Rampen worden steeds erger en alle gelovigen kijken reikhalzend uit naar de komst van de Redder, hunkerend om in hun slaap opgetild te worden naar de hemel om de Heer te ontmoeten en aan de ellende van de toenemende rampen van tegenwoordig te ontkomen. Waarom wachten ze er zo vol vertrouwen op dat de Heer Jezus neerdaalt en hen opneemt om Hem te ontmoeten? Ze geloven dat, omdat hun zonden zijn vergeven door hun geloof in de Heer Jezus, de Heer hen niet langer beschouwt als behorend tot de zonde, ze alles hebben wat ze nodig hebben en dat ze rechtstreeks zullen worden opgenomen in het koninkrijk wanneer de Heer komt. Maar velen raken in verwarring: de grote rampen zijn gekomen, maar waarom is de Heer dan nog niet gekomen? Velen vragen zich af of de Heer wel werkelijk komt. Zo niet, betekent dat dan dat ze ten prooi kunnen vallen aan rampen en op ieder moment kunnen sterven? Genoeg voorgangers zeggen nu dat de Heer te midden of aan het einde van de rampen zal komen, omdat ze niet weten hoe ze het anders uit moeten leggen. Maar klopt dat wel? De religieuze wereld heeft de Heer niet welkom geheten, maar betekent dat dat de Heer niet is gekomen? We weten allemaal dat de Heer beloofde dat de Philadelphiakerk vóór de rampen zou worden opgenomen en dat Hij hen zou beschermen tegen het lijden onder de rampen. Zou de Heer werkelijk Zijn belofte breken? Absoluut niet. Het is waar dat de Heer niet op een wolk is gekomen om gelovigen op te nemen in de hemel, zoals mensen zich voorstelden, maar we weten allemaal dat Bliksem uit het Oosten aanhoudend getuigenis is blijven afleggen dat Hij al is teruggekeerd als Almachtige God, die vele waarheden uitdrukt en het oordeelswerk doet beginnend met het huis van God. Mensen van alle denominaties die de waarheid liefhebben, Gods stem hebben gehoord in de woorden van Almachtige God en zich tot Hem hebben gekeerd, zijn voor Gods troon gebracht, waar ze elke dag Gods woorden eten en drinken en het bruiloftsfeest van het Lam bijwonen. Ze hebben het oordeel en de reiniging van Almachtige God ervaren en hebben een klinkende getuigenis. Ze leven in de aanwezigheid van God en loven Hem vol vreugde. Dat is een verschil van dag en nacht met de eeuwige toestand van angst van de religieuze wereld voor de rampen. Veel gelovigen denken: Is de Almachtige God waarvan Bliksem uit het Oosten getuigt, de wedergekeerde Heer? Zet de Heer werkelijk een stap in het oordeelswerk in de laatste dagen? Maar velen hebben nog twijfels zoals: De Heer heeft mijn zonden al vergeven en Hij beschouwt me niet als zondaar. Hij zou me rechtstreeks in de hemel op moeten nemen wanneer Hij terugkeert. Waarom zou Hij mij niet rechtstreeks opnemen maar een stap zetten in het oordeelswerk in de laatste dagen doen? Laten we dit onderwerp vandaag wat nader onderzoeken. Betekent de vergeving van onze zonden dat we het koninkrijk binnen kunnen gaan?

Laten we eerst zien of er enige basis is in de Bijbel voor het idee dat wie vergiffenis heeft gekregen rechtstreeks het koninkrijk binnen kan gaan. Zijn er woorden van de Heer die dit ondersteunen? Wanneer heeft de Heer Jezus gezegd dat je rechtstreeks het hemelse koninkrijk kunt binnengaan als je zonden vergeven zijn? De Heilige Geest zei ook niet dat iemand daarom rechtstreeks zou worden toegelaten in het koninkrijk. Als er geen basis in de Bijbel of woorden van de Heer als bewijs zijn, waarom zijn mensen er dan zo vast van overtuigd dat ze zullen worden opgenomen wanneer de Heer komt? Het is niet logisch. De Heer heeft een duidelijke uitspraak gedaan over wie het hemelse koninkrijk binnen kan gaan: “Niet iedereen die tegen mij zei, Heer, Heer, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan; maar hij die de wil doet van mijn Vader, die in de hemelen is” (Matteüs 7:21). Hieruit kunnen we zeker afleiden dat vergeving alleen niet genoeg is om het koninkrijk binnen te gaan. Waarom is dat niet genoeg? Dat is met name omdat vergeving van zonden niet betekent dat je gezuiverd bent, dat je je onderwerpt aan God, of dat je Gods wil uitvoert. We hebben allemaal duidelijk gezien dat zelfs gelovigen voortdurend liegen, bedriegen, oneerlijk en achterbaks zijn als hun zonden vergeven zijn. Ze zijn arrogant en zodra ze een beetje bijbelkennis hebben, willen ze niet naar anderen luisteren. Ze strijden om macht en winst en leven in zonde, zonder zichzelf daaruit te kunnen bevrijden. Dit laat duidelijk zien, dat zelfs als ze vergiffenis gekregen hebben mensen nog steeds smerig en verdorven zijn en voortdurend zondigen. Niet alleen weigeren ze de waarheid te aanvaarden en zich eraan te onderwerpen, ook oordelen ze over God en verzetten ze zich tegen Hem. Ze zijn net als de farizeeën. Ze veroordelen de Heer, oordelen over Hem en lasteren Hem, en kruisigen Hem zelfs weer. Dit bewijst dat de zonden van de mensheid dan misschien wel zijn vergeven, maar dat we nog steeds smerig en verdorven zijn en onze verdorven essentie God weerstaat. Gods woorden zeggen: “Jullie moeten dus heilig zijn, want ik ben heilig” (Leviticus 11:45). “Want zonder heiliging zal niemand de Heer zien” (Hebreeën 12:14). Dus, wie in zonde leeft, is het koninkrijk niet waardig. Dit lijdt geen twijfel, en het wordt geheel bepaald door Gods rechtvaardige en heilige gezindheid. Welke gelovige durft te beweren dat hij vrij is van zonde, dat hij niet langer in zonde leeft en heiligheid heeft bereikt? Niet één. Zelfs die grote, beroemde spirituele mensen, die zoveel spirituele werken hebben geschreven, zouden niet durven zeggen dat ze de zonde hebben verworpen en heilig zijn geworden. In feite zijn alle gelovigen hetzelfde; ze leven in een staat van overdag zondigen en ’s nachtsbelijden, bitter worstelend in zonde. Ze ondergaan allemaal de vreselijke last van de ketenen van de zonde. Wat laat dit feit te zien? Het laat zien dat degenen van wie de zonden zijn vergeven, niet zijn ontsnapt aan de zonde en heilig zijn geworden, dus kunnen we met zekerheid zeggen dat ze het hemelse koninkrijk niet waardig zijn. Zoals de Heer Jezus zei: “Waarachtig, ik verzeker u: iedereen die zondigt is een slaaf van de zonde. Nu blijft een slaaf niet voor eeuwig in huis, maar de Zoon blijft wel voor eeuwig” (Johannes 8:34-35). We kunnen zien dat er geen basis is in de Bijbel voor het binnengaan in het koninkrijk omdat je zonden zijn vergeven, maar dat dit slechts een menselijke opvatting is.

De eerste vraag die veel mensen zich op dit punt stellen, is: Als we daardoor het hemelse koninkrijk niet binnen kunnen gaan, waardoor dan wel? Wat is het pad naar het koninkrijk? De Heer Jezus zei: “Maar hij die de wil doet van mijn Vader, die in de hemelen is.” Dit is zonder twijfel wat er vereist wordt. Dus hoe kunnen we het voor elkaar krijgen om de wil van God te doen en het koninkrijk binnen te gaan? De Heer Jezus heeft ons dat pad eigenlijk al lang geleden gewezen. Laten we eens kijken naar de profetieën van de Heer Jezus om dit beter te begrijpen. De Heer Jezus zei: “Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid” (Johannes 16:12-13). “Heilig hen dan door de waarheid. Uw woord is de waarheid” (Johannes 17:17). “Als iemand mijn woorden hoort en ze niet gelooft, zal ik niet over hem oordelen: want ik kwam niet naar de aarde om te oordelen, maar om de wereld te redden. Hij die mij verwerpt en mijn woorden niet ontvangt, wordt geoordeeld: het woord dat ik heb gesproken zal hetzelfde zijn dat hem op de laatste dag zal oordelen” (Johannes 12:47-48). “De Vader zelf velt over niemand een oordeel, maar hij heeft het oordeel geheel aan de Zoon toevertrouwd” (Johannes 5:22). De Heer Jezus heeft vaak voorspeld dat Hij terug zou komen en deze verzen zijn Zijn profetieën over het werk dat Hij zal doen wanneer Hij terugkeert: het uitdrukken van veel waarheden om het oordeelswerk te doen, mensen alle waarheden binnenleiden, de mensheid volledig redden van zonde en de macht van Satan, en ons uiteindelijk opnemen in Zijn koninkrijk, zodat wij een prachtige bestemming hebben. Daarom moeten we absoluut het oordeelswerk van de Heer aanvaarden wanneer Hij terugkeert. Pas als wij de waarheid verwerven, kunnen we volledig gezuiverd worden van verdorvenheid en kan onze zondige natuur worden opgelost. Dat is de enige manier om zonde af te werpen en heilig te worden, en het binnengaan van Gods koninkrijk waard te zijn. Onze verdorven gezindheden moeten worden gereinigd om onze zondige natuur volledig op te lossen. We moeten onze verdorven gezindheden afwerpen om te worden bevrijd uit de macht van Satan, en ons aan God onderwerpen en Zijn wil doen. Anders hebben we geen recht op het koninkrijk. We kunnen er dus zeker van zijn dat alleen zij die gereinigd zijn door Gods oordeel en tuchtiging in de laatste dagen, degenen kunnen worden die Gods wil doen. Dit bewijst dat het aanvaarden van Gods oordeel en reiniging in de laatste dagen de enige weg is om het koninkrijk binnen te gaan. Laat we hierover een paar passages uit Gods woorden lezen. “Kan een zondaar zoals jullie, die net is verlost en niet is veranderd of vervolmaakt door God, naar Gods hart zijn? Voor jou geldt dat jij, die nog steeds je oude zelf bent, inderdaad gered bent door Jezus en dat je niet beschouwd wordt als een zondaar vanwege de redding door God, maar dat bewijst niet dat je niet zondig bent en niet onzuiver bent. Hoe kun je heilig zijn als je niet veranderd bent? Van binnen ben je overladen met onzuiverheid, zelfzuchtig en verachtelijk, maar toch wil je nederdalen met Jezus – dan zou je wel boffen! Je hebt een stap overgeslagen in je geloof in God: je bent alleen nog maar verlost, maar je bent nog niet veranderd. Om naar Gods hart te zijn, moet God persoonlijk het werk verrichten, dat inhoudt dat Hij je verandert en zuivert. Anders zul jij, die alleen verlost is, geen heiligheid kunnen verkrijgen. Op die manier ben je niet gekwalificeerd om te delen in de goede zegeningen van God omdat je een stap mist in Gods werk van het managen van de mens, en wel de cruciale stap van verandering en vervolmaken. Daarom ben jij, een zondaar die net is verlost, niet in staat om rechtstreeks de erfenis van God te erven” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over titels en identiteit). “Jezus deed veel werk onder de mens, maar voltooide alleen de verlossing van alle mensen en werd het zondoffer van de mens. Hij ontdeed de mens niet van heel zijn verdorven gezindheid. Om de mens volledig van de invloed van Satan te redden, was het niet alleen vereist dat Jezus de zonden van de mensheid als zondoffer op Zich nam, maar ook dat God nog belangrijker werk uitvoerde om de mens volledig te ontdoen van zijn gezindheid die door Satan was verdorven. Daarom keerde God nadat de zonden van de mensen waren vergeven terug in het vlees om de mens naar een nieuw tijdperk te leiden. Hij begon het werk van tuchtiging en oordeel, waardoor de mens in een hogere sfeer terechtkwam. Iedereen die zich aan Zijn heerschappij onderwerpt, zal een hogere waarheid genieten en een rijkere zegen ontvangen. Ze zullen echt in het licht leven en de waarheid, de weg en het leven verkrijgen” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Voorwoord). De woorden van Almachtige God zijn volkomen duidelijk. De Heer Jezus deed het werk van de verlossing in het Tijdperk van Genade. Dit was alleen om de zonde van de mens te vergeven en daarmee was slechts de helft van het reddingswerk gedaan. Alleen het oordeelswerk van Almachtige God in de laatste dagen kan de mensheid volledig reinigen en redden. Mensen moeten de waarheden die zijn uitgedrukt door Almachtige God en Zijn oordeel en tuchtiging aanvaarden, dan kan hun verdorvenheid worden gereinigd en getransformeerd en kunnen ze mensen worden die God gehoorzamen en Zijn wil doen en Zijn koninkrijk waard zijn. Ze krijgen zo te zeggen een paspoort om het hemelse koninkrijk binnen te gaan. We kunnen zeggen dat het oordeelswerk van Almachtige God de meest essentiële, belangrijkste stap van Gods werk is om de mensheid te redden en dat het de stap is die zal bepalen of iemand het koninkrijkbinnengaat. Het missen van de belangrijkste stap, het mislopen van het oordeel van Almachtige God en gereinigd worden, betekent een totale mislukking in je geloof. Het maakt niet uit hoe lang je al gelooft, hoe hard je hebt gewerkt of hoeveel je hebt opgegeven, als je Almachtige God afwijst, was het allemaal voor niets.Hhet is halverwege opgeven. Je zult het koninkrijk niet binnengaan. Daar heb je je leven lang spijt van!

Dus hoe werkt God om over de mensheid te oordelen, de mensheid te reinigen en te redden, om ons Zijn koninkrijk binnen te brengen? Laten we de woorden van Almachtige God lezen: “Christus van de laatste dagen gebruikt een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, om het wezen van de mens te ontmaskeren, en om de woorden en daden van de mens te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Al deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid van datgene waarvan de mens in het geheel verstookt is. Alleen dit soort methoden kan als oordeel worden beschouwd; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig ten aanzien van God overtuigd worden, en daarenboven ware kennis van God vergaren” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid). Iedereen die Gods oordeel en tuchtiging heeft ervaren, begrijpt ten volle dat als Gods woorden onze verdorvenheid en essentie niet onthullen, wij nooit zullen inzien hoe diep verdorven we zijn, hoe ernstig onze verdorvenheid is. Als we niet door God werden beoordeeld, getuchtigd, gesnoeid en gedisciplineerd, zouden we onze verdorven gezindheden nooit afwerpen en zelfs moeite hebben om onszelf werkelijk te kennen. Geen wonder dat zoveel gelovigen niet kunnen voorkomen dat ze constant zondigen en belijden, belijden en weer zondigen zonder dat ze inzien dat de wortel van hun zonde volledig ligt in het feit dat ze zo diep verdorven zijn door Satan. Ze geloven nog steeds ten onrechte dat ze rechtstreeks de hemel kunnen binnengaan omdat zijn vergeven. Dit is werkelijk blind en dwaas en totaal zonder zelfkennis. Werkelijk berouw komt alleen door het oordeel en de tuchtiging van Almachtige God, en God vrezen, het kwaad mijnen komt alleen door Gods rechtvaardige gezindheid te kennen. Alleen dan kunnen we God aanbidden, ons aan Hem onderwerpen en mensen worden die Zijn wil doen. Je kunt dit pas werkelijk beseffen wanneer je Gods oordeel in de laatste dagen hebt ervaren en bent gereinigd.

Ik denk dat het ons nu duidelijk is dat de route naar het koninkrijk heel concreet en praktisch is, en niet bestaat uit vergeven worden en afwachten tot de Heer ons opneemt en dan rechtstreeks naar de hemel worden gebracht. Dat is niet realistisch – dan is de wens de vader vande gedachte. Als wij het koninkrijk van de hemel willen binnengaan, is het aanvaarden van het oordeel en de tuchtiging van Almachtige God het belangrijkste, zodat we gezuiverd kunnen worden van onze verdorvenheid en Gods wil kunnen doen Dan zullen we waardig zijn om Gods beloften en zegeningen te ontvangen en te worden opgenomen in Zijn koninkrijk. Als we weigeren het oordeelswerk van Almachtige God te aanvaarden, zullen we de waarheid en het leven nooit verwerven en nooit gezuiverd worden van onze verdorvenheid. Alleen maar verlangen dat de Heer ons zo zal opnemen in de hemel is tot mislukken gedoemd; zulke mensen zijn de dwaze maagden die huilend en tandenknarsend in de rampen terechtkomen. We kunnen zeggen dat het aanvaarden van het werk van Almachtige God van de laatste dagen, opgeheven worden tot voor Zijn troon inhoudt. We moeten nog steeds de waarheden die Hij uitdrukt en Zijn oordeel en tuchtiging aanvaarden, verdorvenheid afwerpen en worden gereinigd, zodat we uiteindelijk beschermd en bewaard kunnen worden door God door de rampen heen en de prachtige bestemming binnengaan die Hij heeft bereid. Alleen zeggen dat je Almachtige God aanvaardt, zonder de waarheid te accepteren en je onderwerpen aan Zijn oordeel en tuchtiging, is geen waar geloof, en het maakt je niet iemand die de waarheid werkelijk liefheeft. Zulke mensen zullen worden ontmaskerd en geëlimineerd. Laten we het afronden met nog een tekst van Almachtige God. “Degenen die het leven willen verkrijgen zonder te vertrouwen op de waarheid gesproken door Christus zijn de meest belachelijke mensen op aarde en zij die de weg van het leven die door Christus is gebracht niet accepteren, zijn verloren in fantasie. En dus zeg ik dat de mensen die Christus van de laatste dagen niet accepteren, voor eeuwig veracht worden door God. Christus is gedurende de laatste dagen voor de mens de poort tot het koninkrijk, die niemand mag omzeilen. Niemand zal door God worden vervolmaakt dan alleen door Christus. Je gelooft in God en dus moet je Zijn woorden accepteren en Zijn weg gehoorzamen. Je moet niet alleen denken aan het verkrijgen van zegeningen zonder de waarheid te ontvangen, of zonder de voorziening van het leven te aanvaarden. Christus komt tijdens de laatste dagen zodat iedereen die echt in Hem gelooft, van leven kan worden voorzien. Zijn werk is bedoeld om het oude tijdperk te beëindigen en het nieuwe binnen te gaan en is het pad dat moet worden gevolgd door iedereen die het nieuwe tijdperk zou binnengaan. Als je niet in staat bent Hem te erkennen en in plaats daarvan Hem veroordeelt, lastert of zelfs vervolgt, dan ben je bestemd om te branden in eeuwigheid en zul je nooit het koninkrijk van God binnengaan. Want deze Christus is Zelf de uitdrukking van de Heilige Geest, de uitdrukking van God, Degene die God Zijn werk op aarde heeft toevertrouwd. En dus zeg ik dat als je niet alles kunt accepteren wat gedaan is door Christus van de laatste dagen, je de Heilige Geest lastert. De vergelding die moet worden geleden door hen die de Heilige Geest lasteren, is voor iedereen vanzelfsprekend” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Alleen Christus van de laatste dagen kan de weg van het eeuwige leven aan de mens geven).