462 God wil graag diegenen winnen die in staat zijn om Zijn wil te vervullen
Vers 1
Terwijl Gods werk en plan verder vooruit gingen,
nadat God een regenboog gestuurd had, een verbond,
een teken dat Hij nooit meer de wereld zou vernietigen
die Hij met een vloed had gemaakt.
God voelde een drukkend verlangen om diegenen te winnen
die eensgezind met Hem konden zijn,
die Zijn wil op aarde konden vervullen
en zich konden bevrijden van de duistere machten.
God wil diegenen die niet gebonden zijn door Satan verkrijgen,
zij die getuigenis kunnen geven voor Hem.
Dit is Gods lang bestaande wens,
waarop Hij al wacht sinds het begin van alles, van alles.
Vers 2
Ongeacht Gods vloed om de aarde te vernielen
en Zijn verbond met de mens,
is alles echt hetzelfde gebleven:
Zijn wil, Zijn gemoedstoestand en Zijn plan.
Wat Hij wilde doen,
waarnaar Hij verlangde al van vóór alle schepping,
is om diegenen te winnen die Hij wenst te winnen,
diegenen die Zijn wil en gezindheid kennen.
Een groep mensen die in staat zijn om Hem te aanbidden,
in staat om getuigenis te geven voor Hem, zij zijn Zijn vertrouwelingen.
God wil diegenen die niet gebonden zijn door Satan verkrijgen,
zij die getuigenis kunnen geven voor Hem.
Dit is Gods lang bestaande wens,
waarop Hij al wacht sinds het begin van alles.
Dit is Gods lang bestaande wens,
waarop Hij al wacht sinds het begin van alles.
Naar Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Gods werk, Gods gezindheid en God Zelf II