855 Alleen de Schepper leeft mee met deze mensheid
Vers 1
Voor de mens reist de Schepper overal rond;
in stilte schenkt Hij hem elke seconde van Zijn leven.
Zonder medelijden voor Zichzelf, koestert Hij
de mensheid die Hij schiep en geeft hem alles wat Hij heeft.
Refrein
Alleen de Schepper heeft medelijden met de mens,
heeft oprechte liefde en onverbrekelijke genegenheid.
Alleen de Schepper kan de mens genade betonen
en Zijn hele schepping koesteren.
Vers 2
Onvoorwaardelijk schenkt Hij genade en verdraagzaamheid,
zodat de mens in Zijn aanschijn kan leven en Zijn geschenk van leven ontvangen;
eens onderwerpt hij zich en zal inzien dat Hij de Ene is,
die de mensheid leeftocht geeft en de hele schepping verzorgt.
Refrein
Alleen de Schepper heeft medelijden met de mens,
heeft oprechte liefde en onverbrekelijke genegenheid.
Alleen de Schepper kan de mens genade betonen
en Zijn hele schepping koesteren.
Brug
De daden van de mens trekken Zijn hart heen en weer.
De slechtheid en verdorvenheid van de mens wekken Zijn toorn en smart.
Maar het berouw van de mens maakt dat Hij vergeeft en zich verheugt.
Al Zijn gedachten en ideeën draaien immer om de mensen.
De uitdrukking van al wat Hij is en heeft is allemaal voor de mensheid,
en al Zijn emoties zijn vervlochten met haar bestaan.
Refrein
Alleen de Schepper heeft medelijden met de mens,
heeft oprechte liefde en onverbrekelijke genegenheid.
Alleen de Schepper kan de mens genade betonen
en Zijn hele schepping koesteren.
Naar Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke II