Wat is Gods volk? Wat zijn de dienstdoeners?
Relevante woorden van God:
De vijf wijze maagden vertegenwoordigen mijn zonen en mijn volk onder de mensen die ik geschapen heb. Dat ik ze aanspreek met[a] “maagden” is omdat ze weliswaar op aarde zijn geboren, maar wel door mij gewonnen zijn; men kan zeggen dat ze heilig zijn geworden, dus worden ze “maagden” genoemd. De eerder genoemde “vijf” vertegenwoordigt het aantal van mijn zonen en mijn volk dat ik voorbestemd heb. “Vijf dwaze maagden” verwijst naar de dienstdoeners. Ze doen dienst aan mij zonder enig belang aan het leven te hechten, ze jagen alleen uiterlijke zaken na (omdat ze mijn kwaliteit niet hebben, is wat ze ook doen slechts iets uiterlijks) en ze zijn niet in staat om mijn capabele helpers te zijn, dus worden ze “dwaze maagden” genoemd. De eerder genoemde “vijf” vertegenwoordigt Satan en de verwijzing[b] “maagden” betekent dat ze door mij overwonnen zijn en in staat zijn om dienst te doen aan mij, maar dergelijke personen zijn niet heilig, dus worden ze dienstdoeners genoemd.
uit ‘Hoofdstuk 116’ van Uitspraken van Christus aan het begin in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’
Daarom zal ik een nieuwe aanpak hanteren: wie mijn woorden lezen en ze als leven accepteren, zullen tot mijn koninkrijk gerekend worden. En omdat zij zich in mijn koninkrijk bevinden, zullen zij tot mijn volk gerekend worden. Hoewel ze mijn volk worden genoemd, is dit niet minder dan mijn ‘zonen’ te worden genoemd, omdat ze zich door mijn woorden laten leiden. Als mijn volk moeten allen in mijn koninkrijk getrouw zijn en hun plichten vervullen. En wie zich niet aan mijn bestuurlijke decreten houdt, zal door mij gestraft worden. Dat is mijn waarschuwing voor iedereen.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Gods woorden aan het hele universum, hfst. 1
Het zijn enkel de mensen die stil zijn voor God die aandacht geven aan het leven, aandacht geven aan geestelijke communicatie, die dorsten naar Gods woorden en die de waarheid nastreven. Al degenen die geen aandacht besteden aan stil worden voor God, die niet oefenen om stil te worden voor God, zijn ijdele mensen die volledig gehecht zijn aan de wereld, die zonder leven zijn; zelfs als ze zeggen dat ze in God geloven zijn dit niet meer dan loze woorden. Degenen die God uiteindelijk zal vervolmaken en compleet maken zijn mensen die stil kunnen zijn voor God. Daarom worden mensen die stil kunnen zijn voor God met grote zegeningen begenadigd. Mensen die gedurende de dag weinig tijd nemen om te eten en drinken van Gods woorden, die volledig in beslag worden genomen door uiterlijke zaken en die geen aandacht besteden aan het binnentreden van het leven, zijn hypocrieten zonder vooruitzicht op ontwikkeling in de toekomst. Het zijn zij die stil kunnen zijn voor God en oprecht met God communiceren, die Gods mensen zijn.
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over je hart stil maken voor God
Op dit moment bevinden zich de meeste mensen (waarmee alle mensen met uitzondering van de eerstgeborenen worden bedoeld) in deze toestand. Ik zeg deze dingen zo duidelijk en toch tonen deze mensen geen reactie en bekommeren zich om hun vleselijke genoegens – ze eten en vervolgens slapen ze, ze slapen en vervolgens eten ze, en ze denken niet na over mijn woorden. Zelfs wanneer ze zijn opgewekt is dat slechts voor een korte tijd en zijn ze na afloop hetzelfde als ze waren, volkomen onveranderd, alsof ze in het geheel niet naar mij hebben geluisterd. Dit zijn de typisch lamlendige mensen die geen lasten dragen – de meest evidente klaplopers. Ik zal ze later een voor een verlaten. Maak jullie geen zorgen! Ik zal ze een voor een terugsturen naar de put van de afgrond. De Heilige Geest werkt nooit in dit soort mens en alles wat hij doet is een gave. Wanneer ik over deze gave spreek, bedoel ik dat dit een mens is zonder leven, iemand die mijn dienstdoener is. Ik wil niemand van hen en ik zal ze elimineren (maar op dit moment zijn ze nog een klein beetje nuttig).
uit ‘Hoofdstuk 102’ van Uitspraken van Christus aan het begin in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’
En wat is de rol van deze dienstdoeners? Om de door God uitverkoren mensen te dienen. Over het algemeen gesproken is hun rol Gods werk te dienen, samen te werken met Gods werk, en samen te werken met Gods voltooiing van Zijn uitverkoren mensen. … De identiteit van een dienstdoener is dienstdoener, maar voor God zijn ze een van al de dingen die Hij geschapen heeft – het is simpelweg zo dat hun rol die van dienstdoener is. Zijnde één van Gods schepsels, is er verschil tussen een dienstdoener en de door God uitverkoren mensen? In feite is er geen verschil. In naam is er een verschil, in wezen is er een verschil, wat betreft de rol die ze spelen is er een verschil, maar God discrimineert deze mensen niet. Waarom worden deze mensen dan gedefinieerd als dienstdoeners? Jullie zouden dit moeten begrijpen. De dienstdoeners zijn afkomstig uit de ongelovigen. Het noemen van de ongelovigen maakt ons duidelijk dat hun verleden slecht is: Ze zijn allemaal atheïsten, in hun verleden waren ze atheïsten, ze geloofden niet in God en ze stonden vijandig tegenover God, de waarheid en positieve dingen. Ze geloofden niet in God en geloofden niet dat er een God is. Kunnen ze dus Gods woorden begrijpen? Je kunt wel zeggen dat ze dat ze daartoe voor het grootste deel niet in staat zijn. Net als dieren niet in staat zijn menselijke woorden te begrijpen, zo begrijpen de dienstdoeners niet wat God zegt, wat Hij eist en waarom Hij zulke eisen stelt – ze begrijpen het niet, deze dingen zijn voor hen onbevattelijk, ze blijven onverlicht. Om deze reden bezitten deze mensen het leven waarover we hebben gesproken niet. Kunnen mensen de waarheid begrijpen zonder leven? Zijn ze uitgerust met de waarheid? Zijn ze uitgerust met de ervaring en kennis van Gods woorden? (Nee.) Zodanig zijn de afkomsten van de dienstdoeners. Maar omdat God deze mensen tot dienstdoeners maakt, gelden er nog steeds standaarden voor de eisen die Hij hen stelt. Hij kijkt niet op ze neer en behandelt ze niet plichtmatig. Hoewel ze Zijn woorden niet verstaan en ze zonder leven zijn, is God toch vriendelijk tegenover hen en gelden er nog steeds standaarden voor de eisen die Hij hen stelt. Jullie spraken zojuist over deze standaarden: loyaal zijn aan God en doen wat Hij zegt. In je dienst moet je dienen waar dit nodig is en dienen helemaal tot het einde. Als je een loyale dienstdoener kunt zijn, in staat bent tot het allerlaatst te dienen en de opdracht die God je heeft gegeven volkomen uit kunt voeren, dan zul je een waardevol leven leven, en zul je aldus in staat zijn te blijven. Als je je nog een beetje harder inspant, als je nog beter je best doet, je inspanningen God te kennen verdubbelt, een beetje kunt spreken over de kennis van God, kunt getuigen van God en bovendien iets van Gods wil kunt begrijpen, kunt meewerken aan Gods werk en je enigszins bewust bent van Gods wil, dan kan je lot, het lot van deze dienstdoener, veranderen. En wat zal deze verandering van je lot inhouden? Je zult niet langer alleen maar in staat zijn te blijven. Op basis van je gedrag en je persoonlijke aspiraties en streven zal God je tot een van zijn uitverkorenen maken. Zo zal je lot veranderen. Wat is het beste aspect van dit alles voor dienstdoeners? Dat ze een van de door God uitverkoren mensen kunnen worden. … Is dat goed? Dat is het, en het is goed nieuws. Dat wil zeggen dat dienstdoeners kunnen worden omgevormd. Het is niet zo dat een dienstdoener, wanneer God hem voorbestemd om te dienen, dit voor altijd zal doen. Dat is niet noodzakelijkerwijs het geval. God zal hen op basis van hun individuele gedrag verschillend behandelen en antwoorden.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke X
Gedeelten uit preken en communicatie als referentie:
Wie behoren tot Gods volk? Al degenen die in staat zullen zijn in het Tijdperk van het Koninkrijk over te blijven en te overleven behoren tot Gods volk. Zij zijn degenen die Gods werk hebben ervaren en de waarheid hebben verkregen. Zij zijn de mensen met nieuw leven. Mensen die tot Gods volk behoren hebben ware kennis van God, zijn in staat de waarheid in de praktijk te brengen en zijn uiteindelijk, na vele beproevingen, louteringen, tegenspoed en rampen te hebben ondergaan, vervolmaakt. Zij zijn degenen die door middel van het ervaren van het werk van God zijn vervolmaakt. Al degenen die tot Gods volk behoren bezitten drie kenmerken. Eén: ze hebben een hart dat God vereert – dit is het belangrijkste. Twee: ze bezitten relatief goede menselijkheid, ze hebben een goede reputatie en de meeste mensen keuren hen goed. Drie: ze verrichten hun plicht toegewijd. Eenieder die deze drie kenmerken bezit is lid van Gods volk. Voor mensen die tot Gods volk behoren maakt het niet uit hoe hoog hun kaliber is. Ze zijn op z'n minst van gemiddeld kaliber en kunnen gemiddelde waarheden begrijpen. Het belangrijkste is echter dat ze een hart hebben dat God vereert en beschikken over goede menselijkheid. Het maakt niet uit waar ze worden gestationeerd of welke taak je hen opdraagt, ze zijn zeer betrouwbaar. Ze gedragen zich niet op de ene manier in je gezicht en op een andere manier achter je rug. Ze zijn niet dubbelhartig en ze zijn het niet openlijk met je eens terwijl ze het in het geheim met je oneens zijn. Ze zijn heel eerlijk en betrouwbaar. Ze roepen vertrouwen in anderen op. Zulke mensen hebben allemaal een behoorlijk goede menselijkheid en zijn heel oprecht. Ze behoren tot Gods volk in het Tijdperk van het Koninkrijk.
uit ‘Preken en communicatie over het binnengaan in het leven’
Dienstdoeners hebben de waarheid niet als de kern van hun leven verworven. Ze doen slechts dienst aan God. Ze hebben een oprecht hart naar God toe, ze hebben geloof en ze bezitten een relatief goede menselijkheid, maar ze houden niet zo erg van de waarheid. Ze vertrouwen op hun enthousiasme wanneer ze zich voor God uitputten en zijn bereid elke ontbering te lijden. Ze zullen God tot het einde toe volgen en Hem nooit verlaten. Dit is de reden dat mensen die toegewijde dienstdoeners zijn, zullen overblijven. … Waarom wordt gezegd dat ze dienstdoeners zijn? Omdat ze de waarheid niet nastreven. Degenen die de waarheid nastreven, kennen ook momenten waarop hun verdorvenheid wordt onthuld en tijden dat ze nederlagen lijden, maar zodra ze zijn gesnoeid en behandeld zijn, mislukkingen en terugslagen hebben ervaren, of uit Gods huis zijn verbannen, realiseren ze zich: “Hij die zonder waarheid is, is zo meelijwekkend, hij die op ijver vertrouwt, kan geen standhouden! Als iemand de waarheid niet kan beoefenen, als iemand de waarheid niet begrijpt, zal hij nooit in staat zijn bij het uitvoeren van zijn plicht aan de norm te voldoen. Is zo iemand geen dienstdoener? Ik kan geen dienstdoener zijn – ik moet de waarheid nastreven en bij het vervullen van mijn plicht me beijveren aan de norm te voldoen, zodat ik Gods hart troost geef en Gods liefde beantwoord.” Hij ontwaakt en begint de waarheid na te streven. Uiteindelijk verwerft hij werkelijk enige waarheden en begint werkelijk een hart te krijgen dat God vereert. Zijn zulke mensen nog steeds dienstdoeners? Ze behoren tot Gods volk, omdat ze enige waarheden bezitten en een hart hebben dat God vereert, een hart dat God liefheeft. Het moment waarop ze ongehoorzaam worden en zich verzetten, realiseren ze zich dat en bekeren zich tot God, en veranderen vervolgens. Dit soort mens is iemand die de waarheid als zijn eigen leven heeft verworven.
Is er een groot verschil tussen Gods volk en de dienstdoeners? Hoewel het verschil niet zo groot en zichtbaar is, verschillen ze toch essentieel van elkaar. Dienstdoeners hebben weinig angst voor God. Ze zeggen hoogstens: “Beledig God niet! Als je God beledigt zul je worden gestraft!” Kan zoiets kleins als ware verering voor God worden beschouwd? Degenen met een hart dat God echt vereert, overwegen niet slechts of ze God wel of niet beledigen, maar overwegen ook of wat ze doen al dan niet in tegenspraak is met de waarheid, of wat ze doen al dan niet in tegenspraak is met Gods woorden, of wat ze doen ongehoorzaamheid tegenover God betekent, of het Gods hart kan kwetsen, en hoe zij God tevreden kunnen stellen. Ze overwegen al deze aspecten. Dit betekent het een hart te hebben dat God vereert. Hij die een hart heeft dat God vereert, kan, wanneer hij de waarheid in praktijk brengt, op z'n minst uit de buurt van het kwaad blijven en zich onthouden van het doen van dingen die tegen God ingaan. Hij is in staat dit basisniveau te overtreffen. Dit wordt genoemd het hebben van een hart dat God vereert. Er is een verschil tussen het hebben van een hart dat God vereert en het hebben van een hart met een beetje angst voor God. Wanneer iemand met een hart dat God vereert werkelijk enige waarheden begrijpt en enkele van Gods woorden in de praktijk kan brengen, dan bezit deze mens absoluut leven. Hij die de waarheid als zijn leven heeft, behoort tot het volk van God. Dienstdoeners hebben de waarheid niet als hun leven, ze hebben de waarheid niet lief en het enige dat ze bezitten is geloof in God. Bovendien beschikken ze over ijver en op z'n minst een gemiddelde menselijkheid. Ze zijn bereid zich uit te putten voor God. Hoeveel problemen ze ook thuis hebben, met wat voor situaties of beproevingen ze ook worden geconfronteerd, ze blijven dienst doen aan God, zijn tot het eind toegewijd en trekken zich niet terug. Dit zijn mensen die zullen overblijven, de trouwe dienstdoeners. Sommige dienstdoeners dienen niet tot het eind aan toe. Zodra ze horen dat ze geen zegeningen zullen verwerven, stoppen ze met het verlenen van diensten. Sommige dienstdoeners die niet in staat zijn goed dienst te verlenen, laten het niet toe dat ook maar iemand ze behandelt. Zodra iemand ze behandelt, zeggen ze: “Ik doe geen dienst meer, ik ga naar huis.” Sommige dienstdoeners die worden geconfronteerd met moeilijke omstandigheden, bijvoorbeeld wanneer ze worden gearresteerd, worden laf en trekken zich terug. In de loop van hun dienst maken zich sommigen nog steeds zorgen over het leven van hun gezin: “Hoe zal mijn gezin overleven? Ik moet teruggaan en wat geld verdienen, Ik moet goed voor mijn echtgenoot (of echtgenote) en kinderen zorgen.” Ze kijken achterom met hun hand op de ploeg en het ontbreekt hen aan enige trouw aan God. Deze soorten dienstdoeners voldoen niet aan de norm en zullen dus alle worden geëlimineerd.
uit ‘Preken en communicatie over het binnengaan in het leven’
In het verleden waren er veel mensen die niet begrepen wat Gods volk was. Want wat is het volk van God precies? Is het niet zo dat wij die Almachtige God hebben aanvaard Zijn volk zijn? Je wordt niet een van Zijn volk als je de naam van Almachtige God aanvaardt. Daarvoor is er een proces van vervolmaking, waarin een criterium vervat is. Wat is dat criterium? Dat is dat je aan een bepaalde standaard hebt voldaan bij het verrichten van je plicht, en pas dan ben je een van het volk van God; degenen die in hun plicht niet aan die maatstaf hebben voldaan zijn niet Gods volk. Zij behoren niet tot Gods volk. Om het heel precies te formuleren: zij zijn de dienstdoeners, zo worden ze genoemd tijdens deze periode van oefening. Degenen die nog niet de waarheid hebben bereikt, worden dienstdoeners genoemd. Wanneer iemand de waarheid heeft bereikt en in staat is volgens principe af te handelen, betekent dit dat hij of zij het leven heeft bereikt. Alleen degenen die de waarheid als hun leven hebben, zijn waarlijk Gods volk.
uit ‘Preken en communicatie over het binnengaan in het leven’
Voetnoten:
a. De originele tekst bevat niet de frase “Dat ik ze aanspreek met”.
b. De originele tekst bevat niet de frase “de verwijzing”.
Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.