God Zelf, de unieke III

Gods gezag (II)

Vandaag gaan we verder met onze communicatie over het onderwerp van ‘God Zelf, de unieke.’ We hebben al twee communicaties over dit onderwerp gehad, de eerste over Gods gezag, en de tweede over Gods rechtvaardige gezindheid. Hebben jullie na het luisteren naar deze twee communicaties een nieuw begrip gekregen van Gods identiteit, status en wezen? Hebben deze inzichten jullie geholpen om een meer inhoudelijke kennis en zekerheid over de waarheid van Gods bestaan te bereiken? Vandaag ben ik van plan uit te wijden over het onderwerp van ‘Gods gezag.’

Gods gezag begrijpen vanuit macro- en microperspectieven

Gods gezag is uniek. Het is de karakteristieke uitdrukking en de speciale substantie van de identiteit van God Zelf. Geen enkel geschapen of ongeschapen wezen bezit zo’n karakteristieke uitdrukking en speciale substantie; alleen de Schepper bezit dit soort gezag. Dat wil zeggen, alleen de Schepper – God de Unieke – wordt op deze manier uitgedrukt en heeft deze substantie. Waarom praten over Gods gezag? In welke mate verschilt het gezag van God Zelf van de menselijke conceptie van gezag? Wat is er zo speciaal aan? Waarom is het juist zo significant om er hier over te spreken? Ieder van jullie moet deze zaak zorgvuldig overwegen. Voor de meeste mensen is “Gods gezag” een vaag idee, iets waar erg moeilijk vat op is te krijgen in je hoofd, en de kans is groot dat elke discussie erover nevelig is. Dus er zal steevast een gat zijn tussen de kennis van Gods gezag die de mens in staat is te bezitten en de substantie van Gods gezag. Om dit gat te overbruggen, moet men stapsgewijs Gods gezag leren kennen via de weg van echte mensen, gebeurtenissen, dingen of fenomenen die binnen het bereik van mensen liggen, die mensen in staat zijn te begrijpen. Ook al lijkt de frase “Gods gezag” onbevattelijk, Gods gezag is totaal niet abstract. Hij is elke minuut van zijn leven aanwezig bij ieder mens en leidt hem door elke dag heen. Dus in het dagelijks leven van ieder persoon zal deze noodzakelijkerwijs het meest tastbare aspect van Gods gezag zien en ervaren. Deze tastbaarheid is voldoende bewijs dat Gods gezag ook daadwerkelijk bestaat en maakt het iemand volledig mogelijk om het feit te erkennen en te bevatten dat God dit gezag bezit.

God heeft alles geschapen en zodoende heeft Hij heerschappij over alle dingen. In aanvulling daarop heeft Hij ook de controle over alles. Wat betekent dit, het idee dat “God over alles heerschappij” heeft? Hoe kan dat uitgelegd worden? Hoe is dat toe te passen op het echte leven? Hoe kunnen jullie Gods gezag leren kennen door het feit te begrijpen dat “God alles onder controle heeft?” Juist uit de frase “God heeft alles onder controle” zouden we moeten afleiden dat wat God onder controle heeft niet slechts een deel van de planeten is, of een deel van de schepping, laat staan een deel van de mensheid, maar alles: van het enorme tot het microscopische, van het zichtbare tot het onzichtbare, van de sterren in het universum tot de levende dingen op aarde, zowel de micro-organismen die niet met het blote oog gezien kunnen worden als wezens die bestaan in andere vormen. Dit is de exacte definitie van het “alles” dat God “onder controle heeft” en is de omvang waarover God Zijn gezag uitoefent, de reikwijdte van Zijn soevereiniteit en bestuur.

Voordat deze mensheid ontstond, bestond de kosmos al – alle planeten, alle sterren aan de hemel. Deze hemellichamen cirkelen met regelmatigheid op macroniveau onder Gods leiding, al zolang ze bestaan, hoeveel jaren dat ook zo is geweest. Welke planeet gaat waar naartoe, op welke tijd; welke planeet heeft welke taak en wanneer; welke planeet cirkelt langs welke baan in de ruimte en wanneer verdwijnt ze of wordt ze vervangen – al deze dingen vinden feilloos voortgang. De posities van de planeten en de afstanden ertussen volgen strikte patronen, wat allemaal met zeer exacte gegevens beschreven kan worden; de wegen waarlangs zij reizen, de snelheid en de patronen van hun banen, ook de tijden waarin zij in verschillende posities verkeren, kunnen zeer exact gekwantificeerd en beschreven worden in speciale wetmatigheden. Al eeuwenlang hebben deze planeten deze wetmatigheden gevolgd zonder ooit zelfs maar een beetje af te wijken. Geen macht kan deze gevolgde banen en patronen veranderen of onderbreken. Omdat de speciale wetmatigheden die hun beweging sturen en de exacte gegevens die deze wetmatigheden beschrijven, door het gezag van de Schepper zijn voorbestemd, gehoorzamen zij deze wetten vanuit zichzelf, onder de soevereiniteit en controle van de Schepper. Op macroniveau is het niet moeilijk voor de mens om enkele patronen te vinden, wat gegevens, evenals wat vreemde en onbegrijpelijke wetmatigheden of fenomenen. Hoewel de mens niet toegeeft dat God bestaat en het feit niet accepteert dat de Schepper alles heeft gemaakt en daarover heerschappij heeft, en dat de mens bovendien het bestaan van het gezag van de Schepper niet erkent, ontdekken menselijke wetenschappers, astronomen en fysici steeds meer dat het bestaan van alle dingen in het universum en de principes en patronen die hun bewegingen voorschrijven, geregeerd worden en onder controle staan van een immense en onzichtbare, duistere energie. Dit feit dwingt de mens om onder ogen te zien en te erkennen dat er te midden van deze patronen en bewegingen een Machtige is die alles orkestreert. Zijn kracht is buitengewoon en, hoewel niemand Zijn werkelijke gezicht kan zien, regeert Hij over alles en heeft over alles controle op elk moment. Geen mens of kracht gaat Zijn soevereiniteit te boven. Geconfronteerd met dit feit moet de mens erkennen dat de wetten die over het bestaan van alle dingen regeren niet door de mens beheerst kunnen worden, noch door iemand veranderd kunnen worden, en tegelijkertijd moet de mens toegeven dat menselijke wezens deze wetten niet volledig kunnen begrijpen. Ze zijn geen natuurlijke verschijnselen, maar voorgeschreven door een Heer en Meester. Al deze dingen zijn uitdrukkingen van het gezag van God die mensen op macroniveau kunnen waarnemen.

Op microniveau zijn alle bergen, rivieren, meren, zeeën en landmassa’s die de mens aanschouwt op de aarde, alle seizoenen die hij ervaart, alles wat de aarde bewoont, inclusief de planten, dieren, micro-organismen en mensen, allemaal onderworpen aan Gods soevereiniteit, en onder controle van God. Onder Gods soevereiniteit en controle komen alle dingen tot stand of verdwijnen ze in overeenstemming met Zijn gedachten. Hun levens worden allemaal geregeerd door bepaalde wetmatigheden, en in overeenstemming daarmee groeien en vermenigvuldigen ze. Geen mens of ding staat boven deze wetten. Waarom is dat? Het enige antwoord is: vanwege Gods gezag. Of, om het anders te zeggen, vanwege Gods gedachten en Gods woorden; want God doet alles Zelf. Dat wil zeggen dat het Gods gezag en Gods gedachten zijn die aanleiding geven tot deze wetmatigheden; ze zullen verschuiven en veranderen in overeenstemming met Zijn gedachten en deze verschuivingen en veranderingen gebeuren allemaal of verdwijnen allemaal omwille van Zijn plan. Neem bijvoorbeeld epidemieën. Die breken uit zonder enige waarschuwing, niemand kent hun oorsprong of de precieze redenen waarom ze ontstaan, en als een epidemie een bepaalde plaats bereikt, kunnen de getroffenen niet aan het onheil ontsnappen. Menselijke wetenschappen leren dat epidemieën veroorzaakt worden door de verspreiding van venijnige of schadelijke microben en dat hun snelheid, reikwijdte en manier van overbrenging niet voorspeld of beheerst kunnen worden door de menselijke wetenschap. Al verzet de mensheid zich hier met alle mogelijke middelen tegen, als een epidemie uitbreekt, kan de mens niet beheersen welke mensen of dieren onvermijdelijk geïnfecteerd raken. Het enige wat mensen kunnen doen, is proberen epidemieën te voorkomen, zich ertegen te verzetten en onderzoek te doen. Maar niemand weet de onderliggende oorzaken die het begin en het einde van één enkele epidemie verklaren en niemand kan ze onder controle houden. Geconfronteerd met de opkomst en de verspreiding van een epidemie is het ontwikkelen van een vaccin de eerste maatregel die mensen nemen, maar vaak sterft de epidemie uit voor het vaccin klaar is. Waarom sterven epidemieën uit? Sommigen zeggen dat de ziektekiemen onder controle zijn gebracht, anderen zeggen dat ze afsterven vanwege veranderingen in seizoenen … Op de vraag of deze wilde speculaties standhouden, kan de wetenschap geen verklaring bieden; zij geeft geen sluitend antwoord. De mensheid wordt niet alleen geconfronteerd met deze speculaties, maar ook met het gebrek aan begrip van de mensheid en de angst voor deze epidemieën. In de eindanalyse weet niemand waarom epidemieën beginnen of waarom ze stoppen. Omdat de mensheid alleen in wetenschap gelooft, er geheel op vertrouwt, maar het gezag van de Schepper niet erkent, noch Zijn soevereiniteit accepteert, zal zij nooit een antwoord krijgen.

Onder Gods soevereiniteit bestaan alle dingen en vergaan ze vanwege Zijn gezag, vanwege Zijn management. Sommige dingen komen en gaan stilletjes, en de mensheid kan niet zeggen waar ze vandaan kwamen en men kan de regels die ze volgen niet vatten, laat staan de redenen begrijpen waarom ze komen en gaan. Al kan de mens getuige zijn van alle dingen die gebeuren, ze horen of ervaren – hoewel al deze dingen invloed hebben op de mens en hoewel de mens onbewust de ongewoonheid, de regelmaat, of zelfs het vreemde van verschillende fenomenen kan vatten, hij weet nog steeds niets van de wil van de Schepper en Zijn verstand die daarachter liggen. Er liggen vele verhalen achter, vele verborgen waarheden. Omdat de mens ver verwijderd is geraakt van de Schepper, omdat hij het feit dat het gezag van de Schepper alle dingen regeert niet accepteert, zal hij nooit alle dingen die gebeuren onder die soevereiniteit weten en begrijpen. Gods controle en soevereiniteit overstijgen grotendeels de grenzen van de menselijke verbeelding, van menselijke kennis, van het menselijk begripsvermogen, van wat de menselijke wetenschap kan bereiken; de capaciteiten van de geschapen mensheid kunnen daar niet tegenop. Sommige mensen zeggen: “Hoe kun je geloven dat alles ondergeschikt is aan Zijn gezag als je niet zelf getuige bent geweest van Gods soevereiniteit?” Zien is niet altijd geloven; zien is niet altijd erkennen en begrijpen. Dus waar komt geloof vandaan? Ik kan met zekerheid zeggen: “Geloof komt van de mate en diepte van iemands begrip van en ervaring met de werkelijkheid en onderliggende oorzaken van dingen.” Als je gelooft dat God bestaat, maar je kunt het feit van Gods controle en Gods soevereiniteit over alle dingen niet erkennen, laat staan bevatten, dan zul je in je hart nooit toegeven dat God dit soort gezag heeft en dat Gods gezag uniek is. Je zult nooit daadwerkelijk accepteren dat de Schepper je Heer, je God is.

Het lot van de mens en het lot van het universum zijn onlosmakelijk verbonden aan de soevereiniteit van de Schepper

Jullie zijn allemaal volwassenen. Sommigen van jullie zijn van middelbare leeftijd; sommigen hebben hun oude dag al bereikt. Van niet-gelovige tot gelovige en vanaf het begin van geloven in God tot aan het accepteren van Gods woord en het ervaren van Gods werk, hoeveel kennis hadden jullie van Gods soevereiniteit? Welke inzichten verkregen jullie in het lot van de mens? Kan iemand alles wat hij in het leven verlangt verwerven? Hoeveel dingen hebben jullie, in de weinige decennia van jullie bestaan, bereikt zoals jullie hadden gehoopt? Hoeveel dingen gebeuren niet zoals jullie verwachtten? Hoeveel dingen kwamen als welkome verrassingen? Op hoeveel dingen wachten mensen nog steeds totdat zij vrucht dragen – onbewust het juiste moment en de Hemelse wil afwachtend? Hoeveel dingen geven mensen het gevoel van hulpeloosheid en te worden tegengewerkt? Iedereen is vervuld van hoop over zijn lot en verwacht dat in zijn leven alles gaat zoals hij wil, dat hij wat eten en drinken betreft niets tekort zal komen en dat zijn geluk spectaculair zal toenemen. Niemand wil een arm en onderdrukt leven vol met tegenslagen en onheil. Maar mensen kunnen deze dingen niet voorzien of beheersen. Misschien is de geschiedenis voor sommigen slechts een samenraapsel van ervaringen; ze leren nooit wat de Hemelse wil is, noch geven ze er om wat die wil is. Ze leven hun leventje gedachteloos, zoals dieren, levend van dag tot dag, ze geven niet om het lot van de mensheid, waarom mensen leven of hoe de ze behoren te leven. Deze mensen bereiken hun oude dag zonder enig begrip te hebben bereikt van het lot van de mens, en tot het moment dat ze sterven hebben ze geen idee waar het leven om draait. Zulke mensen zijn dood; ze zijn wezens zonder geest; ze zijn beesten. Hoewel ze leven onder alle dingen, krijgen mensen voldoening uit de vele manieren waarop de wereld in hun materiële benodigdheden voorziet en al zien zij deze materiële wereld vooruitgaan, hun eigen ervaringen – wat zij voelen en ervaren in hart en geest – hebben niets te maken met materiële zaken en niets materieels kan ze vervangen. Het is een erkenning diep in iemands hart, iets dat met het blote oog niet zichtbaar is. Deze erkenning ligt in iemands begrip en in iemands gevoel van menselijk leven en het menselijk lot. En vaak leidt dit iemand tot de ongerustheid dat een onzichtbare Meester alles schikt en orkestreert voor de mens. Te midden van dit alles kan men niet anders dan de schikking en orkestraties van het lot accepteren; tegelijkertijd kan men niet anders dan het pad dat de Schepper heeft uitgestippeld aanvaarden, de soevereiniteit van de Schepper over iemands lot. Dit is een onbetwist feit. Ongeacht welk inzicht en welke houding iemand heeft over het lot, niemand kan dit feit veranderen.

Waar je elke dag heen gaat, wat je gaat doen, wie of wat je gaat tegenkomen, wat je gaat zeggen, wat er met je gebeurt – kan iets daarvan worden voorspeld? Mensen kunnen al deze gebeurtenissen niet voorzien, laat staan beheersen hoe zij zich ontwikkelen. In het leven vinden deze onvoorziene gebeurtenissen constant en dagelijks plaats. Deze dagelijkse wisselvalligheden en de manieren waarop zij zich ontvouwen, of de patronen volgens welke ze zich afspelen, zijn constante geheugensteuntjes voor de mensheid dat niets zomaar gebeurt, dat het verloop van de ontwikkeling der dingen en hun onvermijdelijkheid niet door de menselijke wil veranderd kan worden. Elke gebeurtenis draagt een waarschuwing over van de Schepper aan de mensheid en zendt daarmee ook de boodschap uit dat menselijke wezens hun eigen lot niet kunnen beheersen. Tegelijkertijd is elke gebeurtenis een weerlegging van wilde, vergeefse ambities en verlangens van de mensheid om haar eigen lot in eigen handen te nemen. Ze zijn als krachtige slagen om de oren van de mensheid, de een na de ander en ze dwingen mensen om te heroverwegen wie uiteindelijk hun lot beheerst en regeert. En terwijl hun ambities en verlangens herhaaldelijk onderdrukt en verpletterd worden, komen mensen natuurlijkerwijs tot onbewuste aanvaarding van wat het lot in petto heeft, een aanvaarding van de werkelijkheid, van de Hemelse wil en de soevereiniteit van de Schepper. Van deze dagelijkse wisselvalligheden tot het lot van gehele mensenlevens is er niets wat de plannen en de soevereiniteit van de Schepper niet openbaart; er is niets dat niet de boodschap uitzendt dat “het gezag van de Schepper niet overtroffen kan worden”, niets dat niet de eeuwige waarheid overdraagt dat “het gezag van de Schepper onovertroffen is”.

Het lot van de mens en van het universum zijn nauw verstrengeld met de soevereiniteit van de Schepper en onafscheidelijk verbonden met de orkestraties van de Schepper; uiteindelijk kunnen deze niet ontrafeld worden van het gezag van de Schepper. Door de wetten van alle dingen leert de mens de orkestraties en soevereiniteit van de Schepper te begrijpen; door de regels voor overleving neemt hij de regering van de Schepper waar; vanuit het lot van alle dingen trekt hij conclusies over de manieren waarop de Schepper Zijn soevereiniteit en heerschappij over mensen uitoefent; en in de levenscycli van menselijke wezens en alle dingen ervaart de mens werkelijk de orkestraties en regelingen van de Schepper voor alle dingen en levende wezens, en is hij er werkelijk getuige van hoe deze orkestraties en regelingen alle aardse wetten, regels, instituties, alle machten en krachten overstijgen. In dat licht is de mensheid gedwongen te erkennen dat de soevereiniteit van de Schepper niet geschonden kan worden door enig schepsel, dat geen enkele kracht zich met gebeurtenissen en door de Schepper voorbestemde dingen kan bemoeien of die kan veranderen. Het is vanwege deze goddelijke wetten en regels dat mensen en alle dingen leven en zich voortzetten, van generatie op generatie. Is dit niet de ware belichaming van het gezag van de Schepper? Al ziet de mens in objectieve wetten de soevereiniteit van de Schepper en Zijn wijding van alle gebeurtenissen en dingen, hoeveel mensen zijn in staat de principes van de soevereiniteit van de Schepper en het universum te vatten? Hoeveel mensen kunnen dit werkelijk weten, herkennen, accepteren en zich onderwerpen aan de soevereiniteit van de Schepper en aan de regeling van hun eigen lot? Wie zal daadwerkelijk, gelovend in de feitelijke soevereiniteit van de Schepper over alle dingen, geloven en erkennen dat de Schepper ook het lot van een mensenleven dicteert? Wie kan werkelijk het feit begrijpen dat het lot van de mens rust in de handpalm van de Schepper? Welke houding de mensheid moet aannemen ten opzichte van de soevereiniteit van de Schepper, wanneer men geconfronteerd wordt met het feit dat Hij het menselijk lot regeert en beheerst, is een beslissing die ieder mens die nu met dit feit geconfronteerd wordt, voor zichzelf moet maken.

De zes kruispunten in een mensenleven

In de loop van iemands leven komt elk persoon op enkele kritieke kruispunten. Dit zijn de meest fundamentele en de meest belangrijke stappen die iemands levenslot bepalen. Wat hierna volgt is een korte beschrijving van deze mijlpalen die elk persoon moet passeren gedurende zijn of haar levensloop.

Geboorte: het eerste kruispunt

Waar iemand is geboren, in welke familie, iemands geslacht, uiterlijk en tijdstip van geboorte: dit zijn de details van het eerste kruispunt in iemands leven.

Niemand heeft iets te kiezen over deze onderdelen op dit kruispunt; ze zijn allemaal lang van tevoren voorbestemd door de Schepper. Ze worden op geen enkele manier beïnvloed door de externe omgeving, en menselijke factoren kunnen deze door de Schepper voorbestemde feiten niet veranderen. Geboren worden betekent voor een persoon dat de Schepper de eerste stap in het lot dat Hij voor die persoon heeft geregeld al vervuld heeft. Omdat Hij al die details al lang van tevoren heeft voorbestemd, heeft niemand de macht om er ook maar één van te veranderen. Los van iemands uiteindelijke lot zijn de voorwaarden van iemands geboorte voorbestemd en blijven deze zoals ze zijn; ze zijn op geen enkele manier beïnvloedbaar door iemands levenslot, en tasten de soevereiniteit van de Schepper erover op geen enkele manier aan.

1. Een nieuw leven is geboren uit de plannen van de Schepper

Welke details van het eerste kruispunt – iemands geboorteplaats, iemands familie, iemands geslacht, uiterlijk, tijdstip van geboorte – is iemand in staat te kiezen? Natuurlijk is iemands geboorte een passieve gebeurtenis: iemand wordt onvrijwillig geboren, op een bepaalde plek, een bepaalde tijd, in een bepaald gezin, met een bepaald uiterlijk; onvrijwillig wordt iemand lid van een bepaald huishouden, erft een bepaalde stamboom. Men heeft geen keuze op dit eerste kruispunt in het leven, maar is geboren in een vastgestelde omgeving, voorbestemd volgens de plannen van de Schepper, in een bepaalde familie, met een bepaald geslacht en uiterlijk en op een specifiek tijdstip dat nauw verbonden is met iemands levensloop. Wat kan iemand doen op dit kritieke kruispunt? Uiteindelijk heeft niemand een keuze over ook maar één enkel detail rondom iemands geboorte. Als het niet aan de voorbestemming en leiding van de Schepper gelegen had, dan zou een op deze wereld nieuw geboren leven niet weten waar heen te gaan of waar te blijven, het zou geen relaties hebben, nergens toe behoren, nergens echt thuis zijn. Maar vanwege de zorgvuldige regelingen van de Schepper begint het de levensreis met een verblijfplaats, ouders, een plek waar het hoort en familieleden. Door dit hele proces heen is de komst van dit nieuwe leven voorbestemd door de plannen van de Schepper, en alles wat het zal bezitten zal geschonken worden door de Schepper. Van een zwevend lichaam dat niets bezit wordt het langzamerhand vlees en bloed, zichtbaar, een tastbaar mens, een van Gods schepselen, die denkt, ademt en warm en koud voelt, die kan meedoen met alle normale dingen van een geschapen wezen in de materiële wereld en die alle dingen zal ondergaan die een geschapen mens moet ervaren in het leven. De voorbestemming van iemands geboorte door de Schepper betekent dat alles wat die persoon nodig heeft om te overleven door Hem geschonken zal worden; dat iemand geboren is, betekent ook dat hij of zij alles wat nodig is om te overleven zal krijgen van de Schepper, dat vanaf dat moment hij of zij in een andere vorm zal leven, voorzien door de Schepper en ondergeschikt aan de soevereiniteit van de Schepper.

2. Waarom verschillende mensen onder verschillende omstandigheden worden geboren

Mensen houden er vaak van zich voor te stellen dat als ze herboren werden, dat het dan in een roemrijke familie zou zijn; als ze vrouw waren, ze er als Sneeuwwitje uit zouden zien en door iedereen geliefd zouden zijn, en als ze man waren, ze als de Prins op het Witte Paard zouden zijn, dat ze niets tekort zouden komen en de wereld aan hun voeten zou liggen. Er zijn vaak mensen die zich veel illusies maken over hun geboorte en er vaak erg ontevreden over zijn, verbitterd over hun familie, hun uiterlijk, hun geslacht, zelfs het tijdstip van geboorte. Maar mensen snappen nooit waarom ze in een bepaalde familie zijn geboren of waarom ze er op een bepaalde manier uitzien. Ze weten niet dat, ongeacht waar ze geboren zijn of hoe ze eruitzien, ze verschillende rollen zullen gaan spelen en verschillende missies gaan vervullen in het management van de Schepper – dit doel zal nooit veranderen. In de ogen van de Schepper zijn de geboorteplaats, iemands geslacht en uiterlijk allemaal tijdelijke dingen. Het is een serie minuscule stippen, piepkleine symbolen in elke fase van Zijn management van de gehele mensheid. En iemands daadwerkelijke bestemming en eindpunt zijn niet voorbestemd door zijn of haar geboorte op enig moment, maar de missie die hij of zij vervult in elk leven naar het oordeel van de Schepper over hen als Zijn managementplan voltooid is.

Er wordt gezegd dat er een oorzaak is voor ieder gevolg, dat geen gevolg zonder oorzaak is. Dus is iemands geboorte noodzakelijkerwijs gekoppeld aan iemands huidige leven en iemands vorige leven. Als iemands dood hun huidige leven beëindigt, dan is iemands geboorte het begin van een verse cyclus; als een oude cyclus iemands vorige leven voorstelt, dan is de nieuwe cyclus natuurlijkerwijs hun huidige leven. Omdat iemands geboorte verbonden is aan zowel iemands vorige leven als iemands huidige leven, zijn de plaats, de familie, het geslacht, het uiterlijk en al dat soort factoren die men met geboorte associeert, noodzakelijkerwijs aan hen gerelateerd. Dit betekent dat de factoren van iemands geboorte niet alleen beïnvloed worden door iemands vorige leven, maar bepaald worden door iemands bestemming in het huidige leven. Dit geeft een verklaring voor de verscheidenheid aan omstandigheden waarin mensen worden geboren: sommigen zijn geboren in arme families, anderen in rijke. Sommigen zijn van normale komaf, anderen van roemrijke familielijnen. Sommigen zijn geboren in het zuiden, anderen in het noorden. Sommigen zijn geboren in de woestijn, anderen in groene weidelanden. Sommige geboortes gaan gepaard met gejuich, gelach en feestvieren, andere brengen tranen, onheil en wee. Sommigen zijn geboren om gekoesterd te worden, anderen om geweerd te worden als onkruid. Sommigen zijn geboren met mooie gelaatstrekken, anderen met afwijkende gelaatstrekken. Sommigen zijn mooi om zien, anderen zijn lelijk. Sommigen zijn midden in de nacht geboren, anderen onder de hete middagzon. … De geboortes van mensen van allerlei slag zijn voorbestemd door het lot dat de Schepper voor hen in gedachten heeft; hun geboortes bepalen hun lot in het huidige leven, evenals welke rollen ze zullen spelen en welke missies ze zullen vervullen. Dit alles is ondergeschikt aan de soevereiniteit van de Schepper, door Hem voorbestemd; niemand kan aan zijn voorbestemde lot ontsnappen, niemand kan zijn geboorteomstandigheden veranderen en niemand kan zijn eigen lot kiezen.

Opgroeien: het tweede kruispunt

Afhankelijk van in welke familie ze geboren zijn, groeien mensen op in verschillende thuisomgevingen en leren ze verschillende lessen van hun ouders. Dit bepaalt de omstandigheden waarin een persoon tot volle ontwikkeling komt, en opgroeien vertegenwoordigt het tweede kritieke kruispunt in een mensenleven. Uiteraard hebben mensen eveneens geen keuze op dit kruispunt. Het is te statisch, van tevoren vastgesteld.

1. De omstandigheden waaronder iemand opgroeit zijn vastgesteld door de Schepper

Iemand kan de mensen of factoren onder wiens opvoeding en invloed hij of zij opgroeit niet kiezen. Iemand kan de kennis of vaardigheden die op hij opdoet en welke gewoontes hij aanneemt niet kiezen. Iemand heeft geen zeggenschap over wie zijn ouders en familieleden zijn, in wat voor omgeving hij opgroeit; zijn relaties met mensen, gebeurtenissen, dingen in zijn omgeving en hoe die zijn ontwikkeling beïnvloeden, heeft hij allemaal niet onder controle. Wie beslist deze dingen dan? Wie regelt ze? Omdat mensen er geen keuze in hebben, ze deze dingen niet voor zichzelf kunnen beslissen en ze natuurlijk niet vanzelf tot stand komen, spreekt het voor zich dat de formatie van al deze dingen in de hand van de Schepper rust. Net zoals de Schepper de specifieke omstandigheden rondom iemands geboorte regelt, regelt Hij natuurlijk ook de specifieke omstandigheden waarin iemand opgroeit. Als iemands geboorte verandering brengt in mensen, gebeurtenissen en dingen rondom hem of haar, dan zal de groei en ontwikkeling van die persoon hen noodzakelijkerwijs ook beïnvloeden. Sommige mensen zijn bijvoorbeeld in arme families geboren, maar groeien op omgeven door welvaart. Anderen zijn geboren in welvarende families, maar veroorzaken dat het geluk van hun families zodanig afneemt, dat ze in een arme omgeving opgroeien. Niemands geboorte wordt geregeerd door een vastgestelde regel en niemand groeit op onder een onvermijdelijke, van tevoren vastgestelde serie omstandigheden. Deze dingen kan iemand zich niet voorstellen of onder controle houden; ze zijn het product van iemands lot, en ze liggen vast in iemands lot. Natuurlijk komt het voor ieders lot erop neer dat ze voorbestemd zijn door de Schepper, dat ze vastgesteld zijn door de soevereiniteit van de Schepper over en Zijn plannen voor het lot van die persoon.

2. De verschillende omstandigheden waarin mensen opgroeien zijn aanleiding voor verschillende rollen

In de basis bepalen de omstandigheden van iemands geboorte de omgeving en omstandigheden waarin iemand opgroeit, en de omstandigheden waarin iemand opgroeit zijn evengoed een product van de omstandigheden van zijn of haar geboorte. In deze tijd is er een proces van constante groei, waarin iemand begint een taal te leren en waarin iemands verstand vele nieuwe dingen tegenkomt, waaraan het zich ook aanpast. De dingen die iemand hoort met de oren, ziet met de ogen of tot zich neemt met het verstand verrijken stapsgewijs iemands gedachten en bezielen iemands innerlijke leven. De mensen, gebeurtenissen en dingen waar iemand mee in contact komt, het gezonde verstand, de kennis, de vaardigheden die iemand leert, de manieren van denken die iemand beïnvloeden, wat iemand wordt bijgebracht, wat onderwezen wordt, zullen allemaal iemands levenslot leiden. De taal die iemand leert terwijl hij opgroeit en iemands manier van denken zijn onlosmakelijk verbonden aan de omgeving waarin iemand zijn jeugd doorbrengt, en die omgeving bestaat uit ouders, broers en zussen, andere mensen, gebeurtenissen en dingen rondom hem of haar. Dus het verloop van iemands ontwikkeling, wordt bepaald door de omgeving waarin iemand opgroeit en hangt ook af van de mensen, gebeurtenissen, en dingen waarmee iemand in deze periode in contact komt. Aangezien de omstandigheden waarin een persoon opgroeit ver van tevoren vastgesteld zijn, is de omgeving waarin iemand tijdens dit proces leeft natuurlijk ook van tevoren vastgesteld. Het is niet bepaald door iemands keuzes en voorkeuren, maar het is bepaald volgens het plan van de Schepper, de nauwkeurige regelingen van de Schepper en de soevereiniteit van de Schepper over iemands levenslot. Dus de mensen die iemand tegenkomt terwijl hij opgroeit en de dingen waarmee hij in contact komt zijn allemaal onvermijdelijk verbonden met de orkestratie en regeling van de Schepper. Mensen kunnen deze complexe onderlinge relaties niet voorzien, noch onder controle houden of ze bevatten. Veel verschillende dingen en mensen drukken een stempel op de omgeving waarin iemand opgroeit en niemand is in staat om zo’n immens web van verbindingen te orkestreren. Geen persoon of ding, behalve de Schepper, kan de uiterlijke verschijning, aanwezigheid en verdwijning van al die verschillende mensen, gebeurtenissen en dingen onder controle houden en het is vooral dat immense web van verbindingen dat iemands persoonlijke ontwikkeling vormt zoals door de Schepper voorbestemd is, dat de verschillende omgevingen waarin mensen opgroeien vormt en dat de verschillende rollen die nodig zijn voor het managementwerk van de Schepper creëert, om op die manier solide, sterke bases te leggen zodat mensen hun missies succesvol vervullen.

Onafhankelijkheid: het derde kruispunt

Nadat iemand de kindertijd en puberteit heeft doorgemaakt en langzamerhand en onvermijdelijk volwassenheid bereikt, is de volgende stap voor hen hun jeugd volledig vaarwel zeggen, vaarwel zeggen tegen hun ouders, en de weg die voor hen ligt tegemoet te zien als een onafhankelijk volwassene. Vanaf dit moment moet hij het hoofd bieden aan alle mensen, gebeurtenissen en dingen waar een volwassene het hoofd aan moet bieden, moet hij alle delen van zijn lot confronteren die zich al spoedig zullen aandienen. Dit is het derde kruispunt dat iemand moet passeren.

1. Wanneer iemand onafhankelijk wordt, begint hij de soevereiniteit van de Schepper te ervaren

Als iemands geboorte en opgroeien de ‘voorbereidingstijd’ voor zijn levensreis zijn, de hoekstenen leggen voor zijn lot, dan is iemands onafhankelijkheid de openingsmonoloog van zijn levenslot. Als iemands geboorte en opgroeien de opgespaarde welvaart voor zijn levenslot representeren, dan is iemands onafhankelijkheid het moment waarop hij die welvaart begint te spenderen, of er iets aan toe te voegen. Als iemand zijn ouders verlaat en onafhankelijk wordt, zijn de sociale omstandigheden die hij tegenkomt, het soort werk en welke carrière voor iemand beschikbaar is, allemaal bepaald door het lot en ze hebben niets te maken met iemands ouders. Sommigen kiezen een goede studierichting en vinden na hun slagen een geschikte baan, waarmee triomfantelijk de eerste stappen worden gezet op hun levensreis. Sommige mensen leren en beheersen veel verschillende vaardigheden, maar vinden toch nooit de baan of positie die bij hen past, laat staan dat ze carrière maken. Al bij aanvang van hun levensreis ontdekken ze dat ze gedwarsboomd worden bij elke wending en overladen worden met moeilijkheden; hun vooruitzichten zijn somber en hun leven onzeker. Sommigen leggen zich ijverig toe op hun studies, maar missen net al hun kansen om een hogere opleiding te genieten en lijken voorbestemd nooit succes te bereiken. Ze zien hun allereerste aspiraties op hun levensreis in rook opgaan. Niet wetend of de weg die voor hen ligt soepel of hobbelig is, voelen zij voor het eerst hoeveel variabelen de bestemming van de mens kent, en dus aanschouwen ze het leven met hoop en angst. Sommigen, hoewel middelmatig opgeleid, schrijven toch boeken en bereiken een mate van bekendheid; sommigen, hoewel nagenoeg ongeletterd, verdienen geld door zakendoen en zijn zo in staat zichzelf te onderhouden ... Welk beroep iemand kiest, hoe iemand zichzelf onderhoudt – hebben mensen er enige controle over of ze een goede of slechte keuze maken? Stemmen hun keuzes overeen met hun verlangens en beslissingen? De meeste mensen zouden minder willen werken en meer willen verdienen, willen niet zwoegen in weer en wind, willen goed gekleed gaan, overal stralen en schitteren, boven anderen uitsteken en hun voorouders eer bewijzen. Wat mensen verlangen is zo volmaakt, maar als ze hun eerste stappen zetten op hun levensreis gaan ze zich langzamerhand realiseren hoe onvolmaakt de bestemming van de mens is. Voor het eerst begrijpen ze werkelijk het feit dat, hoewel iemand grootse toekomstplannen kan maken of gewaagde fantasieën kan koesteren, niemand de capaciteit of de macht heeft zijn of haar eigen dromen waar te maken. Niemand is in staat om zijn of haar eigen toekomst onder controle te hebben. Er zal altijd enige afstand zijn tussen iemands dromen en de werkelijkheid die men onder ogen moet zien; dingen zijn nooit zoals iemand ze hebben wil, en die werkelijkheid onder ogen ziend, bereiken mensen nooit voldoening of tevredenheid. Sommige mensen zullen zelfs tot het uiterste gaan, grote inspanningen verrichten en grote offers brengen voor hun bestaanszekerheid en toekomst, in een poging hun lot te veranderen. Maar uiteindelijk kunnen zij dat niet, zelfs als zij hun dromen en verlangens in vervulling zien gaan door hun eigen harde werken. Hoe hard ze het ook proberen, ze zullen hun toegewezen bestemming nooit kunnen overstijgen. Ongeacht verschillen in capaciteit, IQ en wilskracht, voor het lot is iedereen gelijk, zonder onderscheid tussen groot en klein, hoog en laag, verheven en arm. Welk beroep iemand nastreeft, wat iemand doet om de kost te verdienen en hoeveel welvaart iemand bij elkaar spaart in het leven, wordt niet beslist door iemands ouders, talenten, inspanningen of ambities, maar is voorbestemd door de Schepper.

2. Je ouders verlaten en serieus je eigen rol gaan spelen in het theater van het leven

Als iemand de volwassenheid bereikt, is hij in staat zijn ouders te verlaten en voor zichzelf te beginnen en dit is het punt waarop hij daadwerkelijk zijn eigen rol begint te spelen, het punt waarop zijn levensmissie niet langer mistig is maar langzamerhand duidelijk wordt. In naam blijft iemand nog steeds nauw verbonden met zijn ouders, maar omdat zijn missie en de rol die hij speelt in het leven niets met zijn moeder en vader te maken hebben, breekt deze intieme relatie in werkelijkheid langzaam af, terwijl hij geleidelijk aan onafhankelijk wordt. Vanuit biologisch perspectief kunnen mensen niet anders dan onbewust nog steeds afhankelijk zijn van ouders, maar objectief gezien hebben ze, als ze eenmaal volwassen zijn, levens die geheel onafhankelijk zijn van hun ouders en zullen ze hun rollen onafhankelijk van hen invullen. Naast geboorte en opvoeding zijn de verantwoordelijkheden van de ouders in een kinderleven simpelweg om hem of haar van een formele omgeving om op te groeien te voorzien, want niets buiten de voorbestemming van de Schepper drukt een stempel op iemands lot. Wat voor soort toekomst iemand zal hebben heeft niemand onder controle; het is lang van tevoren voorbestemd. Zelfs iemands ouders kunnen iemands lot niet veranderen. Wat het lot betreft, iedereen is onafhankelijk, en iedereen heeft zijn of haar eigen lot. Dus iemands ouders kunnen nooit iemands lot afwenden, of zelfs maar de kleinste invloed uitoefenen op de rol die iemand in het leven heeft. Men zou kunnen zeggen dat de familie waarin iemand voorbestemd is geboren te worden en de omgeving waarin iemand opgroeit niets meer dan randvoorwaarden zijn voor iemand om zijn levensmissie te vervullen. Ze bepalen op geen enkele manier iemands levenslot of het soort voorbestemming waarin iemand zijn of haar missie vervult. Dus zullen ouders hun kind nooit kunnen helpen met het vervullen van die levensmissie. Familieleden kunnen iemand niet helpen zijn levensrol op zich te nemen. Hoe iemand zijn missie vervult en in welke leefomgeving iemand invulling geeft aan zijn levensrol zijn geheel bepaald door iemands levenslot. Met andere woorden, geen andere objectieve voorwaarden kunnen de door de Schepper voorbestemde missie van een persoon beïnvloeden. Alle mensen worden volwassen in hun eigen specifieke omgeving waarin ze opgroeien, om dan langzamerhand, stap voor stap, hun eigen levensweg te gaan, de door de Schepper voorbereide bestemmingen te vervullen en, onvrijwillig natuurlijk, op te gaan in de enorme zee van menselijkheid en daarin hun eigen positie in het leven aan te nemen. Daar zullen zij hun verantwoordelijkheden als geschapen wezens vervullen, omwille van de voorbestemming van de Schepper, omwille van Zijn soevereiniteit.

Het huwelijk: het vierde kruispunt

Naarmate iemand ouder en volwassener wordt, wordt de afstand ten opzichte van zijn ouders en de omgeving waarin hij geboren en opgevoed is groter. In plaats daarvan begint hij richting te zoeken voor het leven en zijn eigen levensdoelen na te streven door een manier van leven die anders is dan die van zijn ouders. Gedurende deze tijd heeft iemand niet meer zijn ouders nodig, maar meer een partner met wie hij zijn leven kan doorbrengen: een levenspartner, een persoon met wiens lot iemand intiem verstrengeld is. Op deze manier is het huwelijk de eerste grote gebeurtenis die men tegenkomt volgend op onafhankelijkheid, het vierde kruispunt dat men moet passeren.

1. Niemand heeft een keuze met betrekking tot het huwelijk

Het huwelijk is een sleutelgebeurtenis in iemands leven; het is de tijd waarin iemand daadwerkelijk verschillende verantwoordelijkheden op zich neemt, langzamerhand verschillende soorten missies begint te vervullen. Mensen maken zich allemaal allerlei illusies over het huwelijk voordat ze het zelf meemaken, en al deze illusies zijn prachtig. Vrouwen stellen zich voor dat hun wederhelft de prins op het witte paard is, en mannen stellen zich voor dat ze Sneeuwwitje trouwen. Deze fantasieën geven aan dat iedereen bepaalde voorwaarden met eigen eisen en normen stelt aan het huwelijk. Mensen worden in deze kwade tijden telkens gebombardeerd met verwrongen boodschappen over het huwelijk, die zelfs nog meer aanvullende voorwaarden scheppen en mensen allerlei bagage en vreemde houdingen meegeven. Maar eenieder die het huwelijk heeft ervaren weet dat hoe goed je het ook begrijpt en wat je houding ten opzichte ervan ook is, het huwelijk niets te maken heeft met individuele keuze.

Men komt veel mensen tegen in z’n leven, maar weet nooit wie zijn huwelijkspartner zal worden. Ook al heeft iedereen eigen ideeën en persoonlijke standpunten over het onderwerp van het huwelijk, niemand kan voorzien wie uiteindelijk zijn of haar ware wederhelft zal worden en iemands eigen opvattingen zijn weinig waard. Nadat je de persoon die je leuk vindt hebt ontmoet, kun je die persoon nastreven; maar of hij of zij in je geïnteresseerd is of niet, of hij of zij je partner kan worden, is niet aan jou om te beslissen. Het object van jouw genegenheid is niet noodzakelijkerwijs de persoon met wie je je leven zal kunnen delen. Ondertussen wandelt iemand van wie je het nooit verwachtte stilletjes je leven binnen en wordt je partner, wordt het belangrijkste onderdeel in je lot, je wederhelft, met wie je lot onlosmakelijk verbonden is. En zo is elk huwelijk anders, ook al zijn er miljoenen huwelijken in de wereld: hoeveel huwelijken zijn onbevredigend, hoeveel zijn er gelukkig; hoeveel omspannen oost en west, hoeveel noord en zuid; hoeveel zijn perfecte matches, hoeveel zijn gelijkwaardig; hoeveel zijn gelukkig en harmonieus, hoeveel pijnlijk en verdrietig; hoeveel zijn jaloersmakend, hoeveel zijn onbegrepen en met gefronste wenkbrauwen bezien; hoeveel zijn vervuld met blijdschap, hoeveel met tranen doordrenkt en veroorzaken wanhoop … In deze ontelbare huwelijken onthullen mensen loyaliteit en een levenslange toewijding aan het huwelijk, of liefde, verbondenheid en onafscheidelijkheid. Of ze nemen afstand en tonen onbegrip, of ze zijn ontrouw of worden zelfs haatdragend. Of het huwelijk zelf nu vreugde of pijn brengt, ieders missie in het huwelijk is voorbestemd door de Schepper en is onveranderlijk; eenieder moet deze vervullen. Het individuele lot achter elk huwelijk is onveranderlijk; het was al lang van tevoren bepaald door de Schepper.

2. Het huwelijk komt voort uit het lot van twee partners

Het huwelijk is een belangrijk kruispunt in het leven van een persoon. Het is het product van iemands lot en een cruciale schakel in iemands lot; het is niet gebaseerd op iemands individuele wil of voorkeuren en niet beïnvloed door enige externe factoren, maar volledig bepaald door het lot van de twee partijen, door de regelingen van de Schepper en de vooraf bepaalde lotsbestemming van het paar. Oppervlakkig gezien is het doel van het huwelijk het voortbestaan van het menselijke ras, maar in werkelijkheid is het huwelijk niets anders dan een ritueel dat iemand ondergaat in de loop van het vervullen van zijn missie. De rollen die mensen spelen in het huwelijk zijn niet slechts die van het opvoeden van de volgende generatie; het zijn verschillende rollen die iemand aanneemt en de missies die iemand moet vervullen gedurende het onderhouden van een huwelijk. Omdat iemands geboorte de verandering van mensen, gebeurtenissen en dingen om die persoon heen beïnvloedt, is het onvermijdelijk dat iemands huwelijk deze ook beïnvloedt en bovendien, ze op verschillende manieren transformeert.

Als iemand onafhankelijk wordt, begint zijn eigen levensreis, die stap voor stap naar mensen, gebeurtenissen en dingen die met iemands huwelijk te maken hebben, toe leidt. Tegelijkertijd nadert de andere persoon die bij dat huwelijk hoort stap voor stap diezelfde mensen, gebeurtenissen en dingen. Onder de soevereiniteit van de Schepper, zullen twee niet-verwante mensen, die een verbonden lot delen, geleidelijk het huwelijk binnengaan en op wonderbaarlijke wijze een familie vormen, “twee sprinkhanen die zich vastklampen aan hetzelfde sprietje”. Dus als iemand het huwelijk binnengaat, zal zijn levensweg die van zijn wederhelft raken en beïnvloeden, en op dezelfde manier zal de levensweg van iemands partner zijn levenslot beïnvloeden en raken. Met andere woorden, het menselijk lot is verbonden met dat van andere mensen en niemand kan zijn of haar levensmissie of rol onafhankelijk van anderen vervullen. Iemands geboorte heeft invloed op een enorme keten van relaties; opgroeien heeft ook betrekking op een complexe keten van relaties. Op dezelfde manier is het onvermijdelijk dat een huwelijk bestaat en voortduurt in een immens en complex web van menselijke verbindingen, dat ieder lid erin betrekt en het lot van eenieder die er onderdeel van uitmaakt, beïnvloedt. Een huwelijk is niet het product van de families van beide partijen, of de omstandigheden waarin ze opgroeiden, hun uiterlijk, hun leeftijd, hun kwaliteiten, hun talenten of andere factoren; echter, het komt voort uit een gedeelde missie en een gemeenschappelijk lot. Dit is de oorsprong van het huwelijk, een product van het menselijk lot door de Schepper georkestreerd en geregeld.

Nageslacht: Het vijfde kruispunt

Nadat iemand getrouwd is, begint hij de volgende generatie te vormen. Iemand heeft niets te zeggen over hoeveel en wat voor soort kinderen hij krijgt; ook dit is bepaald door iemands lot, voorbestemd door de Schepper. Dit is het vijfde kruispunt dat iemand moet passeren.

Als iemand geboren is om de rol van het kind van een ander te vervullen, dan voedt iemand de volgende generatie op om de rol van iemands ouder te vervullen. Deze rolverandering zorgt ervoor dat iemand verschillende levensfases vanuit verschillende perspectieven meemaakt. Het geeft iemand ook een verscheiden serie levenservaringen, waarin hij de soevereiniteit van de Schepper leert kennen, evenals het feit dat niemand de voorbestemming van de Schepper kan overschrijden of veranderen.

1. Wat er met iemands kroost gebeurt, heeft hij niet in de hand

Geboorte, opgroeien, trouwen, allemaal leveren ze hun eigen vorm van teleurstelling op, in verschillende gradaties. Sommige mensen zijn ontevreden met hun gezinnen of hun fysieke uiterlijkheden; sommigen vinden hun ouders niet aardig; sommigen zijn verbitterd, of hebben af te rekenen met de omgeving waarin ze opgroeiden. En van al deze teleurstellingen is voor de meeste mensen het huwelijk datgene wat het meest onbevredigend is. Hoe teleurgesteld iemand ook is over zijn geboorte, zijn opgroeien of zijn huwelijk, iedereen die dit alles heeft meegemaakt, weet dat iemand niet kan kiezen waar en wanneer iemand geboren was, hoe iemand eruitziet, wie zijn ouders zijn en wie zijn partner is. Iemand moet simpelweg de Hemelse wil accepteren. Maar wanneer voor mensen de tijd aanbreekt om de volgende generatie op te voeden, zullen ze al hun ongerealiseerde verlangens uit de eerste helft van hun leven op hun nakomelingen projecteren, in de hoop dat hun kroost alle teleurstellingen die zij zelf ervaren hebben in de eerste helft van hun leven zal goedmaken. Dus geven mensen zich over aan allerlei fantasieën over hun kinderen: dat hun dochters oogverblindende schoonheden zullen worden, hun zonen elegante heren; dat hun dochters gemanierd en getalenteerd zullen zijn, en hun zonen briljante studenten en topsporters; dat hun dochters zachtaardig, deugdzaam en verstandig, en hun zonen intelligent, capabel en gevoelig zullen zijn. Ze hopen dat zij, of het nu zonen of dochters betreft, hun ouders respecteren, attent zijn tegenover hun ouders, en dat zij bij allen geliefd zijn en door iedereen geprezen worden … Op dat punt ontstaat er nieuwe hoop voor het leven en worden er nieuwe passies aangewakkerd in de harten van de mensen. Mensen weten dat ze machteloos en zonder hoop zijn in dit leven, dat ze niet nog een kans krijgen, geen nieuwe hoop krijgen zich van anderen te onderscheiden en dat ze geen andere keuze hebben dan hun lot te accepteren. En daarom projecteren ze al hun hoop, hun ongerealiseerde verlangens en idealen op de volgende generatie, in de hoop dat hun kroost hen kan helpen hun dromen waar te maken en hun verlangens te realiseren; dat hun dochters en zonen de familienaam eer aandoen en belangrijk, rijk of beroemd zullen worden. Kortom, ze willen zien, dat hun kinderen baden in een weelde van geluk. De plannen en fantasieën van mensen zijn volmaakt; weten ze niet dat het aantal kinderen dat ze zullen krijgen, het uiterlijk van hun kinderen, mogelijkheden enzovoorts niet aan hen is, dat ze het lot van hun kinderen helemaal niet in de hand hebben? Mensen zijn geen meesters over hun eigen lot, maar ze hopen wel het lot van de jongere generatie te veranderen; ze hebben geen macht om aan hun eigen lot te ontsnappen, en toch proberen ze dat van hun zonen en dochters in de hand te houden. Zijn ze zichzelf niet aan het overschatten? Is het geen menselijke dommigheid en onwetendheid? Mensen hebben alles over voor hun kroost, maar het aantal kinderen dat iemand heeft en hoe ze zijn, voldoet uiteindelijk nooit aan zijn plannen en verlangens. Sommige mensen zijn straatarm, maar krijgen veel kinderen; sommige mensen zijn rijk, maar hebben geen kind. Sommigen willen een dochter, maar hun wens wordt niet ingewilligd; sommigen willen een zoon, maar zijn niet in staat een mannelijk kind voort te brengen. Voor sommigen zijn kinderen een zegen, voor anderen een vloek. Sommige koppels zijn pienter, maar krijgen kinderen die traag van begrip zijn; sommige ouders zijn vlijtig en eerlijk, maar de kinderen die ze opvoeden zijn lui. Sommige ouders zijn aardig en oprecht, maar krijgen kinderen die listig en venijnig blijken te zijn. Sommige ouders hebben een gezond verstand en lichaam, maar krijgen gehandicapte kinderen. Sommige ouders zijn gewoontjes en niet succesvol, maar krijgen kinderen die buitengewone dingen bereiken. Sommige ouders zijn van lage komaf, maar hebben toch kinderen die het hoogste niveau bereiken. …

2. Mensen krijgen een nieuw begrip van het lot na het opvoeden van de volgende generatie

De meeste mensen die trouwen, doen dat rond hun dertigste en op dat moment van het leven heeft iemand nog geen begrip van het lot van de mens. Maar als mensen aan de opvoeding van hun kinderen beginnen, zien ze terwijl hun kroost opgroeit hoe de nieuwe generatie het leven en al die ervaringen van de vorige generatie herhaalt, zien ze hun eigen verleden in hen gereflecteerd en realiseren ze zich dat de weg die de jongere generatie bewandelt, net als die van hen, niet gepland en gekozen kan worden. Geconfronteerd met dit feit hebben ze geen andere keuze dan toe te geven dat ieders lot voorbestemd is. Zonder het echt in de gaten te hebben, zetten ze langzamerhand hun verlangens opzij, de passies in hun harten vloeien weg en sterven uit … Tijdens deze periode heeft iemand de belangrijke mijlpalen in zijn leven grotendeels al bereikt en heeft iemand een nieuw begrip van leven verkregen, zichzelf een nieuwe houding aangemeten. Wat kan iemand van deze leeftijd van de toekomst verwachten en welke vooruitzichten heeft zo iemand om naar uit te zien? Welke vijftigjarige vrouw droomt nog van de prins op het witte paard? En welke vijftigjarige man zoekt nog zijn Sneeuwwitje? Welke vrouw van middelbare leeftijd hoopt nog van een lelijk eendje te veranderen in een zwaan? Zijn de meeste oudere mannen nog net zo gericht op het maken van carrière als jonge mannen? Opgeteld, los van man of vrouw zijn, iemand die deze leeftijd heeft bereikt, heeft waarschijnlijk een redelijk rationele, praktische houding ten opzichte van huwelijk, gezin en kinderen. Zo iemand heeft in essentie geen keuzes meer, geen drang het lot uit te dagen. Wat de menselijke ervaring betreft, als je die leeftijd hebt bereikt, ontwikkel je vanzelfsprekend de houding van: “Je moet je lot accepteren, je kinderen ervaren hun eigen geluk; het lot van de mens is door de Hemel bevolen.” De meeste mensen die de waarheid niet begrijpen nadat ze al die wisselvalligheden, frustraties en ontberingen van deze wereld hebben doorstaan, zullen hun inzichten in het menselijke leven samenvatten met vier woorden: “Zo is het lot!” Ook al omvat deze zin de conclusie en het besef van wereldlijke mensen over het menselijke lot, ook al drukt het de menselijke hulpeloosheid uit en kun je het doordringend en precies noemen, het betekent nog geenszins dat deze mensen de soevereiniteit van de Schepper begrijpen en het is op geen enkele manier een vervanging voor het bezitten van kennis over het gezag van de Schepper.

3. Geloof in het lot is geen vervanging voor kennis over de soevereiniteit van de Schepper

Is er, na zoveel jaren volger te zijn geweest van God, een wezenlijk verschil tussen wat jullie van het lot weten en wat wereldlijke mensen weten? Hebben jullie de voorbestemming van de Schepper echt begrepen, en echt de soevereiniteit van de Schepper leren kennen? Sommige mensen hebben een diepzinnig en wezenlijk begrip van de zin “Zo is het lot”, maar geloven niet zelfs maar een klein beetje in Gods soevereiniteit, geloven niet dat het lot van de mens geregeld en georkestreerd wordt door God, en zijn niet bereid zich te onderwerpen aan Gods soevereiniteit. Die mensen zijn als een losgeslagen bootje, heen en weer geslingerd door de golven, met de stroming meedrijvend; ze hebben geen andere keuze dan passief af te wachten en zich bij het lot neer te leggen. Maar ze erkennen niet dat het lot van de mens ondergeschikt is aan Gods soevereiniteit; op eigen initiatief leren ze niet Gods soevereiniteit kennen, om zo kennis te verkrijgen van Gods gezag, zich te onderwerpen aan Gods orkestraties en regelingen, zich niet langer verzetten tegen het lot en onder Gods voorzienigheid, bescherming en leiding te leven. Met andere woorden, het lot accepteren is niet gelijk aan het zich onderwerpen aan Gods soevereiniteit. Geloof in het lot betekent niet dat men Gods soevereiniteit accepteert, erkent en kent. Geloof in het lot is slechts erkenning van dit feit en het fenomeen eromheen, wat iets anders is dan weten hoe de Schepper het lot van de mens regeert, iets anders dan erkennen dat de Schepper de heersende bron is van het lot van alle dingen en zeker iets anders dan het zich onderwerpen aan Gods orkestraties en regelingen van het lot van de mens. Als iemand alleen maar gelooft in het lot – er zelfs diepe gevoelens over koestert – maar daardoor niet in staat is de soevereiniteit van de Schepper over het lot van de mensheid te kennen, erkennen, zich eraan te onderwerpen en het te accepteren, dan zal zijn of haar leven evengoed tragisch zijn, een doelloos, leeg bestaan. Hij of zij zal dan nog steeds niet onderworpen kunnen worden aan de heerschappij van de Schepper, om een geschapen mens te worden in de meest ware zin van het woord en de goedkeuring van de Schepper te verkrijgen. Iemand die echt de soevereiniteit van de Schepper kent en ervaart, zou in een actieve, niet in een passieve, hulpeloze staat moeten zijn. Naast de acceptatie dat alles door het lot bepaald is, zou hij of zij een precieze definitie van het leven en het lot moeten bezitten: dat ieder leven onderworpen is aan Gods soevereiniteit. Als iemand terugkijkt op de weg die hij heeft bewandeld, als iemand herinneringen ophaalt over elke fase van zijn levensreis, of zijn pad nu moeizaam of soepel was, dan ziet iemand dat God hem bij elke stap op zijn pad begeleidde, dat Hij iemands pad aan het uitstippelen was. Gods minutieuze regelingen, zijn zorgzame planning waren het die iemand zonder het te weten naar vandaag hebben geleid. Om Gods soevereiniteit te kunnen accepteren, om Zijn verlossing te ontvangen – wat een groot geluk is dat! Als iemands houding tegenover het lot passief is, dan bewijst dit dat hij of zij zich tegen alles wat God voor hem of haar geregeld heeft verzet, dat hij of zij geen onderdanige houding aanneemt. Als iemands houding tegenover Gods soevereiniteit over het lot van de mens actief is en als iemand dan terugkijkt op zijn levensweg, als iemand daadwerkelijk vat krijgt op Gods soevereiniteit, zal iemand op een eerlijker manier verlangen zich te onderwerpen aan alles wat God geregeld heeft, zal iemand meer van die vastberadenheid en zelfverzekerdheid hebben om God zijn lot te laten regelen, om te stoppen met zijn opstandigheid tegen God. Want als iemand het lot niet begrijpt, als iemand Gods soevereiniteit niet begrijpt, als iemand moedwillig voor zich uit tast, aarzelend en wankelend door de mist, ziet hij dat de levensreis te moeilijk is, te hartverscheurend. Dus als mensen Gods soevereiniteit over het lot van de mens erkennen, kiezen de slimmen onder hen ervoor het te kennen en te accepteren, vaarwel te zeggen tegen de pijnlijke dagen toen ze eigenhandig een goed leven poogden op te bouwen, in plaats van te blijven vechten tegen het lot en hun zogenaamde levensdoelen op hun eigen manier na te streven. Als iemand geen God heeft, als hij Hem niet kan zien, als iemand Gods soevereiniteit niet duidelijk kan herkennen, dan is elke dag betekenisloos, waardeloos, ellendig. Waar iemand ook is, wat zijn werk ook is, zijn middelen van bestaan en het nastreven van zijn doelen brengen hem niets dan eindeloos hartzeer en uitzichtloos lijden, zo erg dat hij het niet verdragen kan om terug te kijken. Alleen als iemand de soevereiniteit van de Schepper accepteert, zich onderwerpt aan Zijn orkestraties en bepalingen en een waar mensenleven zoekt, zal iemand langzamerhand bevrijd worden van alle hartzeer en lijden en alle leegte van het leven van zich afschudden.

4. Alleen diegenen die zich onderwerpen aan de soevereiniteit van de Schepper kunnen ware vrijheid bereiken

Omdat mensen Gods regelingen en Gods soevereiniteit niet erkennen, worden ze altijd geconfronteerd met het lot, tegendraads, met een opstandige houding. Ze willen altijd Gods gezag en soevereiniteit en de dingen die het lot voor hen in petto heeft, van zich afschudden tevergeefs hopend hun huidige omstandigheden en hun lot te veranderen. Maar ze kunnen nooit slagen; ze worden telkens weer gehinderd. Deze strijd, die zich diep in iemands ziel afspeelt, is pijnlijk; de pijn is onvergetelijk; en al die tijd verspilt diegene zijn leven. Wat is de oorzaak van deze pijn? Is het vanwege Gods soevereiniteit, of omdat iemand ongelukkig is geboren? Uiteraard is dat allebei niet waar. Uiteindelijk heeft dat te maken met de wegen die mensen bewandelen, met de manier waarop ze kiezen hun leven te leven. Sommige mensen hebben zich deze dingen misschien niet gerealiseerd. Maar als je echt weet, als je echt gaat inzien dat God soevereiniteit heeft over het menselijk lot, als je echt gaat begrijpen dat alles wat God voor je gepland en besloten heeft een groot voordeel is, een geweldige bescherming is, dan voel je je pijn geleidelijk aan lichter worden en wordt je hele persoon ontspannen, vrij, bevrijd. Te oordelen naar de staat waarin de meeste mensen verkeren, kunnen ze objectief gezien niet echt grip krijgen op de praktische waarde en betekenis van de soevereiniteit van de Schepper over het lot van de mens, hoewel ze op een subjectief niveau niet willen blijven leven zoals voorheen, en hoewel ze verlichting van hun pijn willen. Ze kunnen de soevereiniteit van de Schepper niet echt herkennen en zich eraan onderwerpen, laat staan weten hoe ze de orkestraties en regelingen van de Schepper moeten zoeken en accepteren. Dus als mensen niet echt kunnen erkennen dat de Schepper de soevereiniteit heeft over het lot van de mens en over alle dingen van de mens, als ze zich niet echt kunnen onderwerpen aan de heerschappij van de Schepper, dan zal het moeilijk voor hen zijn om niet te worden gedreven en gekluisterd door het idee dat ‘iemand zijn lot in eigen handen heeft’, zal het moeilijk voor hen zijn om de pijn kwijt te raken van hun intense strijd tegen het lot en het gezag van de Schepper. Het is overbodig te zeggen dat het dan ook moeilijk zal zijn om echt bevrijd te worden en vrij, om mensen te worden die God aanbidden. Er is een heel eenvoudige manier voor iemand om zich zelf uit deze staat te bevrijden: door afscheid te nemen van zijn vroegere manier van leven, van zijn vorige doelen in het leven, door zijn vorige levensstijl, levensvisie, bezigheden, verlangens en idealen samen te vatten en te analyseren en ze daarna te vergelijken met Gods wil en eisen voor de mens, en te zien of één daarvan in overeenstemming is met Gods wil en eisen, of één daarvan de juiste waarden van het leven oplevert, komt iemand tot een groter begrip van de waarheid en wordt het mogelijk voor iemand om te leven met menselijkheid en volgens de menselijke gelijkenis. Als je de verschillende levensdoelen die mensen nastreven en hun verschillende manieren van leven herhaaldelijk onderzoekt en zorgvuldig ontleedt, zul je merken dat geen daarvan past bij de oorspronkelijke intentie van de Schepper toen Hij de mensheid schiep. Ze trekken allemaal de mensen weg van de soevereiniteit en zorg van de Schepper; het zijn allemaal kuilen waarin de mensheid valt en die hen naar de hel leiden. Nadat je dit hebt onderkend, is het jouw taak om je oude kijk op het leven opzij te zetten, ver van de verschillende valkuilen vandaan te blijven. Laat God de leiding nemen over je leven en regelingen treffen voor jou. Probeer je alleen maar te onderwerpen aan Gods orkestraties en leiding, geen keus te hebben en iemand te worden die God aanbidt. Dit klinkt eenvoudig, maar is lastig om te doen. Sommige mensen kunnen de pijn verdragen, anderen niet. Sommigen zijn bereid hieraan te voldoen, anderen niet. Degenen die niet bereid zijn, ontbreekt het aan de wens en het verlangen om dit te doen. Ze zijn zich duidelijk bewust van Gods soevereiniteit, weten heel goed dat het God is die plannen maakt en het lot van de mens regelt, en toch komen ze in opstand en stribbelen ze tegen, toch hebben ze zich er nog steeds niet mee verzoend hun lot in Gods hand te leggen en zich te onderwerpen aan Gods soevereiniteit. Bovendien hebben ze een hekel aan Gods orkestraties en regelingen. Er zullen dus altijd mensen zijn die willen zien waar ze zelf toe in staat zijn; ze willen hun lot met hun eigen twee handen veranderen of geluk op eigen kracht bereiken, om te zien of ze de grenzen van Gods gezag kunnen overschrijden en boven Gods soevereiniteit kunnen uitstijgen. Het verdriet van de mens is niet dat de mens een gelukkig leven zoekt, niet dat hij roem en rijkdom najaagt of tegen zijn eigen lot worstelt door de mist, maar dat nadat hij het bestaan van de Schepper heeft gezien, nadat hij heeft geleerd dat de Schepper soevereiniteit heeft over het menselijk lot, hij er nog steeds niet in slaagt zich beter te gedragen, zijn voeten niet uit de drek kan halen, maar zijn hart verhardt en zijn fouten blijft maken. Hij wil liever in de modder blijven liggen, koppig tegen de soevereiniteit van de Schepper strijden, zich er tot aan het bittere einde tegen verzetten, zonder het geringste berouw, en pas als hij tot bloedens toe beschadigd is, besluit hij eindelijk op te geven en terug te keren. Dit is echt menselijk verdriet. Daarom zeg ik, degenen die ervoor kiezen om zich te onderwerpen zijn wijs en degenen die ervoor kiezen om te ontsnappen zijn koppig.

De dood: het zesde kruispunt

Na zoveel drukte, zoveel frustraties en teleurstellingen, na zoveel vreugde en verdriet en ups en downs, na zoveel onvergetelijke jaren, na keer op keer het bekijken van de seizoenen, passeert men zonder het te merken de belangrijke mijlpalen in het leven, en voor men het doorheeft, zijn zijn laatste dagen geteld. De sporen van de tijd tekenen iemands hele lichaam: men kan niet langer rechtop staan, het donkere haar op iemands hoofd wordt wit. Heldere, schitterende ogen worden schemerig en wazig en de soepele, zachte huid wordt gerimpeld en gevlekt. Het gehoor verzwakt, de tanden gaan loszitten en vallen uit, de reacties vertragen, de bewegingen zijn trager. … Op dit punt heeft iemand volledig afscheid genomen van de gepassioneerde jaren van zijn jeugd en is de schemering van zijn leven ingegaan: ouderdom. Vervolgens zal men de dood onder ogen zien, het laatste kruispunt in een mensenleven.

1. Alleen de Schepper heeft de macht over leven en dood van de mens

Als iemands geboorte door zijn vorige leven was voorbestemd, dan markeert zijn dood het einde van dat lot. Als iemands geboorte het begin is van zijn zending in dit leven, dan markeert zijn dood het einde van die zending. Aangezien de Schepper voor de geboorte van een mens een vaste reeks omstandigheden heeft bepaald, spreekt het voor zich dat Hij ook een vaste reeks omstandigheden voor de dood heeft geregeld. Met andere woorden, niemand wordt toevallig geboren, niemand sterft onverwacht en zowel geboorte als dood zijn noodzakelijkerwijs verbonden met iemands vorige en huidige leven. De omstandigheden van de geboorte en de dood worden beide vooraf bepaald door de Schepper; dit is de bestemming van de mens, zijn lot. Net zo goed als veel over de geboorte kan worden gezegd, zal de dood van ieder mens plaatsvinden onder een andere reeks speciale omstandigheden. Vandaar het verschil in levensduur tussen mensen en het verschil in manieren en tijden van doodgaan. Sommige mensen zijn sterk en gezond en toch sterven ze vroeg; anderen zijn zwak en ziekelijk, maar bereiken een hoge leeftijd en sterven vredig. Sommigen overlijden door onnatuurlijke oorzaken en anderen door natuurlijke. Sommigen eindigen hun leven ver van huis, anderen sluiten hun ogen voor de laatste keer met hun geliefden aan hun zijde. Sommige mensen sterven in de lucht, andere onder de aarde. Sommige zinken onder het water, anderen laten het leven tijdens rampen. Sommigen sterven ’s ochtends, anderen ’s nachts. ... Iedereen wil een roemruchte geboorte, een briljant leven en een glorieuze dood, maar niemand kan boven zijn eigen lot staan, niemand kan ontsnappen aan de soevereiniteit van de Schepper. Dit is het menselijke lot. De mens kan allerlei plannen voor zijn toekomst maken, maar niemand kan de manier en de tijd van zijn geboorte en van zijn vertrek van de wereld plannen. Hoewel mensen hun best doen om de komst van de dood te voorkomen en te weerstaan, trekt de dood hen toch, zonder dat ze het weten, stilaan dichterbij. Niemand weet wanneer hij zal gaan of hoe hij dat zal doen, laat staan waar dat zal gebeuren. Het is duidelijk dat het niet de mens is die de macht van leven en dood in handen heeft, niet een bepaald wezen in de natuurlijke wereld, maar de Schepper, wiens gezag uniek is. Het leven en de dood van de mens zijn niet het product van een of andere natuurwet, maar het gevolg van de soevereiniteit van het gezag van de Schepper.

2. Iemand die de soevereiniteit van de Schepper niet kent, zal worden achtervolgd door de angst voor de dood

Als iemand ouder wordt, is de uitdaging waar hij voor staat niet het onderhouden van een gezin of het bereiken van zijn grootse ambities in het leven, maar hoe hij afscheid kan nemen van zijn leven, hoe hij het einde van zijn leven kan bereiken, hoe hij een punt kan zetten aan het einde van zijn bestaan. Hoewel het er aan de oppervlakte op lijkt dat mensen weinig aandacht besteden aan de dood, kan niemand ontkomen aan het onderwerp te bestuderen, want niemand weet of er een andere wereld aan de andere kant van de dood ligt, een wereld die mensen niet kunnen waarnemen of voelen, een waar ze niets over weten. Dit maakt mensen bang om de dood onder ogen te zien, bang om er oog in oog mee te staan zoals ze zouden moeten en in plaats daarvan doen ze hun best om het onderwerp te vermijden. En zo vervult het iedereen met angst voor de dood, legt het een sluier van mysterie over dit onvermijdelijke levensfeit en werpt het een hardnekkige schaduw over ieders hart.

Als iemand voelt dat zijn lichaam achteruitgaat, als hij voelt dat hij dichter bij de dood komt, dan voelt hij een vage vrees, een niet uit te drukken angst. Angst voor de dood maakt dat iemand zich steeds eenzamer en hulpelozer voelt en op dat moment vraagt hij zich af: Waar komt de mens vandaan? Waar gaat men naartoe? Is dit de manier waarop de mens gaat sterven, terwijl zijn leven aan hem voorbij is gegaan? Is dit de periode die het einde van het leven van de mens markeert? Wat is uiteindelijk de zin van het leven? Wat is het leven waard, tenslotte? Gaat het over roem en rijkdom? Gaat het om het grootbrengen van een gezin? ... Ongeacht of men heeft nagedacht over deze specifieke vragen, ongeacht hoe diep men de dood vreest, in de diepten van ieders hart is er altijd een verlangen om de mysteries te onderzoeken, een gevoel van onbegrip over het leven en, daarmee vermengd, sentimentaliteit over de wereld, een terughoudendheid om te vertrekken. Misschien kan niemand duidelijk verwoorden waar de mens bang voor is, wat de mens wil onderzoeken, waar hij sentimenteel over is en wat hij moeilijk vindt achter te laten ...

Omdat ze bang zijn voor de dood, maken mensen zich veel te veel zorgen; omdat ze bang zijn voor de dood, is er zoveel dat ze niet kunnen loslaten. Als ze op het punt staan te sterven, maken sommige mensen zich druk over dit en dat; ze maken zich druk over hun kinderen, hun dierbaren, hun rijkdom, alsof ze door zich zorgen te maken het lijden en de angst die de dood met zich meebrengt kunnen uitwissen; alsof ze door een soort intimiteit met de levenden te behouden, kunnen ontsnappen aan de hulpeloosheid en eenzaamheid die met de dood gepaard gaan. In het diepst van het menselijk hart ligt een ingebouwde angst, een angst om losgekoppeld te worden van de dierbaren, om nooit meer naar de blauwe hemel te kijken, om nooit meer naar de materiële wereld te kijken. Een eenzame ziel, gewend aan het gezelschap van geliefden, is terughoudend in het loslaten van zijn houvast en vertrekt, helemaal alleen, naar een onbekende, ongewisse wereld.

3. Een leven vol zoeken naar roem en fortuin zal iemand duur komen te staan als hij voor de dood staat

Een eenzame ziel die met niets begon, verkrijgt vanwege de soevereiniteit en voorbestemming van de Schepper, ouders en een gezin, verkrijgt de kans om lid te worden van het menselijk ras, de kans om het menselijk leven te ervaren en de wereld te zien. Hij verkrijgt ook de kans om de soevereiniteit van de Schepper te ervaren, om de wonderbaarlijkheid van de schepping door de Schepper te leren kennen en vooral om het gezag van de Schepper te kennen en zich eraan te onderwerpen. Maar de meeste mensen grijpen deze zeldzame en vluchtige kans niet werkelijk met beide handen aan. Iemand put de energie van zijn leven uit door tegen het lot te vechten, brengt alle tijd door met proberen het gezin te voeden en wordt heen en weer geslingerd tussen rijkdom en status. Familie, geld en roem zijn de dingen die mensen koesteren; zij beschouwen deze als de meest waardevolle dingen in het leven. Alle mensen klagen over hun lot, maar toch verdringen ze de vragen die het belangrijkst zijn om te onderzoeken en te begrijpen: waarom de mens leeft, hoe de mens zou moeten leven, wat de waarde en betekenis van het leven is. Hun leven lang, hoeveel jaren dat ook mogen zijn, rennen ze maar rond om roem en rijkdom te zoeken, tot hun jeugd is gevlucht, tot ze grijs en gerimpeld worden, tot ze inzien dat roem en rijkdom iemands afglijden naar seniliteit niet kunnen stoppen, dat geld de leegte van het hart niet kan vullen, tot ze begrijpen dat niemand is vrijgesteld van de wet van geboorte, veroudering, ziekte en dood, dat niemand kan ontsnappen aan wat het lot voor ons in petto heeft. Alleen als ze worden gedwongen om het laatste moment van het leven onder ogen te zien, begrijpen ze echt dat zelfs als iemand miljoenen aan eigendommen bezit, zelfs als iemand bevoorrecht is en een hoge rang heeft, hij toch niet kan ontsnappen aan de dood. Elk persoon zal terugkeren naar zijn of haar oorspronkelijke positie: een eenzame ziel, met niets op zijn naam. Als iemand ouders heeft, gelooft hij dat zijn ouders alles zijn; als iemand onroerend goed heeft, denkt hij dat geld zijn steunpilaar is, dat dit het middel is waar hij van leeft; als mensen een status hebben, houden ze zich er stevig aan vast en zouden ze hun leven ervoor in gevaar brengen. Pas wanneer mensen op het punt staan deze wereld los te laten, realiseren ze zich dat de dingen die ze in hun leven hebben nagestreefd niets anders zijn dan vluchtige wolken, waarvan ze niets kunnen vasthouden, waarvan ze niets kunnen meenemen, die hen niet kunnen vrijstellen van de dood, waarvan niets kan zorgen voor gezelschap of troost voor een eenzame ziel op haar weg terug; en bovendien dat niets van die dingen een persoon redding kan geven, hem toestaan de dood te ontstijgen. Roem en fortuin geven winst in de materiële wereld, ze geven tijdelijke tevredenheid, passief plezier, een vals gevoel van gemak en zorgen ervoor dat iemand zijn weg kwijtraakt. En dus, terwijl ze zich een weg banen in de uitgestrekte zee van de mensheid, hunkeren naar vrede, troost en rust in hun hart, worden mensen steeds weer door de golven meegenomen. Wanneer mensen de vragen nog moeten uitdiepen die het meest cruciaal zijn om te begrijpen – waar ze vandaan komen, waarom ze leven, waar ze heen gaan, enzovoort, worden ze door roem en rijkdom verleid, misleid en beheerst, onherroepelijk verloren. De tijd vliegt, jaren gaan voorbij in een oogwenk. Voordat men het zich realiseert, heeft men afscheid genomen van de beste jaren van zijn leven. Wanneer iemand bijna de wereld verlaat, komt iemand tot het geleidelijke besef dat alles in de wereld wegdrijft, dat hij niet langer kan vasthouden aan de dingen die hij bezat; dan voelt hij echt dat hij nog helemaal niets bezit, zoals een huilend kind dat zojuist op de wereld is gezet. Op dit punt wordt iemand gedwongen om na te denken over wat hij in het leven heeft gedaan, wat in-leven-zijn waard is, wat het betekent, waarom hij in de wereld is gekomen; en op dit punt wil iemand steeds meer weten of er echt een volgend leven is, of de Hemel echt bestaat, of er echt vergelding is … Hoe dichter men bij de dood komt, hoe meer iemand wil begrijpen waar het leven werkelijk over gaat; hoe dichter men bij de dood komt, hoe meer het hart leeg lijkt; hoe dichter iemand bij de dood komt, hoe machtelozer hij zich voelt. En dus wordt de angst voor de dood met de dag groter. Er zijn twee redenen waarom mensen zich zo gedragen als ze de dood naderen: ten eerste staan ze op het punt de roem en rijkdom waarvan hun leven heeft afgehangen te verliezen, staan ze op het punt alles wat zichtbaar is in de wereld achter te laten. Ten tweede staan ze op het punt om, helemaal alleen, een onbekende wereld binnen te treden, een mysterieus, onbekend rijk die ze niet durven betreden, waar ze geen geliefden hebben en geen middelen om op te steunen. Om deze twee redenen voelt iedereen die met de dood wordt geconfronteerd zich ongemakkelijk, ervaart iedereen paniek en een gevoel van hulpeloosheid zoals hij nog nooit eerder heeft gekend. Pas als mensen dit punt daadwerkelijk bereiken, beseffen ze dat het eerste wat iemand moet begrijpen als hij voet zet op deze aarde, is waar mensen vandaan komen, waarom mensen leven, wie het menselijk lot dicteert, wie voorziet in en soevereiniteit heeft over het menselijk bestaan. Deze kennis is het ware middel waar hij van leeft, de essentiële basis voor het menselijk overleven. Niet het leren hoe iemand zijn gezin onderhoudt of hoe hij roem en rijkdom bereikt, niet het leren hoe zich te onderscheiden in de menigte of hoe een welvarender leven te leiden en nog veel minder het leren hoe uit te blinken en met succes te concurreren met anderen. Hoewel de verschillende overlevingstechnieken die mensen in hun leven onder de knie proberen te krijgen een overvloed aan materiële veiligheid kunnen bieden, brengen ze nooit echte vrede en troost in iemands hart, maar in plaats daarvan zorgen ze ervoor dat mensen voortdurend hun richting verliezen, moeite hebben zichzelf te controleren, elke kans missen om de zin van het leven te leren; deze voortbestaan vaardigheden creëren een onderstroom van bezorgdheid over hoe ze de dood op de juiste manier het hoofd moeten bieden. Op deze manier zijn levens van mensen geruïneerd. De Schepper behandelt iedereen op een eerlijke manier en geeft iedereen een leven lang kansen om Zijn soevereiniteit te ervaren en te leren kennen, maar het is pas wanneer de dood nadert, wanneer het spook van de dood boven iemand hangt, dat men het licht begint te zien – en dan is het te laat.

Mensen spenderen hun leven op jacht naar geld en roem; ze grijpen zich vast aan deze strohalmen en denken dat deze hun enige middelen van bestaan zijn, alsof ze door het hebben van deze zaken kunnen doorleven en zich bevrijden van de dood. Maar pas als ze dicht bij het sterven zijn, realiseren ze zich hoe ver deze dingen van hen af liggen, hoe zwak ze zijn als de dood hen aankijkt, hoe gemakkelijk ze verpulveren, hoe eenzaam en hulpeloos ze zijn, zonder een plek om naartoe te gaan. Ze beseffen dat het leven niet met geld of roem kan worden gekocht, dat het niet uitmaakt hoe rijk iemand is, hoe verheven zijn of haar positie ook is. Alle mensen zijn even arm en onbelangrijk als zij oog in oog staan met de dood. Ze realiseren zich dat geld geen leven kan kopen, dat roem de dood niet kan uitwissen, dat geld noch roem iemands leven met een enkele minuut, een enkele seconde kan verlengen. Hoe meer mensen zich op deze manier voelen, hoe meer ze hunkeren om te blijven leven; hoe meer mensen zich op deze manier voelen, hoe meer ze de nadering van de dood vrezen. Pas op dit punt realiseren ze zich echt dat hun leven niet van hen is, dat ze hun leven niet de baas zijn en dat ze geen zeggenschap hebben over of ze leven of sterven, dat dit alles buiten hun controle ligt.

4. Kom onder de heerschappij van de Schepper en treed de dood kalm tegemoet

Op het moment dat een mens geboren wordt, begint een eenzame ziel haar ervaring van het leven op aarde, haar ervaring van het gezag van de Schepper die de Schepper haar heeft toebedeeld. Onnodig te zeggen dat dit voor de persoon, de ziel, een uitstekende gelegenheid is om kennis te vergaren over de soevereiniteit van de Schepper, om Zijn gezag te leren kennen en persoonlijk te ervaren. Mensen leven hun leven volgens de wetten van het lot dat door de Schepper voor hen is uitgestippeld en voor elk gewetensvol, rationeel persoon die de soevereiniteit van de Schepper gaat volgen en Zijn gezag in de loop van hun tientallen jaren op aarde kent, is dit niet moeilijk om te doen. Het zou daarom voor iedereen heel gemakkelijk moeten zijn om door zijn of haar eigen levenservaringen van de afgelopen decennia te erkennen dat alle menselijke lotgevallen voorbestemd zijn en om te begrijpen of samen te vatten wat het betekent om te leven. Terwijl iemand deze levenslessen omarmt, gaat hij geleidelijk aan begrijpen waar het leven vandaan komt, bevatten wat het hart werkelijk nodig heeft, wat hem naar het ware levenspad leidt, wat de opdracht en het doel van een menselijk leven zou moeten zijn. Iemand zal geleidelijk erkennen dat als hij de Schepper niet aanbidt, als hij niet onder Zijn heerschappij valt, hij dan de dood onder ogen ziet – waarbij de dood het punt is waarop zijn ziel de Schepper opnieuw tegemoet treedt – dan zal iemands hart gevuld zijn met grenzeloze angst en onbehagen. Als iemand al een paar decennia op de wereld is en nog niet weet waar het menselijk leven vandaan komt, nog niet erkent in wiens palm het menselijk lot rust, dan is het geen wonder dat hij of zij niet in staat zal zijn om de dood rustig onder ogen te zien. Iemand die de kennis van de soevereiniteit van de Schepper heeft verworven na het ervaren van tientallen jaren van zijn leven, is een persoon met een juiste waardering voor de zin en waarde van het leven. Een persoon met een diepe kennis van het doel van het leven, met echte ervaring en begrip van de soevereiniteit van de Schepper, en meer nog, een persoon die zich kan onderwerpen aan het gezag van de Schepper. Zo iemand begrijpt de betekenis van Gods schepping van de mensheid, zo iemand begrijpt dat de mens de Schepper zou moeten aanbidden, dat alles wat de mens bezit van de Schepper komt en op een dag, niet ver in de toekomst, naar Hem terug zal keren. Zo iemand begrijpt dat de Schepper de geboorte van de mens regelt en soevereiniteit heeft over de dood van de mens en dat zowel leven als dood voorbestemd zijn door het gezag van de Schepper. Dus wanneer iemand deze dingen echt begrijpt, zal hij natuurlijk in staat zijn om de dood rustig onder ogen te zien, om alle wereldse bezittingen rustig opzij te zetten, te aanvaarden en zich blijmoedig te onderwerpen aan alles wat volgt en om het laatste levenskruispunt te verwelkomen dat door de Schepper is beschikt, in plaats van er blindelings bang voor te zijn en ertegen te strijden. Als iemand het leven ziet als een kans om de soevereiniteit van de Schepper te ervaren en Zijn gezag te leren kennen, als iemand het leven ziet als een zeldzame kans om zijn plicht als geschapen mens te vervullen en zijn missie te vervullen, dan zal iemand noodzakelijkerwijs de juiste kijk op het leven hebben, een leven leiden dat gezegend en geleid wordt door de Schepper, wandelen in het licht van de Schepper, de soevereiniteit van de Schepper kennen, onder Zijn heerschappij vallen, getuige worden van Zijn wonderbaarlijke daden en van Zijn gezag. Onnodig te zeggen dat zo iemand noodzakelijkerwijs geliefd en geaccepteerd zal worden door de Schepper en alleen zo iemand kan een rustige houding ten opzichte van de dood hebben, en vreugdevol het laatste moment van het leven verwelkomen. Job had duidelijk een dergelijke houding ten opzichte van de dood; hij was in een positie om blijmoedig het laatste kruispunt van het leven te accepteren en nadat hij zijn levensreis tot een rustig einde had gebracht, zijn missie in het leven had voltooid, ging hij terug naar zijn Schepper.

5. Jobs bezigheden en opbrengsten uit het leven maken dat hij de dood rustig tegemoet kan treden

Over Job staat in de Bijbel geschreven: “En toen stierf Job, oud en verzadigd van het leven” (Job 42:17). Dit betekent dat Job, toen hij overleed, geen spijt had en geen pijn voelde, maar op natuurlijke wijze vertrok van deze wereld. Zoals iedereen weet, was Job een godvrezend man die het kwaad schuwde tijdens zijn leven; God prees zijn rechtvaardige daden, mensen herinnerden zich die daden, en zijn leven, meer dan dat van wie dan ook, had waarde en betekenis. Job genoot Gods zegeningen en werd door Hem op aarde rechtvaardig genoemd en hij werd ook door God beproefd en door Satan verleid; hij was getuige van God en verdiende het een rechtvaardig persoon te worden genoemd. Gedurende de tientallen jaren nadat hij door God was beproefd, leefde hij een leven dat nog waardevoller, zinvoller, meer gegrond en vrediger was dan voorheen. Vanwege zijn goede daden beproefde God hem; vanwege zijn goede daden, verscheen God aan hem en sprak hem rechtstreeks aan. Dus gedurende de jaren nadat hij was beproefd, begreep en waardeerde Job de waarde van het leven op een concretere manier, bereikte hij een dieper begrip van de soevereiniteit van de Schepper en kreeg hij een meer precieze en zekere kennis van hoe de Schepper zijn zegeningen geeft en wegneemt. Het Bijbelboek Job vermeldt dat Jehova God nog grotere zegeningen aan Job schonk dan voorheen, waardoor Job in een nog betere positie kwam om de soevereiniteit van de Schepper te leren kennen en om de dood rustig tegemoet te kunnen treden. Dus toen Job oud werd en met de dood te maken kreeg, zou hij zeker niet bezorgd zijn geweest over zijn eigendom. Hij maakte zich geen zorgen, had niets te betreuren en was natuurlijk niet bang voor de dood; want hij bracht zijn hele leven door met wandelen op een godvrezende, kwaad mijdende weg en had geen reden om zich zorgen te maken over zijn eigen einde. Hoeveel mensen zouden vandaag kunnen handelen op dezelfde manier als Job deed toen hij met zijn eigen dood werd geconfronteerd? Waarom is niemand in staat om zo’n simpele, naar buiten gerichte houding te handhaven? Er is slechts één reden: Job leefde zijn leven in het subjectieve streven naar geloof, erkenning en onderwerping aan Gods soevereiniteit en het was met dit geloof, deze erkenning en onderwerping dat hij de belangrijke kruispunten van het leven passeerde, zijn laatste jaren leefde en op het laatste kruispunt van zijn leven belandde. Ongeacht wat Job ervoer, waren zijn bezigheden en doelen in het leven gelukkig, niet pijnlijk. Hij was blij, niet alleen vanwege de zegeningen of aanprijzing die hem door de Schepper waren gegeven, maar vooral vanwege zijn streven en levensdoelen, vanwege de geleidelijke kennis en het ware begrip van de soevereiniteit van de Schepper die hij bereikte door God te vrezen en het kwaad te schuwen en bovendien vanwege de wonderbaarlijke daden van Zijn werk die Job persoonlijk ervoer toen hij zich aan de soevereiniteit van de Schepper onderwierp en de warme en onvergetelijke ervaringen en herinneringen van de co-existentie, kennismaking en wederzijds begrip tussen de mens en God; vanwege de troost en het geluk dat voortkomt uit het kennen van de wil van de Schepper; vanwege de eerbied die ontstond nadat hij gezien had dat Hij groot, wonderbaarlijk, beminnelijk en trouw is. De reden dat Job in staat was de dood tegemoet te treden zonder lijden, was dat hij wist dat hij bij zijn sterven terug zou keren naar de zijde van de Schepper. En het waren zijn bezigheden en verworvenheden in het leven die hem in staat stelden om de dood kalm tegemoet te treden, om het vooruitzicht tegemoet te zien dat de Schepper zijn leven terug nam, met een vrij hart en, bovendien, om onbezoedeld en vrij van zorg op te staan, voor de Schepper. Kunnen mensen tegenwoordig het soort geluk bereiken dat Job bezat? Verkeren jullie zelf in zo’n positie? Waarom zijn mensen tegenwoordig niet in staat om gelukkig te leven, zoals Job heeft gedaan? Waarom kunnen ze niet ontsnappen aan het lijden uit angst voor de dood? Als ze met de dood worden geconfronteerd, plassen sommige mensen in hun broek, anderen huiveren, vallen flauw, halen uit naar de hemel en, zoals dat gaat, klagen en wenen ze. Dit zijn in geen geval de plotselinge reacties die voorkomen wanneer de dood nadert. Mensen gedragen zich op deze gênante manieren vooral omdat ze, diep in hun hart, de dood vrezen, omdat ze geen duidelijke kennis hebben van en waardering hebben voor Gods soevereiniteit en Zijn regelingen, laat staan zich daadwerkelijk aan Hem onderwerpen. Mensen willen niets anders dan alles zelf regelen en besturen, om hun eigen lot, hun eigen leven en dood te beheersen. Het is daarom geen wonder dat mensen nooit kunnen ontsnappen aan de angst voor de dood.

6. Alleen door de soevereiniteit van de Schepper te accepteren, kan iemand terugkeren aan Zijn zijde

Als men geen duidelijke kennis en ervaring heeft van Gods soevereiniteit en van Zijn regelingen, zal zijn kennis van het lot en van de dood noodzakelijkerwijs onsamenhangend zijn. De mensen kunnen niet duidelijk zien dat dit alles in Gods handpalm ligt, beseffen niet dat God de controle en soevereiniteit over hen heeft, erkennen niet dat de mens zich niet kan afscheiden van of ontsnappen aan een dergelijke soevereiniteit; en dus wanneer ze geconfronteerd worden met de dood is er geen einde aan hun laatste woorden, zorgen en spijt. Ze zijn gebukt gegaan onder zoveel bagage, zoveel terughoudendheid, zoveel verwarring en dit alles doet hen vrezen voor de dood. Voor eenieder die in deze wereld geboren is, is zijn geboorte noodzakelijk en zijn dood onvermijdelijk en niemand kan deze koers veranderen. Als iemand pijnloos van deze wereld wil vertrekken, als iemand in staat wil zijn om het laatste kruispunt van het leven onder ogen te zien zonder terughoudendheid of zorgen, kan dat alleen door geen spijt te hebben. En de enige manier om zonder spijt te vertrekken is de soevereiniteit van de Schepper te kennen, Zijn gezag te kennen en aan hen te onderwerpen. Alleen op deze manier kan iemand ver weg blijven van de menselijke strijd, van het kwaad, van Satans gebondenheid; alleen op deze manier kan iemand een leven als dat van Job leiden, geleid en gezegend door de Schepper, een leven dat vrij en bevrijd is, een leven met waarde en betekenis, een leven dat eerlijk en openhartig is. Alleen op die manier kan iemand, net als Job, zich onderwerpen aan de orkestraties en regelingen van de Schepper om door de Schepper te worden beproefd en ontnomen; alleen op die manier kan iemand de Schepper zijn leven lang aanbidden en zijn aanprijzing winnen, zoals Job Hem zag verschijnen, en Zijn stem horen. Alleen op deze manier kan iemand gelukkig leven en sterven, zoals Job. Zonder pijn, zonder zorgen, zonder spijt. Alleen op deze manier kan iemand leven in licht, zoals Job, elk moment van het leven doorstaan in het licht, zijn reis in het licht soepel voltooien, met succes zijn missie volbrengen − om de soevereiniteit van de Schepper te ervaren, te leren, en te leren kennen als een geschapen wezen – en te sterven in het licht en voor altijd naast de Schepper te staan als een geschapen mens, door Hem aangeprezen.

Mis de kans niet om de soevereiniteit van de Schepper te kennen

De zes hierboven beschreven kruispunten zijn cruciale fasen die door de Schepper zijn vastgelegd en die elke normale persoon in zijn of haar leven moet ondergaan. Elk van deze kruispunten is echt. Geen van deze kan worden omzeild en ze hebben allemaal een relatie met de voorbestemming van de Schepper en Zijn soevereiniteit. Dus voor een mens is elk van deze kruispunten een belangrijk ijkmoment. Hoe hij elk van deze punten soepel kan passeren, is een zeer serieuze vraag waar jullie allemaal nu mee te maken hebben.

De enkele decennia die deel uitmaken van een mensenleven zijn noch lang noch kort. De twintigtal jaar tussen geboorte en het ouder worden gaan in een oogwenk voorbij en hoewel op dat levensmoment een persoon als volwassene wordt beschouwd, weten mensen in deze leeftijdsgroep bijna niets over het menselijk leven en het menselijk lot. Naarmate ze meer ervaring opdoen, schreiden ze geleidelijk voort naar middelbare leeftijd. Mensen in hun dertiger of veertiger jaren krijgen een ontluikende ervaring van leven en lot, maar hun ideeën over deze dingen zijn nog steeds erg mistig. Pas op veertigjarige leeftijd beginnen sommige mensen de mensheid en het universum te begrijpen, die door God zijn geschapen, om te begrijpen waar het mensenleven om draait, waar het lot van de mens om draait. Sommige mensen zijn al lang volgelingen van God en zijn nu van middelbare leeftijd, maar beschikken nog steeds niet over een nauwkeurige kennis en definitie van Gods soevereiniteit, laat staan echte onderwerping. Sommige mensen geven om niets anders dan het ontvangen van zegeningen en, hoewel ze vele jaren geleefd hebben, weten of begrijpen ze zelfs niet maar een klein beetje dat de Schepper soeverein is over het lot van de mens en zijn ze dus niet binnengegaan in een klein stukje van de praktische les over het zich onderwerpen aan Gods orkestraties en regelingen. Zulke mensen zijn volkomen dwaas; zulke mensen leven hun leven tevergeefs.

Als een menselijk leven wordt opgedeeld volgens de graad van levenservaring en de kennis van het lot van de mens, zal het grofweg in drie fasen uiteenvallen. De eerste fase is de jeugd, de jaren tussen geboorte en middelbare leeftijd, of vanaf de geboorte tot dertig. De tweede fase is rijping, van middelbare leeftijd tot ouderdom, of van dertig tot zestig. En de derde fase is iemands volwassen periode, van ouderdom, beginnend op zestig, tot iemand vertrekt van deze wereld. Met andere woorden, vanaf de geboorte tot op middelbare leeftijd is voor de meeste mensen hun kennis van lot en leven beperkt tot het na-apen van andermans ideeën; het heeft bijna geen echte, praktische inhoud. In deze periode is de kijk op het leven en hoe iemand zijn weg baant in de wereld heel oppervlakkig en naïef. Dit is de jeugdperiode. Pas nadat iemand alle vreugden en zorgen van het leven heeft geproefd, krijgt iemand een echt begrip van het lot, ondergaat iemand – onbewust, diep in zijn hart – geleidelijk de onomkeerbaarheid van het lot en beseft iemand langzaam dat de soevereiniteit van de Schepper over het lot van de mens waarlijk bestaat. Dit is zijn rijpingsperiode. Wanneer iemand is opgehouden met vechten tegen het lot en wanneer iemand niet langer bereid is om in gevechten te worden getrokken, maar zijn eigen lot kent, zich onderwerpt aan de wil van de Hemel, zijn eigen prestaties en fouten in het leven opsomt en in afwachting is van het oordeel van de Schepper over zijn leven – is dit iemands volwassen periode. Gezien de verschillende soorten ervaringen en verworvenheden die mensen tijdens deze drie perioden krijgen, is iemands kans om de soevereiniteit van de Schepper te kennen onder normale omstandigheden niet erg groot. Als iemand zestig wordt, heeft men slechts dertig jaar om Gods soevereiniteit te kennen; als iemand een langere periode wil, is dat alleen mogelijk als iemands leven lang genoeg is, als iemand een eeuw kan leven. Dus zeg ik, volgens de normale wetten van het menselijk bestaan, is het dus een heel lang proces van het onderwerp tegenkomen over het kennen van de soevereiniteit van de Schepper tot het feitelijk kunnen herkennen van de soevereiniteit van de Schepper en van dan tot het punt waarop men zich eraan kan onderwerpen. Als iemand de jaren telt, zijn er niet meer dan dertig of veertig waarin hij de kans heeft deze beloningen te krijgen. En vaak laten mensen zich meeslepen door hun verlangens en ambities om zegeningen te ontvangen; ze kunnen niet zien waar de essentie van het menselijk leven ligt, begrijpen niet hoe belangrijk het is om de soevereiniteit van de Schepper te kennen en koesteren zo deze kostbare kans om de menselijke wereld binnen te gaan niet om het mensenleven te ervaren, de soevereiniteit van de Schepper te ervaren en realiseren zich niet hoe waardevol het voor een geschapen wezen is om de persoonlijke leiding van de Schepper te ontvangen. Dus zeg ik, die mensen die willen dat Gods werk snel eindigt, die wensen dat God zo snel mogelijk het einde van de mens regelt, zodat ze onmiddellijk Zijn werkelijke persoon kunnen aanschouwen en gezegend kunnen worden, zij maken zich schuldig aan de ergste vorm van ongehoorzaamheid en dwaasheid tot in het extreme. En zij die in hun beperkte tijd deze unieke gelegenheid willen aangrijpen om de soevereiniteit van de Schepper te kennen, zijn de wijze, de briljante mensen. Deze twee verschillende verlangens ontbloten twee sterk verschillende vooruitzichten en bezigheden: degenen die zegeningen zoeken zijn egoïstisch en heel laag; ze houden geen rekening met Gods wil, proberen nooit Gods soevereiniteit te kennen, willen zich er nooit aan onderwerpen, willen gewoon leven zoals ze willen. Ze zijn gemakzuchtige ontaarden; ze zijn de categorie die wordt vernietigd. Degenen die God willen kennen, zijn in staat om hun verlangens opzij te zetten, zijn bereid om zich te onderwerpen aan Gods soevereiniteit en Gods regelingen; ze proberen het soort mensen te zijn die onderworpen is aan Gods gezag en voldoet aan Gods verlangens. Zulke mensen leven in licht, leven te midden van Gods zegeningen. Ze zullen zeker geprezen worden door God. Wat er ook gebeurt, menselijke keuze is nutteloos, mensen hebben geen zeggenschap over hoe lang Gods werk zal duren. Het is beter voor mensen om zich over te leveren aan de genade van God, om zich te onderwerpen aan Zijn soevereiniteit. Als je je niet aan Zijn genade onderwerpt, wat kun je dan doen? Zal God een verlies lijden? Als je niet overgeleverd bent aan Zijn genade, als je probeert de baas te zijn, dan maak je een dwaze keus. Uiteindelijk ben jij de enige die verlies zal lijden. Alleen als mensen zo snel mogelijk met God samenwerken, alleen als ze haast maken om Zijn regelingen te accepteren, Zijn gezag te kennen en alles te begrijpen wat Hij voor hen heeft gedaan, zullen ze hoop hebben, zal hun leven niet tevergeefs zijn geleefd, zullen zij verlossing bereiken.

Het feit dat God soevereiniteit heeft over het lot van de mens kan niemand veranderen

Is jullie idee over het lot veranderd na alles wat ik zojuist zei beluisterd te hebben? Wat begrijpen jullie van het feit van Gods soevereiniteit over het lot van de mens? Eenvoudig gezegd, onder gezag van God accepteert elke persoon zowel actief als passief Zijn soevereiniteit en Zijn bepalingen en, ongeacht hoe iemand nu worstelt in zijn leven, hoeveel kronkelpaden iemand bewandelt, uiteindelijk zal iemand terugkeren binnen de straal van het lot dat de Schepper voor hem uitgetekend heeft. Dit is de onoverkomelijkheid van het gezag van de Schepper, de manier waarop Zijn gezag het universum beheerst en bestuurt. Het is deze onoverkomelijkheid, deze vorm van beheer en bestuur die verantwoordelijk zijn voor de wetten die het leven van alle dingen voorschrijven, wat het mogelijk maakt voor mensen om keer op keer, zonder verstoring te transmigreren, wat de wereld met regelmaat laat draaien en voortbeweegt, dag na dag, jaar na jaar. Van deze feiten zijn jullie getuige en jullie begrijpen ze, ofwel oppervlakkig of op een dieper niveau; de reikwijdte van jullie begrip hangt af van jullie ervaringen en kennis van de waarheid en jullie kennis van God. Hoe goed je de realiteit van de waarheid kent, in welke mate je Gods woorden hebt ervaren, hoe goed je Gods wezen en gezindheid kent − het vertegenwoordigt de reikwijdte van je begrip van Gods soevereiniteit en regelingen. Hangt het bestaan van Gods soevereiniteit en regelingen ervan af of mensen zich daaraan onderwerpen? Wordt het feit dat God dit gezag bezit bepaald door de vraag of de mensheid zich eraan onderwerpt? Gods gezag bestaat ongeacht de omstandigheden; in alle situaties dicteert en regelt God het lot van de mens en alle dingen overeenkomstig Zijn gedachten, Zijn wensen. Dit zal niet veranderen omdat mensen veranderen, het is onafhankelijk van de wil van de mens, kan niet gewijzigd worden door enige veranderingen in tijd, ruimte en geografie, want Gods gezag is Zijn eigen diepste wezen. Of de mens in staat is Gods soevereiniteit te kennen en accepteren en of de mens in staat is zich daaraan te onderwerpen, verandert het feit van Gods soevereiniteit over het lot van de mens niet in het minst. Dat wil zeggen, wat voor houding iemand ook aanneemt ten opzichte van Gods soevereiniteit, het kan het feit dat God soeverein is over het lot van de mens en over alle dingen gewoonweg niet veranderen. Zelfs als je je niet onderwerpt aan Gods soevereiniteit beveelt Hij nog steeds je lot; zelfs als je Zijn soevereiniteit niet kent, bestaat Zijn gezag nog steeds. Gods gezag en het feit van Gods soevereiniteit over het lot van de mens zijn onafhankelijk van de menselijke wil. Ze veranderen niet naar de voorkeuren en keuzes van de mens. Gods gezag is overal, elk uur, elk moment. Ook al gaan hemel en aarde voorbij, Zijn gezag zal niet voorbijgaan, want Hij is God Zelf, Hij bezit het unieke gezag en Zijn gezag is niet gebonden aan of gelimiteerd door mensen, gebeurtenissen of dingen, door ruimte of geografie. Altijd oefent God Zijn gezag uit, laat Hij Zijn macht zien, zet Hij Zijn managementwerk voort zoals altijd; altijd regeert Hij over alle dingen, voorziet in alles, orkestreert alles, zoals Hij altijd heeft gedaan. Niemand kan dit veranderen. Het is een feit, het is de onveranderlijke waarheid geweest sinds mensenheugenis!

De juiste houding en oefening voor iemand die zichzelf aan Gods gezag wenst te onderwerpen

Met wat voor een houding zou de mens nu Gods gezag moeten kennen en zien, in verband met het feit van Gods soevereiniteit over het lot van de mens? Dit is daadwerkelijk een probleem waar eenieder voor staat. Hoe moet je Gods gezag en soevereiniteit kennen en begrijpen als je voor problemen in het echte leven staat? Als je niet weet hoe deze problemen te begrijpen, aan te pakken en te ervaren, welke houding zou je dan aan moeten nemen om je intentie, verlangen en jouw realiteit van het onderwerpen aan Gods soevereiniteit en regelingen te laten zien? Eerst moet je leren wachten; dan moet je leren zoeken; vervolgens leren te onderwerpen. ‘Wachten’ betekent het wachten op Gods tijd, de mensen, gebeurtenissen en dingen afwachten die Hij voor je heeft geregeld, het wachten tot Zijn wil zich langzamerhand aan je openbaart. ‘Zoeken’ betekent het waarnemen en begrijpen van Gods doordachte bedoelingen voor je door de mensen, gebeurtenissen en dingen die Hij voor je weggelegd heeft, het daardoor begrijpen van de waarheid, het begrijpen wat mensen bereiken moeten en de wegen die zij moeten gaan, begrijpen welke resultaten in mensen God bedoelt te bereiken en wat Hij beoogt te verwezenlijken in de mensheid. ‘Onderwerpen’ verwijst natuurlijk naar het accepteren van de mensen, gebeurtenissen en dingen die God georkestreerd heeft, het accepteren van Zijn soevereiniteit en daardoor te weten komen hoe de Schepper het lot van de mens voorschrijft, hoe Hij de mens van Zijn leven voorziet, hoe Hij de waarheid in de mens bewerkstelligt. Alles onder Gods regelingen en soevereiniteit gehoorzaamt natuurwetten en als je besluit om God alles voor je te laten regelen en voorschrijven, dan zou je moeten leren wachten, je zou moeten leren te zoeken, en je zou moeten leren je te onderwerpen. Dit is de houding die iedereen die zich wil onderwerpen aan Gods gezag moet aannemen, de vereiste basiseigenschap voor iedereen die Gods soevereiniteit en regelingen wil accepteren. Om die houding aan te nemen en die basiseigenschap te bezitten moeten jullie harder werken; en alleen dan zullen jullie de echte werkelijkheid binnengaan.

God als je enige Meester accepteren is de eerste stap in het bereiken van verlossing

De waarheden over Gods gezag zijn waarheden die iedere persoon met het hart serieus moet overwegen, ervaren en begrijpen. Deze waarheden drukken een stempel op ieders leven, op ieders verleden, heden en toekomst, op die cruciale kruispunten in het leven die ieder persoon moet passeren, op de kennis die men heeft van Gods soevereiniteit en de houding waarmee men tegenover Gods gezag staat en natuurlijk op ieders uiteindelijke bestemming. Er is dus levenslange energie voor nodig om ze te kennen en begrijpen. Als je Gods gezag serieus neemt, je Gods soevereiniteit accepteert, dan zul je langzamerhand beseffen en begrijpen dat Gods gezag daadwerkelijk bestaat. Maar als je Gods gezag nooit erkent, Zijn soevereiniteit nooit accepteert, dan maakt het niet uit hoe lang je leeft, je zult niets van Gods soevereiniteit begrijpen, zelfs niet maar een klein beetje. Als je niet daadwerkelijk Gods gezag kent en begrijpt, heb je niets om te laten zien aangaande je leven als je aan het einde van de rit bent, zelfs al heb je decennia in God geloofd. Uiteindelijk is wat je weet van Gods soevereiniteit over het lot van de mens nihil. Is dat niet vreselijk verdrietig? Dus het maakt niet uit hoe ver je al op je levenspad hebt gelopen, hoe oud je nu bent, hoe lang de rest van je reis is, erken Gods gezag eerst en neem het serieus, accepteer het feit dat God je enige Meester is. Duidelijke, precieze kennis en begrip verkrijgen over deze waarheden aangaande Gods soevereiniteit over het lot van de mens is voor iedereen een verplichte les. Het is de sleutel tot het kennen van het mensenleven en de waarheid verkrijgen, het is het leven en de basisles, van het kennen van God, waar iedereen elke dag mee te maken heeft, iets wat niemand kan ontwijken. Als sommigen van jullie tussendoorweggetjes willen nemen om dat doel te bereiken, dan zeg ik je dat dit onmogelijk is! Als sommigen van jullie aan Gods soevereiniteit willen ontsnappen, dan is dat zelfs nog onmogelijker! De enige Heer van de mens is God, God is de enige Meester van het lot van de mens en dus is het onmogelijk voor iemand om zijn eigen lot voor te schrijven, onmogelijk om het te overstijgen. Hoe groots iemands capaciteiten ook zijn, het lot van anderen kan men niet beïnvloeden, laat staan orkestreren, regelen, besturen, of veranderen. Alleen de unieke God Zelf schrijft alle dingen voor de mens voor, want alleen Hij bezit het unieke gezag dat soevereiniteit heeft over het lot van de mens; en op die manier is alleen de Schepper de unieke Meester van de mens. Gods gezag maakt dat Hij niet alleen soeverein is over de geschapen mensheid, maar ook over de niet geschapen wezens die mensen niet kunnen zien, over de sterren, de kosmos. Dit is een onbetwistbaar feit, een feit dat waarlijk bestaat en dat geen mens of ding kan veranderen. Als een van jullie nog steeds ontevreden is met de dingen zoals ze zijn, en gelooft dat je enige speciale vaardigheid of bekwaamheid hebt en nog steeds denkt dat je het geluk kunt hebben om je huidige omstandigheden te veranderen of anders eraan te ontsnappen; als je je eigen lot door menselijke inspanning probeert te veranderen en daarmee opvalt bij anderen en er faam en fortuin mee wint, dan zeg ik je dat je het jezelf moeilijk maakt, je vraagt om problemen, je graaft je eigen graf! Op een dag, vroeg of laat, zul je ontdekken dat je een verkeerde keuze hebt gemaakt en dat het verspilde moeite was. Je ambitie en verlangen met het lot te worstelen en je eigen vreselijke gedrag zullen je op een pad leiden waarvan je niet meer terug kunt keren en daarvoor zul je een bittere prijs betalen. Nu zie je de zwaarte van de consequenties nog niet, maar als je de waarheid dat God de Meester van het lot van de mens is meer en meer diepgaander waardeert en ervaart, zul je er langzamerhand achter komen waar ik het vandaag over heb en wat de echte gevolgen daarvan zijn. Of je daadwerkelijk een hart en geest hebt en iemand bent die de waarheid liefheeft hangt af van je houding ten opzichte van Gods soevereiniteit en de waarheid. Dit bepaalt natuurlijk ook of je Gods gezag ook echt kunt kennen en begrijpen. Als je nog nooit in je leven Gods soevereiniteit en Zijn regelingen bemerkt hebt, laat staan Gods gezag erkent en accepteert, dan ben je volkomen waardeloos en zul je ongetwijfeld Gods verachting en afwijzing over je afroepen, dankzij het pad dat je hebt gekozen en de keuze die je hebt gemaakt. Maar zij die, in Gods werk, Zijn beproeving en Zijn soevereiniteit kunnen accepteren en zich kunnen onderwerpen aan Zijn gezag en langzamerhand Zijn woorden echt gaan ervaren, zij zullen daadwerkelijke kennis van Gods gezag en daadwerkelijk begrip van Zijn soevereiniteit verkrijgen en zij zullen daadwerkelijk onderworpen zijn aan de Schepper. Alleen zulke mensen zullen daadwerkelijk gered zijn. Omdat zij Gods soevereiniteit hebben gekend, omdat zij die hebben geaccepteerd, is hun waardering van en onderwerping aan het feit van Gods soevereiniteit over het lot van de mens echt en nauwkeurig. Wanneer zij met de dood geconfronteerd worden, zullen zij in staat zijn om, net als Job, een onverschrokken gedachte te hebben ten aanzien van de dood, zich te onderwerpen aan Gods orkestraties en regelingen in alle dingen, zonder enige individuele keuze, met geen enkel individueel verlangen. Alleen zo een persoon zal terug kunnen keren naast de Schepper als een echt geschapen mens.

17 december 2013

De bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap.

Vorige: God Zelf, de unieke III

Volgende: God Zelf, de unieke IV

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Hoofdstuk 19

De plicht van de mensheid is van mijn woorden uitgaan om te overleven. De mens moet in ieder deel van mijn woorden zijn eigen gedeelte...

Instellingen

  • Tekst
  • Thema's

Effen kleuren

Thema's

Lettertype

Lettergrootte

Regelruimte

Regelruimte

Paginabreedte

Inhoud

Zoeken

  • Zoeken in deze tekst
  • Zoeken in dit boek

Neem contact op via Messenger