1

Uw stem leidt me naar uw aanwezigheid.

Uw woorden winnen mijn hart.

Uw toegenegen liefde, uw woorden van leven,

houden mijn hart goed vast en laten mij u liefhebben.

U bent altijd in mijn gedachten. O, u bent altijd in mijn gedachten.

2

Door uw woorden houd ik innig van u,

een liefde die onbeschrijflijk is.

Uw mooie gezicht roept liefde op, uw vriendelijke woorden beroeren de harten van mensen.

Door te worden gesnoeid, aangepakt en verlicht kan ik genieten van uw liefde.

Uw liefde vervult mijn hart. O, ik kan niet zonder u.

3

Uw gezindheid is rechtvaardig, heilig, zo lieflijk.

Uw wijsheid en wonderbaarlijkheid zijn betoverend.

Ik word weliswaar nu op de proef gesteld en pijn loutert mijn hart,

maar uw woorden zijn altijd bij me en ik wil alleen maar zo goed mogelijk van u houden.

Ik heb geen klachten te midden van uw orkestraties. O, ik heb geen klachten te midden van uw orkestraties.

4

Uw liefde voor de mensheid is zo oprecht, zo echt.

Ik doe graag wat ik kan om u tevreden te stellen.

Hoewel de beproevingen en loutering hevig zijn, heb ik onder begeleiding van uw woorden

het volste vertrouwen in u. Als ik u kan liefhebben en van u kan getuigen,

ben ik bereid, hoe groot de ontberingen ook zijn. O, mijn liefde voor u zal nooit veranderen.