De religieuze wereld gelooft dat de gehele Heilige Schrift door God is geïnspireerd en uit al Zijn woorden bestaat; waarom dit gezichtspunt verkeerd is

03 april 2019

Relevante woorden van God:

Niet alles wat in de Bijbel staat is een verslag van de woorden die God persoonlijk heeft gesproken. De Bijbel documenteert gewoon de vorige twee fasen van het werk van God, waarvan één deel een verslag is van de voorspellingen van de profeten en het andere deel de ervaringen en kennis bevat die de mensen die door God zijn gebruikt door de eeuwen heen hebben opgeschreven. Menselijke ervaringen zijn door menselijke meningen en kennis besmet, dat is onvermijdelijk. Veel Bijbelboeken bevatten menselijke opvattingen, menselijke vooroordelen en absurd begrip van mensen. Natuurlijk is het merendeel van de woorden het resultaat van de verlichting en illuminatie van de Heilige Geest en die woorden leiden tot juist begrip. Toch kan nog steeds niet worden gezegd dat het helemaal juiste uitdrukkingen van de waarheid zijn. Hun kijk op bepaalde dingen is niets meer dan kennis die berust op persoonlijke ervaring, of de verlichting van de Heilige Geest. De voorspelling van de profeten was door God persoonlijk opgedragen: de profetieën van mensen als Jesaja, Daniël, Ezra, Jeremia en Ezechiël ontstonden rechtstreeks in opdracht van de Heilige Geest. Deze mensen waren zieners, ze hadden de Geest van profetie ontvangen, ze waren allen profeten uit het Oude Testament. Tijdens het Tijdperk van de Wet spraken deze mensen, die de inspiratie van Jehova hadden ontvangen, veel profetieën die rechtstreeks in opdracht van Jehova waren.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over de Bijbel (3)

Tijdens het Tijdperk van de Wet in het Oude Testament sprak het grote aantal profeten dat Jehova op de been had gebracht profetieën voor Hem, ze gaven de verschillende stammen en volkeren onderricht en voorspelden het werk dat Jehova zou gaan doen. Deze mensen die op de been waren gebracht, hadden allen de Geest der profetie ontvangen van Jehova: ze konden de visioenen zien die Jehova hun gaf en Zijn stem horen en zo werden ze door Hem geïnspireerd en schreven ze profetieën. Het werk dat zij deden was de uitdrukking van de stem van Jehova, de uitdrukking van de profetie van Jehova, en het werk van Jehova in die tijd was eenvoudigweg de mensen met de Geest te leiden; Hij werd geen vlees en de mensen zagen niets van Zijn gezicht. Zo heeft Hij vele profeten op de been gebracht om Zijn werk te doen en hen voorzien van orakels om aan iedere stam en clan van Israël door te geven. Het was hun werk te profeteren, en sommigen schreven de aanwijzingen op van Jehova aan hen, om deze aan anderen te laten zien. Jehova heeft deze mensen op de been gebracht om te profeteren, het toekomstige werk of het werk dat nog in die tijd te doen stond te voorspellen, zodat de mensen de wonderbaarlijkheid en wijsheid van Jehova konden aanschouwen. Deze profetieboeken verschilden behoorlijk van de andere Bijbelse boeken, het waren woorden die gesproken en geschreven waren door hen die de Geest der profetie hadden ontvangen, door hen die de visioenen of de stem van Jehova hadden ontvangen. Als je de profetieboeken buiten beschouwing laat, is het Oude Testament een door mensen opgestelde verslaglegging nadat Jehova klaar was met Zijn werk. Deze boeken kunnen de voorspellingen door de profeten die Jehova had laten opstaan niet vervangen, net zomin als dat Genesis en Exodus vergeleken kunnen worden met het boek Jesaja en het boek Daniël. De profetieën waren uitgesproken voordat het werk werd uitgevoerd, terwijl de andere boeken geschreven werden nadat het werk klaar was, wat is waartoe mensen in staat waren. De profeten uit die tijd waren door Jehova geïnspireerd en spraken enkele profetieën. Ze spraken vele woorden en voorspelden de dingen van het Tijdperk van Genade en de vernietiging van de wereld in de laatste dagen – het werk dat Jehova van plan was. Alle overige boeken leggen het werk van Jehova in Israël vast. Als je de Bijbel dus leest, lees je vooral over wat Jehova in Israël deed. In het Oude Testament staat voornamelijk geschreven over het werk van Jehova die Israël leidt, hoe Hij Mozes gebruikte om de Israëlieten uit Egypte te leiden, hen van de ketenen van de Farao bevrijdde en mee de wildernis in nam, waarna ze het land Kanaän binnengingen. Alles wat daarna volgde was hun leven in Kanaän. Behalve dit zijn er alleen verslagen van het werk van Jehova in heel Israël. Alles wat in het Oude Testament staat geschreven is het werk van Jehova in Israël, het is het werk dat Jehova deed in het land waarin Hij Adam en Eva heeft geschapen. Vanaf het moment na Noach, dat God de mensen op aarde officieel begon te leiden, is alles wat in het Oude Testament staat het werk van Israël. En waarom is er dan niets vastgelegd over enig werk buiten Israël? Omdat het land Israël de bakermat van de mensheid is. In het begin waren er geen andere landen dan Israël, en Jehova werkte nergens anders. Zo is wat er in het Oude Testament van de Bijbel staat uitsluitend het werk van God in Israël in die tijd. De woorden die door de profeten gesproken werden, door Jesaja, Daniël, Jeremia en Ezechiël … hun woorden voorspellen Zijn andere werk op aarde, ze voorspellen het werk van Jehova God Zelf. Dit kwam allemaal van God, het was het werk van de Heilige Geest en behalve deze boeken van de profeten is er alleen een verslag van de ervaringen van de mensen met Jehova’s werk in die tijd.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over de Bijbel (1)

Tegenwoordig denken mensen dat de Bijbel God is, en dat God de Bijbel is. En zo denken ze ook dat alle woorden van de Bijbel de enige woorden zijn die God heeft gesproken, en dat ze allemaal door God zijn geuit. Gelovigen in God denken zelfs dat, ook al zijn de zesenzestig boeken van het Oude en het Nieuwe Testament door mensen geschreven, ze allemaal door Gods inspiratie zijn gegeven en een verslag vormen van de uitspraken van de Heilige Geest. Dit is het onjuiste begrip van de kant van de mens, en het komt niet helemaal overeen met de feiten. Behalve de profetie boeken is het grootste deel van het Oude Testament in feite geschiedkundige verslaglegging. Sommige brieven uit het Nieuwe Testament komen voort uit ervaringen van mensen, en sommigen uit de verlichting door de Heilige Geest. De brieven van Paulus bijvoorbeeld, vloeiden voort uit het werk van een mens, ze waren allemaal het resultaat van de verlichting door de Heilige Geest, en ze waren voor de kerken geschreven, het waren aansporende en bemoedigende woorden voor de broeders en zusters van de kerken. Het waren geen woorden die door de Heilige Geest waren gesproken – Paulus kon niet namens de Heilige Geest spreken. Ook was hij geen profeet, laat staan dat hij de visioenen zag die Johannes aanschouwd had. Zijn brieven waren voor de kerken van Efeze, Philadelphië en Galatië en andere kerken. En zo waren de brieven van Paulus in het Nieuwe Testament brieven die Paulus schreef voor de kerken en geen inspiraties van de Heilige Geest, en evenmin zijn het de directe uitspraken van de Heilige Geest. Het zijn slechts aansporende, troostende, bemoedigende woorden die hij tijdens zijn werk voor de kerken schreef. En dus vormen ze ook een verslag van een groot deel van het werk van Paulus in die tijd. Ze waren geschreven voor allen die broeders en zusters in de Heer zijn, zodat de broeders en zusters van de kerken in die tijd zijn advies zouden opvolgen en vast zouden houden aan de weg van berouw van de Heer Jezus. Paulus zei helemaal niet dat, al waren het de kerken uit die tijd of in de toekomst, zij allemaal de dingen moesten eten en drinken die hij geschreven had, en evenmin zei hij dat zijn woorden allemaal van God afkomstig waren. Naar de omstandigheden van de kerk in die tijd communiceerde hij gewoon met de broeders en zusters, en spoorde hen aan en zette hen aan tot geloof; hij predikte gewoon of herinnerde hen en spoorde hen aan. Zijn woorden waren op zijn eigen last gebaseerd en hij steunde de mensen door deze woorden. Hij deed het werk van een apostel van de kerken uit die tijd, hij was een werker die gebruikt werd door de Heer Jezus en zo moest hij de verantwoordelijkheid nemen voor de kerken, en moest hij het werk van de kerken uitvoeren, moest hij leren over de situatie van de broeders en zusters. Hierom schreef hij brieven voor alle broeders en zusters in de Heer. Alles wat hij zei dat stichtelijk en positief was voor de mensen was waar, maar het vertegenwoordigde niet de uitspraken van de Heilige Geest, en het kon God niet vertegenwoordigen. Het is een kolossaal misverstand en een enorme godslastering wanneer mensen het verslag van een menselijke ervaring en de brieven van een mens als het gesproken woord van de Heilige Geest aan de kerken behandelen! Dat gaat vooral op voor de brieven die Paulus voor de kerken schreef. Zijn brieven waren geschreven voor de broeders en zusters op basis van de omstandigheden en situatie van iedere kerk in die tijd. Ze waren bedoeld om de broeders en zusters in de Heer aan te sporen zodat ze de genade van de Heer Jezus konden ontvangen. Zijn brieven waren bedoeld om de broeders en zusters in die tijd aan te sporen. Je kunt zeggen dat dit zijn eigen last was, en ook de last die de Heilige Geest hem had gegeven. Hij was uiteindelijk een apostel die de kerken in die tijd leidde, die brieven schreef voor de kerken en een dringende oproep aan hen deed. Dat was zijn verantwoordelijkheid. Zijn identiteit was slechts die van een werkende apostel en hij was niet meer dan een door God gezonden apostel. Hij was geen profeet of voorspeller. Voor hem was zijn eigen werk en het leven van de broeders en zusters uitermate belangrijk. En dus kon hij niet namens de Heilige Geest spreken. Zijn woorden waren niet de woorden van de Heilige Geest en nog minder kon je zeggen dat het de woorden van God waren. Paulus was immers niet meer dan een schepsel van God en zeker niet de incarnatie van God. Zijn identiteit was niet dezelfde als die van Jezus. De woorden van Jezus waren de woorden van de Heilige Geest, het waren de woorden van God, want Zijn identiteit was die van Christus, de Zoon van God. Hoe kon Paulus Zijn gelijke zijn? Als mensen de brieven of woorden zoals die van Paulus als uitspraken van de Heilige Geest beschouwen en deze aanbidden als God, dan kun je alleen maar zeggen dat ze geen onderscheid weten te maken. Om het harder te stellen: is dit geen godslastering? Hoe kan een mens namens God praten? En hoe kunnen mensen buigen voor de verslagen van zijn brieven en de woorden die hij heeft gesproken alsof zij een heilig boek zijn, of een hemels boek? Kunnen Gods woorden terloops door een mens worden geuit? Hoe kan een mens namens God praten? Dus, wat denk je? Zouden de brieven die hij voor de kerken schreef niet met zijn eigen ideeën besmet kunnen zijn? Hoe zouden ze niet met menselijke ideeën besmet kunnen zijn? Hij baseerde zijn brieven voor de kerken op zijn persoonlijke ervaringen en zijn eigen kennis. Zo schreef Paulus bijvoorbeeld een brief aan de Galatische kerken waarin een bepaalde mening stond, en Petrus schreef een andere brief met een andere kijk. Welke van de twee kwam van de Heilige Geest? Niemand kan dat met zekerheid zeggen. Dus kun je alleen maar zeggen dat beiden een last droegen voor de kerken, maar dat hun brieven hun gestalte vertegenwoordigen. Ze vertegenwoordigen hun zorg en steun voor de broeders en zusters en hun last voor de kerken. Ze vertegenwoordigen alleen maar menselijk werk, ze kwamen niet volledig van de Heilige Geest. Als je zegt dat zijn brieven de woorden van de Heilige Geest zijn, ben je absurd en pleeg je godslastering. De brieven van Paulus en de andere brieven in het Nieuwe Testament zijn gelijkwaardig aan de memoires van de meer recente spirituele figuren. Ze staan op één lijn met de boeken van Watchman Nee of de ervaringen van Lawrence, enzovoorts. De boeken van de meer recente spirituele figuren zijn alleen niet tot een Nieuw Testament samengesteld, maar het wezen van die mensen is hetzelfde: Het waren mensen die een bepaalde periode door de Heilige Geest zijn gebruikt en God niet rechtstreeks konden vertegenwoordigen.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over de Bijbel (3)

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

De inherente waarde van de Bijbel en hoe men de Bijbel benadert en gebruikt op een manier die overeenkomt met Gods wil

‘Geloof in God’ betekent geloven dat er een God is. Dit is het meest eenvoudige concept van het geloof in God. Geloven dat er een God is, is bovendien niet hetzelfde als oprecht in God geloven. Zoiets is eerder een simpele overtuiging waarmee religie sterk wordt geïmpliceerd. Oprecht geloof in God houdt in dat je het woord en werk van God ervaart op basis van een overtuiging dat God in alle dingen soeverein is. Daardoor word je bevrijd van je verdorven gezindheid, voldoe je aan de wens van God en leer je God kennen. Alleen door zo’n traject kan er worden gezegd dat je in God gelooft.

Geef een reactie

Neem contact op via Messenger