De essentie van het misbruik van macht voor persoonlijke wraak
Een tijd geleden moesten er districten binnen ons gebied in kaart gebracht worden en volgens onze principes voor de selectie van leiders was er één broeder die een vrij geschikte kandidaat was. Ik trof voorbereidingen om hem uit te kiezen als districtsleider. Op een dag toen ik met deze broeder in gesprek was, liet hij ontvallen dat ik overheersend was in mijn werk, te intens, en dat er weinig plezier te beleven viel aan een samenkomst met mij ... Ik voelde mij gekleineerd toen ik dit hoorde. Ik voelde mij vreselijk; ik ontwikkelde gelijk een bepaald oordeel over deze broeder en was niet meer van plan om hem uit te kiezen als districtsleider.
Toen ik teruggekeerd was naar mijn gastfamilie, kookte ik nog steeds van binnen en kon niet tot rust komen. Op dat moment dacht ik aan een passage uit een leerrede: “Hoezeer de behandeling door degenen die als leiders fungeren over hun broeders en zusters die zij onaangenaam vinden, die hen tegenwerken en die volledig andere standpunten innemen dan zij, een zeer ernstige kwestie is en met voorzichtigheid moet worden behandeld. Als zij niet de waarheid binnentreden, zullen zij dergelijke mensen vast en zeker discrimineren en bekritiseren wanneer ze met een dergelijk geval te maken krijgen. Deze wijze van handelen is precies een uitdrukking van de natuur van de grote rode draak die zich tegen God verzet en Hem verraadt. Als degenen die als leiders fungeren de waarheid nastreven, en over een geweten en verstand beschikken, zullen zij de waarheid zoeken en correct met deze kwestie omgaan. … Als mensen dienen wij rechtvaardig te zijn en billijk. Als leiders dienen wij zaken te behandelen volgens de woorden van God zodat wij getuigenis geven. Als wij dingen doen volgens onze eigen wil en de vrije teugel geven aan onze eigen verdorven gezindheid, dan zal dat op een vreselijke mislukking uitlopen” (Communicatie van boven). Ik kon er niet omheen om mijn twee volledig verschillende houdingen van vóór en ná mijn gesprek met die broeder te vergelijken. Ik was oorspronkelijk bereid om hem als districtsleider uit te kiezen, maar toen ik met hem sprak zei hij enkele dingen die mij gezicht deden verliezen en dus veranderde ik direct mijn mening over hem en was ik niet meer van plan om hem uit te kiezen. Was dit niet een geval waarin ik mijn macht aan het uitbuiten was om persoonlijk wraak te nemen? Wat is het verschil tussen deze situatie en het discrimineren en aanvallen van de grote rode draak van allen die afwijken? Is dit soort handelen niet verachtelijk? De kerk is niet te vergelijken met de maatschappij. De kerk heeft op elk niveau van leiderschap leiders nodig met menselijkheid, die van de waarheid houden en de waarheid kunnen aanvaarden. Zij heeft geen hielenlikkers nodig die niet beschikken over de werkelijkheid van de waarheid. Maar wat ik aan het doen was, was volledig in strijd met de wil van God. Bij het selecteren van een kandidaat had ik slechts mijn eigen belang op het oog en zodra de andere persoon mij niet steunde, toen hij iets onaangenaams tegen mij zei, discrimineerde ik hem en had ik een hekel aan hem. Was mijn handeling hierin niet juist een openbaring van de natuur van de grote rode draak die zich tegen God verzet en Hem verraadt? Werd hier niet juist de gezindheid van Satan openbaar: “met degenen die zich onderwerpen zal het goed gaan, degenen die zich verzetten zullen omkomen”? Was ik met dit gedrag niet juist een dienaar van Satan, een vijand van God die Zijn werk verstoorde? Is mijn hart dan niet slecht? De kerk stond op het punt iemand te selecteren voor een positie en die broeder was een geschikte kandidaat voor de functie van districtleider. Zijn oordeel over mij trof mij onaangenaam; ik had de waarheid inzake deze kwestie moeten uitzoeken en zijn mening moeten aanvaarden. Ik had mijzelf moeten onderzoeken en mijn tekortkomingen in mijn werk moeten herstellen. Maar niet alleen zocht ik de oorzaak niet in mijzelf, ik gaf de natuur van Satan in mij ruim baan om deze broeder uit te sluiten en wraak op hem te nemen. Ik ben zo arrogant, kom zo tekort aan menselijkheid! Deze gezindheid van mij is zo walgelijk voor God! Als ik ermee was doorgegaan om ruim baan te geven aan deze verdorven natuur, was ik uiteindelijk mijn ondergang tegemoet gegaan als een arrogante dienaar van het kwaad die blind was voor God. Ik was werkelijk in gevaar. Op dat moment kon ik niets anders dan huiveren bij mijn gedachten en handelingen, nu ik mijzelf zag vervuld van het gif van de grote rode draak, nu ik inzag dat het één en al vijandschap was tegen God. God haat dit werkelijk, en walgt ervan.
O God, dank U voor Uw snelle verlichting, dat U mijn discriminerend gedrag hebt verhinderd, dat U mij mijn gezicht van Satan die handelde als uw vijand beter deed inzien. Vanaf nu ben ik bereid om een verandering in mijn gezindheid na te streven, en wanneer ik mensen ontmoet of dingen die me onaangenaam zijn, zal ik leren om mijzelf aan de kant te schuiven, om het vlees te verzaken en in alle dingen de belangen van de kerk te beschermen, om mijn uiterste best te doen om mijn plichten te vervullen.
Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.