1029 Een rivier van levenswater
1 Een rivier van levenswater, helder als kristal, stroomt uit de troon van God en het Lam. Op beide oevers staat de boom des levens, die twaalf soorten fruit draagt en zijn fruit iedere maand voortbrengt. De bladeren van de boom zijn om de naties te genezen. Er zal geen vloek meer zijn, geen vloek. De troon van God en het Lam zal in de stad staan. Zijn dienaren zullen Hem dienen, en ze zullen Zijn gezicht zien, ze zullen Zijn gezicht zien. Zijn naam zal op hun voorhoofden staan. En er zal geen nacht meer zijn: een kaars is niet meer nodig, geen kaars, noch het licht van de zon, want de Heer God geeft hun licht. Ze zullen voor eeuwig en altijd heersen. Ze zullen voor eeuwig en altijd heersen.
2 De heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, daalt van God neer uit de hemel, uit de hemel. Ziet, het tabernakel van God is onder de mensen, Hij zal bij hen wonen. Zij zullen Zijn volk zijn. God Zelf zal bij hen zijn, en Hij zal hun God zijn. God zal alle tranen uit hun ogen vegen, er zal geen dood, of verdriet of pijn zijn, er zal niet meer gehuild worden, want alle dingen van vroeger zijn voorbij. Hij zal degene die dorstig is royaal uit de fontein van levenswater verstrekken, Hij zal royaal verstrekken. De overwinnaar erft alles: God zal zijn God zijn, en hij zal Zijn zoon zijn. God zal zijn God zijn, en hij zal Zijn zoon zijn.
3 Want God, de Heer, de Almachtige, is haar tempel, met het lam. De stad heeft het licht van de zon en de maan niet nodig: over haar schijnt Gods luister, en het lam is haar licht. De volken zullen in haar licht leven en de koningen op aarde betuigen daar hun lof. De poorten zullen overdag nooit gesloten worden, en nacht zal het er niet meer zijn. De volken zullen in haar hun lof en eer komen betuigen. Maar alles wat verwerpelijk is en iedereen die zich met gruwelijke dingen en leugens inlaat, komt de stad niet binnen, alleen zij die in het boek van het leven staan, het boek van het lam.
4 De bliksem komt uit het oosten en schijnt naar het westen. Christus van de laatste dagen, Almachtige God, is onder de mensen gekomen. Hij geeft uitdrukking aan de waarheid: het woord dat in het vlees verschijnt. Voor Gods troon aanvaarden alle mensen oefening en vervolmaking van het koninkrijk. Christus van de laatste dagen heeft de eeuwige manier van leven gebracht. Gods volk staat iedere dag oog in oog met God en ervaart Gods woord, onvergelijkbaar zoet. Het woord, een tweesnijdend zwaard, oordeelt om de mens te zuiveren en te redden. Het oordeel is in het huis van God begonnen. Het doek gaat op voor het oordeel van de laatste dagen. Alle mensen van God heiligen de naam van Almachtige God. Almachtige God is Zijn koninkrijk binnengegaan. Gods werk is volbracht. Hij heeft de volle glorie bereikt. Hij heeft de volle glorie bereikt.
Naar het boek Openbaring in de Bijbe