726 Een geschapen wezen moet ten genade van God zijn
Vers 1
Wat God ook van je vragen mag, ga er volledig voor.
Toon Hem je loyaliteit helemaal tot het einde.
Als je Hem ziet op de troon met een blije lach
op de dag dat je deze wereld achter je laat,
kan je lachen van vreugd als je je ogen sluit.
Wat kan je doen voor God, oh geschapene?
Geef je over aan Zijn genade.
Laat God doen zoals Hij wil, zolang Hij gelukkig en tevreden is.
Hoe kan iemand klagen vanbinnen?
Vers 2
Zolang je hier op aarde bent, met alle macht,
en vervul je plicht voor God, stel Hem tevreden, oh~
Zoals Petrus, die van God hield tot de dood,
en werd gekruisigd voor Hem.
Met al wat je doet, stel Hem tevreden.
Wat kan je doen voor God, oh geschapene?
Geef je over aan Zijn genade.
Laat God doen zoals Hij wil, zolang Hij gelukkig en tevreden is.
Hoe kan iemand klagen vanbinnen? Oh~
Laat Hem doen zoals Hij wil, geef je over aan Zijn genade. Oh~
Wat kan je doen voor God, oh geschapene?
Geef je over aan Zijn genade.
Laat God doen zoals Hij wil, zolang Hij gelukkig en tevreden is.
Hoe kan iemand klagen vanbinnen?
Naar Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Interpretaties van de mysteriën van “Gods woorden aan het hele universum”, hfst. 41