957 God hoopt dat de mens waarlijk berouw heeft
Couplet 1
God was kwaad op de Ninevieten
toen Hij tegen hen zei
dat Hij hun stad zou verwoesten.
Maar ze besloten te vasten,
trokken het boetekleed aan
en Gods hart verzachtte,
Zijn hart veranderde.
Gods woede voor de Ninevieten
veranderde in genade, tolerantie,
door hun belijdenis, door hun berouw.
Refrein
Wanneer God kwaad is op de mens,
hoopt Hij dat de mens echt berouw heeft,
dan zal Hij Zijn genade schenken.
Gods toorn komt door
het kwaad van de mensheid.
Aan hen die naar Hem luisteren,
die zich keren tegen het kwade
en staken met agressie
schenkt Hij vergeving en genade.
Couplet 2
Er is geen tegenspraak in deze openbaring
van Gods gezindheden.
Gods houding was verschillend
voor en na het berouw van de Ninevieten;
Gods wezen werd onthuld.
En zo mogen mensen
Gods wezen en de echtheid ervan zien,
Gods wezen dat bewezen onbeledigbaar is.
Refrein
Wanneer God kwaad is op de mens,
hoopt Hij dat de mens echt berouw heeft,
dan zal Hij Zijn genade schenken.
Gods toorn komt door
het kwaad van de mensheid.
Aan hen die naar Hem luisteren,
die zich keren tegen het kwade
en staken met agressie
schenkt Hij vergeving en genade.
Couplet 3
God gebruikte Zijn houding
om de mensen het volgende te vertellen:
het is niet dat God Zijn genade niet wil tonen,
maar weinigen hebben waarlijk spijt
en staken hun geweld,
en keren op hun schreden terug.
Gods omgang met de Ninevieten onthult
dat Zijn genade verkregen kan worden.
Als de mens berouw toont en het kwaad verlaat,
verandert Gods hart jegens hem.
Refrein
Wanneer God kwaad is op de mens,
hoopt Hij dat de mens echt berouw heeft,
dan zal Hij Zijn genade schenken.
Gods toorn komt door
het kwaad van de mensheid.
Aan hen die naar Hem luisteren,
die zich keren tegen het kwade
en staken met agressie
schenkt Hij vergeving en genade.
Naar Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II