Het tweede aspect van de betekenis van de Incarnatie
Wat is de betekenis van het gewoon en normaal zijn van de geïncarneerde God? Zijn het alleen maar dingen die bestaan zodat Hij werk kan doen? Is het om te bewijzen dat Hij Christus is? Sommige mensen zeggen: “De geïncarneerde God moet zeker van gewoon en normaal vlees zijn”. Betekent het alleen dat? Als we zeggen: “Als Hij Christus is, dat moet Hij zeker van gewoon en normaal vlees zijn”, beperken we God dan niet? Wat wordt bedoeld met ‘zeker’? Sommige mensen zeggen: “Het is om de woorden van God uit te drukken, zodat de mens makkelijk met Hem in contact kan komen”. Is dat het enige doel? Als we het bekijken in termen van het wezen van Christus, is het wezen van Christus God zelf, helemaal en volledig. Alles wat God doet, heeft betekenis. Een speciaal aangewezen lichaam van vlees, dat een speciaal aangewezen verschijning heeft, een speciaal aangewezen leefomgeving – deze dingen die God doet, hebben allemaal betekenis. Sommige mensen vragen: “Hoe kan het dat ik de grote betekenis niet kan zien achter het feit dat God gewoon en normaal vlees draagt? Is Zijn vlees niet slechts een buitenste omhulsel? Zal dit buitenste omhulsel niet nutteloos worden als God Zijn werk heeft voltooid?” In de verbeelding en het besef van mensen denken ze dat het buitenste omhulsel van dit gewone en normale vlees geen groot nut heeft, dat het geen groot doel dient in Gods werk of managementplan, en dat het alleen bestaat om deze fase van het werk te voltooien. Mensen geloven dat het bestaat zodat ze makkelijk met Hem in contact kunnen komen en Zijn stem kunnen horen, zodat ze Hem kunnen zien en voelen, en dat het geen ander nut heeft. In het verleden dachten mensen dat dat de betekenis van de incarnatie was. Maar gedurende het werk van het gewone en normale vlees en gedurende de tijd van de incarnatie verricht Hij naast het werk van Zijn eigen taak, ook werk waar nog niemand aan heeft gedacht. Wat voor werk is dat? Naast het werk van God zelf, ervaart Hij ook het lijden van de mens. Vroeger beseften mensen dat niet.
Voorheen begrepen mensen nooit waarom de geïncarneerde God altijd lijdt aan ziekten, of waar dit lijden voor dient. Sommige mensen zeiden: “God is nederig en verborgen, God ondergaat dit lijden om de mens te redden, God heeft de mens lief…” Dit is de warhoofdige verklaring die ze geven. Is het absoluut nodig dat Hij deze dingen ondergaat om de mensheid te redden? Als de geïncarneerde God dit lijden niet onderging, zou God het dan zelf kunnen volbrengen? Dat zou Hij kunnen. Sommige mensen zeggen: “In het Tijdperk van Genade hoeven we maar tot God te bidden, dan kan elke ziekte worden genezen zodra hij zich voordoet. We gebruikten nooit medicijnen en sommige mensen genazen zelfs van kanker door te bidden. Dus waarom wordt de geïncarneerde God altijd gekweld door ziekte? Waarom heeft Hij nooit een goede gezondheid? Waarom heeft de geïncarneerde God niet zoveel genade ontvangen als de mens?” Dat is altijd een mysterie geweest voor de mensheid. Het is iets wat het hart van de mens bedrukt, en toch behandelen mensen deze kwestie niet erg serieus. In plaats daarvan opperen ze warrige verklaringen, zeggen dat God de mens liefheeft, dat God lijdt voor de mensheid. Zelfs nu begrijpen mensen dit nog niet goed. Het lijden van de wereld ondergaan is een verantwoordelijkheid van de geïncarneerde God. Welk doel dient het ervaren van het lijden van de wereld? Dat is weer een andere kwestie. God komt om het lijden van de wereld te vervaren, wat iets is wat de Geest absoluut niet kan. Alleen de geïncarneerde God, die van gewoon, normaal en volledig vlees is, en die helemaal menselijk is geworden, kan het lijden van de wereld volledig ervaren. Als de Geest dit werk moest doen, zou Hij absoluut niet in staat zijn om enig lijden te ervaren. Hij zou alleen kunnen zien en begrijpen. Zijn zien, begrijpen en ervaren één en hetzelfde? Nee, dat zijn ze niet. Voorheen zei God: “Ik ken de leegte van de wereld en Ik ken de beproevingen in het leven van de mens. Ik heb hier en daar in de wereld gewandeld en heb absolute ellende gezien. Ik heb de beproevingen, de misère en de leegte in het leven van de mens gezien.” Maar de vraag of Hij die heeft ervaren is een heel andere kwestie. Denk bijvoorbeeld aan een familie die worstelt om rond te komen. Je ziet het en je kunt het enigszins begrijpen. Maar heb je hun situatie zelf ervaren? Heb je hun moeilijkheden, hun lijden gevoeld en heb je deze gevoelens of die ervaring gehad? Nee, dat heb je niet. Dat wil zeggen dat zien en ervaren twee verschillende dingen zijn. Men kan zeggen dat dit ding, dit werk, noodzakelijkerwijs door de geïncarneerde God moet worden gedaan. In zulke zaken is de Geest daar absoluut niet toe in staat. Dit is een ander aspect van de betekenis van de incarnatie: God komt om het lijden van de wereld en het lijden dat de mens ondergaat te ervaren. Welk lijden ervaart Hij? Hij ervaart de moeilijkheden die bestaan in het leven van de mens, familietegenslagen, de teleurstellingen van de mens, verlatenheid en vervolging, en ook lichamelijke ziekte – dit alles is het lijden van de wereld. De aandoeningen van ziekte, de aanvallen van mensen en dingen in de omgeving, tegenslagen in de familie, verlaten zijn door mensen, godslastering van mensen, kwaadspreken, verzet, opstandigheid, beledigingen en misverstanden, enzovoort… De geïncarneerde God ervaart dit alles als een aanval. Voor degenen die dit allemaal ondergaan is het ook een aanval. Al zijn ze een groot iemand, een buitengewoon iemand of een ruimdenkend iemand, dit lijden, deze dingen zijn een aanval tegen hen. God ondergaat de vervolging van de wereld en heeft geen plek om Zijn hoofd te ruste te leggen, geen plek om te verblijven en geen vertrouweling… Al deze dingen zijn pijnlijk. Hoewel deze dingen misschien niet het toppunt van lijden zijn, ondergaat Hij ze niettemin allemaal. Sommige mensen vroegen zich altijd af: “Kan God in het werk van de geïncarneerde God deze ziekten niet wegnemen? Zou Hij die dingen niet kunnen doen, om Hem Zijn werk makkelijk te maken en niet toe te laten dat mensen tegen Hem rebelleren en Hem bestrijden? Als Hij de mensen zou bestraffen, zouden ze zich niet tegen Hem durven verzetten. God heeft het gezag, dus waarom zou Hij zichzelf ziek laten worden? Als iemand een ziekte heeft, hoeft hij maar te bidden en hij wordt genezen, dus waarom lijdt God zelf aan ziekten?” Hij doet dat om het lijden van de wereld te kunnen ervaren. Uit het vlees dat Hij aanneemt als incarnatie verwijdert hij geen tegenslagen of aandoening of ziekten, noch verwijdert Hij de verwaarlozingen ondergaan door mensenhanden. Hij groeit en werkt van nature binnen deze moeilijke omgeving. Zo kan Hij het lijden van de wereld ervaren. Als geen van deze dingen bestond, zou Hij dit lijden niet proeven. Als er geen ziekten over Hem kwamen, of als Hij geen kwalen zou krijgen die normale mensen treffen, zou Zijn lijden dan niet minder zijn? Zou het geregeld kunnen worden dat Hij nooit hoofdpijn heeft of moe is als Hij zijn hersenen te veel gebruikt, terwijl dat bij andere mensen wel zo is? Ja, dat zou geregeld kunnen worden. Maar deze keer worden de dingen anders gedaan. In het tijdperk waarin Jezus werkte, kon Hij veertig dagen en nachten zonder eten en toch geen honger krijgen. Maar in het huidige tijdperk heeft de geïncarneerde God al honger als Hij maar één maaltijd overslaat. Sommige mensen zeggen: “Is God niet almachtig? Volgens mij is Hij dat niet. Zelfs zo’n kleinigheid als dit kan Hij niet. We zien aan de manier waarop Hij spreekt dat Hij God is, dus waarom kan Hij deze dingen niet volbrengen?” Het is niet dat God deze dingen niet kan volbrengen, maar veeleer dat Hij ze niet op die manier doet. Het doel van Zijn incarnatie is niet om de dingen te doen waarvan de mensen denken dat God ze kan. Hij ervaart het lijden van de wereld en dat Hij dat doet heeft een betekenis. Dan zijn er nog mensen die vragen: “Welk nut heeft het, God, dat u het lijden van de wereld ervaart? Kunt u lijden in plaats van de mens? Lijden de mensen niet nog steeds?” Niets wat God doet wordt zomaar gedaan. Hij gaat niet weg als Hij het lijden van de wereld heeft ondergaan, als Hij heeft gekeken en gezien hoe de wereld is. In plaats daarvan komt Hij om al het werk dat Zijn incarnatie moet doen grondig te voltooien. Sommige mensen denken dat God misschien te veel gewend is aan een leven van gemak en comfort, dat Hij maar een beetje wil lijden, dat Hij in gelukzaligheid leeft en niet de smaak van het lijden kent, en dus de smaak van het lijden wil leren kennen. Dat is allemaal maar een product van de verbeelding van mensen. Het nu ervaren van het lijden van de wereld is iets wat alleen kan gebeuren gedurende de tijd van de incarnatie. Als het werk van de geïncarneerde God al volledig is voltooid en de volgende fase van het werk al is begonnen, zal er geen “het lijden van de wereld ervaren” meer zijn. Dus om welke reden ervaart God precies het lijden van de wereld? Weet iemand dat? Er is geprofeteerd dat de mens geen tranen, geen geween en geen lijden zal hebben, en dat er geen ziekte in de wereld zal zijn. De geïncarneerde God ervaart nu dit lijden en als Hij klaar is, zal Hij de mensheid naar de prachtige bestemming brengen en al het lijden van voorheen zal er niet meer zijn. Waarom zal het er niet meer zijn? Het zal er niet meer zijn omdat de geïncarneerde God zelf al dit lijden al zal hebben ervaren en Hij dit lijden van de mensheid zal hebben weggenomen. Het is met dit doel dat God het lijden van de mens ervaart.
De geïncarneerde God ervaart het lijden van de wereld om de toekomstige bestemming van de mensheid beter voor te bereiden en mooier en volmaakter te maken. Dat is het belangrijkste aspect van de incarnatie en het is één deel van het werk van de incarnatie. Er is nog meer. Als Hij vlees wordt en dit lijden ervaart, zal God later dit lijden wegnemen van de mensheid. Maar als er geen incarnatie en geen ervaring waren, zou dit lijden dan wel kunnen worden weggenomen? Ja, dan kon het nog steeds worden weggenomen. In het Tijdperk van Genade, toen Jezus werd gekruisigd, was Hij een rechtvaardig man die de gelijkenis van zondig vlees werd en zichzelf tot zondoffer maakte, en zo de hele mensheid verloste en bevrijdde uit Satans greep. Dat was het doel en de betekenis van de kruisiging van Jezus: Hij verloste de mensheid met Zijn kostbare bloed, zodat de zonden van de mensheid vergeven zouden worden. Nu ervaart God menselijk lijden, wat betekent dat Hij het allemaal ervaart in plaats van de mens, en daarna hoeft de mens nooit meer te lijden. Je mag de volgende woorden niet vergeten: In elke fase van het werk van God is Hij in oorlog met Satan, en elke fase van Zijn werk is op de een of andere manier verbonden met deze oorlog met Satan. In de fase van het werk die werd uitgevoerd tijdens het Tijdperk van Genade werden alle zonden van de mensheid vergeven – ze werden verlost door de kruisiging. Als dit feit er niet was geweest, dit feit van de kruisiging, en in plaats daarvan de vergeving van de zonde van de mens alleen had berust op woorden, dan zou Satan niet zijn overtuigd. Hij zou hebben gezegd: “U heeft niets geleden en u heeft de zonden van de mens niet op u genomen. Zijn de zonden van de mensheid vergeven met één woord? Dat is onaanvaardbaar! De mensheid is geschapen door u, dus als u de zonden niet op u neemt in plaats van de mensheid, kunt u hun zonden niet vergeven.” In de huidige fase van het werk zullen alle geredde mensen naar de prachtige bestemming, naar het volgende tijdperk worden gebracht. De mensheid zal niet langer lijden, niet langer worden aangedaan door ziekte. Maar op grond waarvan zal de mens niet meer lijden aan aandoeningen door ziekte? Op grond waarvan zal er geen lijden meer zijn in de wereld? Redelijkerwijs kan men zeggen dat mensen dit lijden moeten ondergaan, omdat ze een verdorven gezindheid hebben en in staat zijn zich te verzetten tegen God. Hoe kan dit probleem worden opgelost? De geïncarneerde God doet deze keer ook iets heel belangrijks en dat is dat Hij de plaats van de mensheid inneemt en al haar pijn ondergaat. Deze ‘ervaring’ van God die vlees wordt en de menselijke pijn ervaart betekent dat Hij lijdt in plaats van de mensheid. Sommige mensen zeggen: “Waarom lijden we nog steeds nu God lijdt in plaats van de mensheid?” Je ervaart nu het werk van God. Je bent nog niet helemaal vervolmaakt, je bent nog niet helemaal het volgende tijdperk binnengegaan en je gezindheid is nog verdorven. Gods werk heeft nog niet zijn hoogtepunt bereikt en duurt nog voort. Dus moeten mensen niet klagen over hun lijden; de geïncarneerde God lijdt nog, laat staan de mens. Is het niet van grote betekenis dat God menselijk lijden ervaart? De geïncarneerde God is niet gekomen om een beetje werk te doen en dan weer weg te gaan. Het begrip van de mensen is te oppervlakkig – ze geloven dat de geïncarneerde God is gekomen om het werk van God zelf te doen, dat dit vlees alleen is gekomen om het woord van God uit te drukken en namens God te werken. Sommigen denken zelfs dat dit vlees slechts een uiterlijke vorm is, maar dat is volkomen onjuist en het is pure godslastering tegenover de geïncarneerde God. Het werk van het vlees betekent dat God zelf is gekomen en dat Hij vlees is geworden om het menselijke lijden te ervaren; het betekent dat God een mens is geworden om menselijk lijden te ervaren. Hebben mensen gelijk als ze geloven dat de uiterlijke vorm van Gods vlees is gekomen om dit lijden te ervaren en dat Zijn Geest van binnen niet lijdt? Gods Geest lijdt zoals het vlees lijdt. Toen Jezus gekruisigd zou worden, bad Hij: “Vader, als het mogelijk is, laat deze beker dan aan mij voorbijgaan! Maar laat het niet gebeuren zoals ik het wil, maar zoals u het wilt.” (Matteüs 26:39). Hij wenste dit, omdat zoals Zijn vlees leed, Zijn Geest ook leed in het vlees. Als je zegt dat alleen het buitenste omhulsel van vlees lijdt, dat God in Zijn goddelijkheid helemaal niet lijdt, dat Hij geen kwelling ondergaat, dan heb je het mis. Als je het zo interpreteert, dan bewijst dat dat je het aspect van Gods geïncarneerde wezen niet hebt gezien. Waarom wordt gezegd dat God nu is gematerialiseerd in een lichaam van vlees? God kan komen en gaan wanneer Hij wil, maar dat doet Hij niet. Hij is menselijk geworden om dit lijden te ondergaan, echt, tastbaar lijden, zodat mensen het kunnen zien en voelen als het gebeurt. Hij kan het lijden dat Hij ondergaat voelen, Hij ervaart het voor zichzelf. Nooit voelt Zijn vlees enig gedeelte van het lijden of de kwelling dat Zijn Geest niet voelt – Zijn vlees en Geest zijn als één in het voelen en verdragen van het lijden. Is dit makkelijk te begrijpen? Het is niet makkelijk. Het is niet makkelijk omdat mensen alleen het vlees kunnen zien en niet kunnen zien dat de Geest net zo lijdt als het vlees. Geloof je dat als iemand lijdt, zijn ziel ook lijdt? Waarom zeggen mensen dat ze dit of dat gevoel diep in hun hart voelen? Dat is omdat het vlees en de geest van de mens één zijn. De geest en het vlees van ieder mens zijn één en dezelfde; ze lijden hetzelfde en voelen dezelfde vreugde. Er is niet één mens die als hij echt pijn lijdt die alleen in zijn vlees voelt, zelfs als zijn hart zich verheugt; en ook is er niemand die zou zeggen dat zijn vlees helemaal niet lijdt zelfs als zijn hart lijdt. De dingen in het hart die gevoelens of pijn opwekken, of de dingen die kunnen worden ervaren in het hart – deze dingen kan het vlees ook voelen.
De geïncarneerde God is gekomen om Zijn werk te doen – om het lijden van de wereld te ervaren – teneinde alle pijn van de mens op Zich te nemen. Als Hij dit lijden heeft verdragen tot het voorbij is, hoeft zulk werk niet herhaald te worden in de volgende fase van het werk. In plaats daarvan kan de mensheid naar de prachtige bestemming gebracht worden. Omdat Hij deze pijn heeft ondergaan in plaats van de mens, is Hij gekwalificeerd om de mens naar de prachtige bestemming te brengen – dit is Zijn plan. Sommige absurde mensen zeggen: “Waarom heb ik de geïncarneerde God niet al dit lijden zien ondergaan? Dit is niet allemaal in zijn geheel ondergaan. Er moeten allerlei soorten lijden worden ondergaan en Hij zou op zijn minst een kruisiging moeten ondergaan.” De pijn van een kruisiging is al eerder ondergaan en hoeft niet opnieuw te worden geleden. Bovendien moeten mensen zulke dingen niet zeggen. Heeft de geïncarneerde God in deze jaren niet veel geleden? Alleen absurde mensen denken zo. Binnen de omvang van het lijden dat door de geïncarneerde God verdragen kan worden, kan Hem in feite al het lijden dat de mens treft overkomen. Het lijden dat te groot is, dat slechts één man op de duizend kan verdragen, dat hoeft God niet te ondergaan, want al dat lijden is al vertegenwoordigd geweest. God kan zulk lijden ervaren, en dat bewijst dat Hij niet anders is dan normale mensen, dat Hij niet onderscheiden kan worden van mensen, dat er geen scheiding is tussen Hem en mensen, en dat Hij net zo lijdt als mensen. Als mensen lijden, lijdt God ook. Van tijd tot tijd worden mensen ziek en lijden pijn, en God ervaart het persoonlijk – Hij heeft al dit lijden geproefd. Dit keer is het lijden van de geïncarneerde God niet zoals de vorige keer toen Hij de dood moest proeven aan het kruis. Dat is niet nodig, wat het is al eens ervaren. Dit keer gaat het alleen om het ervaren van menselijk lijden en het op Zich nemen van het lijden van de mens. Vroeger werkte Jehova als de Geest, en hierdoor kon de mens bepaalde dingen verkrijgen. Het werk van de geïncarneerde God kan echter worden gezien en gevoeld door mensen, zodat het voor mensen gemakkelijker en toegankelijker is dan het werk van de Geest. Dat is één aspect. Het andere aspect is dat de geïncarneerde God het lijden van de wereld kan ervaren. Dat kan absoluut niet worden bereikt door het werk van de Geest; het kan noodzakelijkerwijs alleen worden bereikt door de incarnatie. Als de Geest aan het werk was, zou de Geest zeggen wat Hij te zeggen heeft en weggaan. Zelfs als Hij in contact is met de mensen kan Hij het lijden van de wereld niet ervaren. Sommige mensen zullen misschien vragen: “Als de geïncarneerde God lijdt, lijdt de Geest dan niet ook? Kan de Geest het niet ook ervaren?” Is dat niet ook een absurd idee? De Geest kan pas lijden ervaren nadat Hij Zichzelf heeft gehuld in vlees. De Geest en het vlees zijn onscheidbaar; de Geest ervaart ook het lijden van het vlees. Als de Geest Zich niet in vlees zou hullen, zou Hij dit niet kunnen ervaren. De gevoelens van lijden van het vlees zijn veel gedetailleerder, echter en concreter. Dit zijn dingen die de Geest niet kan bereiken. Er zijn dingen in de fysieke wereld die het werk van de Geest niet kan vervangen. Dit is de meest veelomvattende betekenis van de incarnatie.
Het is al vaker gezegd dat Christus geen deel had aan het familiegeluk van de wereld. Sommige mensen zeggen: “Christus werd overal waar Hij kwam goed ontvangen. Sommige mensen kochten zelfs mooie dingen voor Hem en Hij stond overal in hoog aanzien. Het moet heel prettig voor Hem zijn geweest en Hij heeft niet veel geleden, dus hoe kan men zeggen dat Hij er geen deel aan had?” Wat vind je van deze opmerking? Dat Hij er geen deel aan had betekent niet dat Hij deze dingen niet genoot, maar eerder dat Hij door deze dingen niet minder leed. Dat is wat wordt bedoeld met ‘Hij had er geen deel aan’. Stel bijvoorbeeld dat je een ziekte krijgt en iemand geeft je wat mooie kleren. Wordt het leed van je ziekte dan verlicht door deze kleren? Nee. Je leed wordt helemaal niet verlicht. Je moet nog steeds ondergaan wat je moet ondergaan. Dat is wat bedoeld wordt met ‘er geen deel aan hebben’. Het lijden dat voortvloeit uit een ziekte, of de beperkingen van iemands omgeving kunnen niet worden verlicht door het genot van het lichaam, en Christus nam deze dingen niet voor Zijn plezier. Daarom wordt gezegd “Hij had er geen deel aan”. Sommige absurde mensen denken: als God geen deel heeft aan het familiegeluk van de wereld, dan doet het er niet toe hoe we Hem ontvangen, want God zal lijden, wat we ook doen. Dit is een volkomen absurd idee en het laat zien dat er kwaadwilligheid in hun hart is. Mensen moeten hun hart zo goed mogelijk gebruiken; de plichten van mensen moeten naar hun absoluut beste kunnen worden gedaan. Dan zijn er mensen die het zo begrijpen: God genoot vroeger opperste gelukzaligheid en is nu gekomen om iets anders te proberen: het lijden van de wereld. Is het zo simpel? Je moet begrijpen waarom God komt om het lijden van de wereld te ervaren. De betekenis van alles wat God doet heeft een aanzienlijke diepgang. Denk bijvoorbeeld aan de kruisiging van Jezus. Waarom moest Jezus gekruisigd worden? Was het niet om de mensheid te verlossen? Zo is er ook grote betekenis in de huidige incarnatie van God, en dat Hij het lijden van de wereld ervaart – het is voor de prachtige bestemming van de mensheid. In Zijn werk doet God altijd precies wat het meest praktisch is. Hoe komt het, dat God de mens ziet als zonder zonde en dat de mens het grote geluk heeft dat hij vóór God kan komen? Dat komt doordat Jezus aan het kruis is genageld, de zonden van de mens heeft gedragen en de mensheid heeft verlost. Hoe komt het dan dat de mensheid niet meer zal lijden, geen verdriet meer zal voelen, geen tranen meer zal vergieten en niet meer zal zuchten? Dat komt doordat de huidige incarnatie van God al dit lijden op Zich heeft genomen en doordat dit lijden nu namens de mens is doorstaan. Het is als een moeder die toekijkt hoe haar kind ziek wordt en tot de hemel bidt, en wil dat haar eigen leven wordt afgebroken als dat betekent dat haar kind genezen kan worden. God werkt ook op deze manier: Hij biedt Zijn pijn in ruil voor een prachtige bestemming die dan zal komen voor de mensheid. Er zal geen verdriet meer zijn, geen tranen, geen zuchten en geen lijden. God betaalt de prijs – de kosten – van het persoonlijk ondergaan van het lijden van de wereld in ruil voor de prachtige bestemming die zal volgen voor de mensheid. Als je zegt dat dit wordt gedaan ‘in ruil voor’ de prachtige bestemming, betekent dat niet dat God geen macht of gezag heeft de mensheid een prachtige bestemming te geven, maar juist dat God een praktischer en krachtiger bewijs wil vinden om de mensen volledig te overtuigen. God heeft dit lijden al ondergaan, Hij is dus gekwalificeerd, Hij heeft de macht en, sterker nog, Hij heeft het gezag om de mensheid af te leveren bij de prachtige bestemming, om de mensheid deze prachtige bestemming en belofte te geven. Satan zal volledig worden overtuigd; alle schepselen in het universum zullen volledig worden overtuigd. Uiteindelijk zal God de mensheid Zijn belofte en liefde laten ontvangen. Alles wat God doet is praktisch, niets wat Hij doet is leeg, en Hij ondergaat het allemaal Zelf. God betaalt de prijs van het ondergaan van Zijn eigen lijden in ruil voor een bestemming voor de mensheid. Is dat geen praktisch werk? Ouders kunnen een serieuze prijs betalen ter wille van hun kinderen en dit laat hun liefde voor hun kinderen zien. Door dit te doen is de vleesgeworden God natuurlijk zeer oprecht en trouw aan de mensheid. Het wezen van God is trouw; Hij doet wat Hij zegt en wat Hij ook doet, het wordt waargemaakt. Alles wat Hij voor de mensen doet is oprecht. Hij spreekt niet zomaar woorden uit; als Hij zegt dat Hij een prijs zal betalen, dan betaalt Hij ook werkelijk de prijs. Als Hij zegt dat Hij het lijden van de mens op Zich neemt en in zijn plaats lijdt, komt Hij werkelijk onder de mensen leven en voelt en ervaart Hij dit lijden persoonlijk. Daarna zullen alle dingen in het universum erkennen dat alles wat God doet juist en rechtvaardig is, dat alles wat God doet realistisch is: dit is krachtig bewijs. Daarnaast zal de mensheid in de toekomst een prachtige bestemming hebben en allen die overblijven, zullen God prijzen; zij zullen loven dat Gods daden inderdaad uit Zijn liefde voor de mensheid zijn verricht. God komt nederig onder de mensen, als een gewoon mens. Hij doet niet slechts wat werk, of spreekt wat woorden en gaat dan weer. Integendeel, Hij spreekt waarachtig en werkt terwijl Hij de pijn van de wereld ondergaat. Pas als Hij klaar is met het ondergaan van deze pijn zal Hij vertrekken. Zo werkelijk en praktisch is het werk van God; allen die overblijven, zullen Hem ervoor prijzen en ze zullen Zijn trouw aan de mens en Zijn goedertierenheid zien. Gods wezen van schoonheid en goedheid kan herkend worden in de betekenis van Zijn incarnatie in het vlees. Wat Hij ook doet, het is oprecht, wat Hij ook zegt, het is eerlijk en getrouw. Alles wat Hij van plan is te doen, doet Hij; als er een prijs betaald moet worden, betaalt Hij die ook werkelijk; Hij spreekt niet zomaar woorden uit. God is een rechtvaardige God; God is een getrouwe God.
Voorjaar 1997