871 Gods nederigheid is zo lieftallig
Vers 1
God verlaagt Zichzelf en doet Zijn werk
vanwege de verdorven mens.
Om hen perfect te maken, wordt God mens.
Hij leidt hen en zorgt voor hen, gaat naar het hart van de grote draak
om hen te redden en te overwinnen,
door hen te veranderen en hen nieuw te maken.
Hij verlaagt Zichzelf tot mens en verdraagt deze ontbering.
Het is de opperste vernedering voor de Geest.
God, groots en verheven. De mens, gemeen en laag.
Toch spreekt God, Hij voorziet en leeft tussen de mens.
Hij is zo nederig, zo lieftallig.
Vers 2
God levend in vlees met normaal leven en noden,
toont dat Hij Zich wat heeft verlaagd.
Gods Geest, hoog en groots, komt als doorsnee mens
voert het werk van Zijn Geest uit.
Jullie zijn Zijn werk niet waard, zulke ontberingen die Hij leed.
Het is te zien aan jullie kwaliteit, inzicht en begrip.
Jullie zijn Zijn werk niet waard, zulke ontberingen die Hij leed.
Het is te zien aan jullie menselijkheid en levens.
God, groots en verheven. De mens, gemeen en laag.
Toch spreekt God, Hij voorziet en leeft tussen de mens.
Hij is zo nederig, zo lieftallig.
Naar Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Alleen diegenen die zich richten op de praktijk kunnen vervolmaakt worden