295 Zoeken naar vertrouwelingen
Vers 1
U hebt lang in de tuin gewerkt,
u hebt Uw liefde daar diep geplant.
U hebt elke prijs betaald, zoekend naar vertrouwelingen.
U bent zo lang op zoek geweest.
U investeerde zoveel ware liefde.
Wie kan uw leed kennen?
Er is niemand die u troost.
Mijn hart wil van u houden,
en ik zal de geest van Petrus imiteren.
Ik zal mijn leven lang uw wil uitvoeren,
en u altijd volgen met heel mijn hart.
Vers 2
Uw dag zal hier spoedig zijn,
en we spannen ons maximaal in.
We willen uw vertrouwelingen zijn,
we gaan door weer en wind.
De Meester zal de tuin snel verlaten,
gebroken harten van de bedienden.
Zo'n grote schuld is zwaar om af te lossen, zelfs het kleinste deel.
Mijn hart wil van u houden,
en ik zal de geest van Petrus imiteren.
Ik zal mijn leven lang uw wil uitvoeren,
en u altijd volgen met heel mijn hart.
Vers 3
En in uw hart is nog steeds geen troost,
en angst wordt door iedereen gevoeld.
Ik vrees dat ik u niet innig genoeg liefheb,
ik durf absoluut niet laks te worden.
Mijn hart wil van u houden,
en ik zal de geest van Petrus imiteren.
Ik zal mijn leven lang uw wil uitvoeren,
en u altijd volgen met heel mijn hart,
met heel mijn hart, met heel mijn hart.