelie te prediken om Gods liefde terug te betalen. Dank aan God.

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Ik ben opgenomen tot voor God

Door Zhang Yue, Indonesië Toen ik 20 was, werd ik gedoopt en bekeerde ik me tot de Heer Jezus. De preken van de dominee over de liefde en...

Neem contact op via Messenger