Jullie geven getuigenis van het feit dat de Heer Jezus is teruggekeerd en is geïncarneerd om Zijn werk te doen. Dat begrijp ik echt niet. We weten allemaal dat de Heer Jezus de incarnatie van God was. Nadat Hij Zijn werk had voltooid, werd Hij gekruisigd. Vervolgens is Hij herrezen, verscheen Hij voor al Zijn discipelen en voer Hij ten hemel in Zijn glorieuze spirituele lichaam. Zoals in de Bijbel staat: “Galileeërs, wat staan jullie naar de hemel te kijken? Jezus, die uit jullie midden in de hemel is opgenomen, zal op dezelfde wijze terugkomen als jullie hem naar de hemel hebben zien gaan” (Handelingen 1:11). Dus de Bijbel bevestigt dat als de Heer terugkeert het Zijn herrezen spirituele lichaam zal zijn dat aan ons verschijnt. Waarom is God in de laatste dagen geïncarneerd in de vleselijke gedaante van de Mensenzoon om het werk van het oordeel te doen? Wat is het verschil tussen het herrezen spirituele lichaam van de Heer Jezus en Zijn incarnatie als de Mensenzoon?
Antwoord: De meeste gelovigen denken dat de teruggekeerde Heer aan hen zal verschijnen in Zijn spirituele lichaam, dat wil zeggen het spirituele lichaam van de Heer Jezus waarin Hij gedurende veertig dagen aan de mens verscheen na Zijn opstanding. Dat is ons gelovigen allemaal duidelijk. Oppervlakkig gezien, verschijnt het spirituele lichaam van de Heer Jezus nadat Hij is herrezen in dezelfde gedaante als Zijn geïncarneerde vlees, maar Zijn spirituele lichaam wordt niet beperkt door de stoffelijke wereld, ruimte en plaats. Het kan naar goeddunken verschijnen en verdwijnen, zodat de mens geschokt en verbaasd achterblijft. Verhalen hiervan staan in de Bijbel. Voor de Heer Jezus werd gekruisigd, had Hij gesproken en gewerkt in normale menselijkheid van het vlees. Of Hij nu de waarheid uitdrukte, omging met mensen of wonderen verrichtte, de mensen voelden dat Hij in alle opzichten normaal was. Wat de mensen zagen, was dat dit vlees echt en waarachtig het werk deed en echt en waarachtig kwellingen onderging en de prijs betaalde. Uiteindelijk was het dit vlees dat aan het kruis werd genageld als het zondoffer voor de mens, waarbij Gods werk van de verlossing werd voltooid. Dat is een algemeen aanvaard feit. Denk eens na. Als het het spirituele lichaam van de Heer Jezus was dat het werk deed, had Hij dan met mensen kunnen omgaan en normale gesprekken kunnen hebben? Kon Hij dan echt en waarachtig kwellingen ondergaan en de prijs betalen? Kon Hij dan aan het kruis worden genageld? Hij had geen van die dingen kunnen doen. Als Zijn spirituele lichaam het werk had gedaan, konden wij mensen dan makkelijk met hem omgaan? Zouden wij onze verdorven gezindheid verraden? Zouden wij ons opvattingen over Hem vormen? Zouden wij naar goeddunken tegen God durven rebelleren en over Hem durven oordelen? Dat zou onmogelijk zijn. Alle mensen zijn doordrongen van normale menselijkheid. Ze zijn allemaal onderhevig aan de beperkingen van de stoffelijke wereld, ruimte en plaats. Ook het denkproces van de mens is normaal. Als de mensen in contact zouden komen met het werk van het spirituele lichaam, zouden ze bang worden en in paniek raken. Hun gedachten zouden verward en maniakaal worden. In zo’n situatie zou God het moeilijk vinden om succes te hebben in Zijn reddingswerk van de mensheid. Dus het effect van het werk binnen de beperkingen van de normale menselijkheid overtreft het effect binnen het spirituele lichaam. Door de eeuwen heen heeft Gods uitverkoren volk nooit het werk van Gods spirituele lichaam ervaren. Het zou zeker niet geschikt zijn voor het spirituele lichaam om direct de waarheid uit te drukken, met mensen om te gaan en de kerken te leiden. Het werk van het oordeel dat de tweede komst van God verricht in de laatste dagen, gebruikt de uitdrukking van het woord om de mens te zuiveren, te redden en te vervolmaken. Het doel ervan is ook om mensen te ontmaskeren en te elimineren, mensen te analyseren, ieder naar zijn soort, en dan de goeden te belonen en de slechten te straffen. Als God aan de mens zou verschijnen in de gedaante van Zijn spirituele lichaam, zouden alle mensen, goed of slecht, voor Hem neervallen. Hoe zou Hij dan de goeden van de slechten kunnen scheiden? En als God zou verschijnen in Zijn spirituele lichaam, zou de mens ook in paniek raken en er zou overal ter wereld chaos uitbreken. Hoe zou God dan normaal Zijn werk van het oordeel in de laatste dagen verrichten? En hoe zou God ook Zijn plan kunnen uitvoeren om voor de rampen een groep mensen te vormen die voldoen aan Gods wil? Dus in de laatste dagen moet God toch nog het vlees aannemen als de Mensenzoon met normale menselijkheid. Alleen zo kan Hij werken en leven in de menselijke wereld en alleen zo kan Hij de waarheid uitdrukken en op een praktische manier over de mens oordelen en hem zuiveren zodat de mens kan worden ontworsteld aan de invloed van Satan en worden gered door God en Gods volk worden. De geïncarneerde Heer Jezus werkte binnen de normale menselijkheid om de verlossing van de mensheid te bereiken. Het herrezen spirituele lichaam van de Heer Jezus verscheen alleen aan de mens om te bewijzen dat de Heer Jezus de incarnatie van God was. Dit gebeurde om het geloof van de mens te versterken. Dus Gods spirituele lichaam kwam alleen om aan de mens te verschijnen, niet om het werk te doen. Gods geïncarneerde vlees moet normale menselijkheid bezitten om het werk onder de mensen te kunnen doen en de verlossing en redding van de mensheid te bereiken. Dus als God de mensheid grondig wil redden in Zijn werk van het oordeel in de laatste dagen moet Hij geïncarneerd zijn en Zijn werk doen in normale menselijkheid om het beste effect te bereiken. Hij zal zeker niet aan de mens verschijnen als het spirituele lichaam van de Heer Jezus om het werk van het oordeel in de laatste dagen te doen. Dit is iets wat ons gelovigen allemaal duidelijk moet zijn.
Laten we om de betekenis van de incarnatie nog beter te begrijpen, uit het woord van Almachtige God lezen. Almachtige God zegt: “De reden waarom Hij vlees is geworden, is omdat het vlees ook gezag kan hebben, en Hij is in staat om op een praktische manier werk te verrichten onder de mensheid, op zodanige wijze dat het zichtbaar en tastbaar is voor de mens. Dit werk is veel realistischer dan het werk dat rechtstreeks door de Geest van God, die alle gezag bezit, wordt gedaan, en de resultaten ervan zijn ook duidelijk. Dit is omdat Gods geïncarneerde vlees op een praktische manier kan spreken en werken. De uiterlijke vorm van Zijn vlees heeft geen gezag en kan door de mens worden benaderd. Zijn wezen draagt echter wel degelijk gezag, hoewel dit voor niemand zichtbaar is. Wanneer Hij spreekt en werkt, kan de mens het bestaan van Zijn gezag niet opmerken en dit maakt het voor Hem mogelijk om praktisch werk te verrichten. […] Indien God geen vlees was geworden, zou Hij de Geest blijven die zowel onzichtbaar als ontastbaar is voor de mens. De mens, als schepsel van vlees, en God behoren twee verschillende werelden toe en zijn begiftigd met een verschillende natuur. De Geest van God is onverenigbaar met de mens, die van vlees is, en er is gewoon geen manier om een relatie tussen hen te leggen, om nog maar te zwijgen over de mogelijkheid voor een mens om in een geest te veranderen. Aangezien dit nu eenmaal zo is, moet de Geest van God een schepsel worden om Zijn oorspronkelijke werk te kunnen verrichten. God kan zowel opstijgen naar de hoogste plaats als Zichzelf vernederen om mens te worden en werk onder de mensen te verrichten en in hun midden te wonen. Maar de mens kan niet opstijgen naar de hoogste plaats en geest worden en nog minder kan hij afdalen naar de laagste plaats. Dit is waarom God vlees moet worden om Zijn werk uit te voeren” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het mysterie van de vleeswording (4)).
“De vleesgeworden God is normaal en praktisch. Sommige kanten van Hem zijn anders dan mensen zich voorstellen; ze stellen zich voor dat deze kanten onzichtbaar zijn, ontastbaar en geheimzinnig, en dat Hij iets kan kennen zonder te worden ingeperkt door ruimte of geografie. Als dit het geval is, dan gaat het niet om het vlees maar om het geestelijk lichaam. Nadat Jezus aan het kruis was genageld en vervolgens was opgestaan, kon Hij de deur door gaan, maar dat betrof de opgestane Jezus. Jezus van vóór de opstanding had niet door een muur kunnen gaan. Hij werd ingeperkt door ruimte, geografie en tijd. Dat is de normale hoedanigheid van het vlees” (‘Hoe de relatie tussen Gods vlees en Geest te begrijpen’ in ‘Verslagen van de gesprekken van Christus’).
“Omdat het de mens is waarover geoordeeld wordt, de mens die van het vlees is en verdorven, en omdat niet rechtstreeks over de geest van Satan geoordeeld wordt, wordt het oordeelswerk niet in de spirituele wereld uitgevoerd maar onder de mensen. Niemand is geschikter en meer bevoegd dan God in het vlees voor het werk om over de verdorvenheid van het vlees van de mens te oordelen. Als het oordeel rechtstreeks door de Geest van God zou worden uitgevoerd, zou dit niet allesomvattend zijn. Bovendien zou dat werk moeilijk te accepteren zijn voor de mens omdat de Geest niet persoonlijk voor de mens kan verschijnen. Hierdoor zou het effect niet direct zijn, en de mens zou al helemaal niet in staat zijn de niet te beledigen gezindheid van God duidelijk te aanschouwen. Satan kan slechts geheel verslagen worden als God in het vlees de verdorvenheid van de mensheid oordeelt. […] Als dit werk door de Geest van God zou worden gedaan, zou het geen overwinning op Satan zijn. De Geest is van nature meer verheven dan stervelingen, en de Geest van God is van nature heilig en triomfeert over het vlees. Als de Geest dit werk rechtstreeks zou doen, zou Hij niet kunnen oordelen over de ongehoorzaamheid van de mens en zou Hij niet alle onrechtvaardigheid van de mens aan de kaak kunnen stellen. Het oordeelswerk wordt immers ook door middel van de opvattingen van de mens over God uitgevoerd, en de mens heeft nooit opvattingen over de Geest gehad. Daarom kan de Geest de onrechtvaardigheid van de mens niet beter aan de kaak stellen, laat staan dat Deze die volledig kan onthullen. De vleesgeworden God is de vijand van allen die Hem niet kennen. Door over de opvattingen over en het verzet tegen God van de mens te oordelen, laat Hij de hele ongehoorzaamheid van de mensheid zien. Het effect van Zijn werk in het vlees is duidelijker dan het effect van het werk van de Geest. En zo wordt het oordelen over de hele mensheid niet rechtstreeks door de Geest uitgevoerd, maar is het het werk van de vleesgeworden God” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De verdorven mensheid heeft meer behoefte aan redding door de vleesgeworden God).
“Alleen door de vleeswording kan Hij Zijn woorden persoonlijk in het oor van ieder mens uitspreken, zodat iedereen die oren heeft, Zijn woorden kan horen en Zijn werk van oordeel van het woord kan ontvangen. Alleen is dit eerder het resultaat dat door Zijn woord wordt verkregen, dan de uiting van de Geest om de mens bang te maken zodat hij zich onderwerpt. Het is alleen door middel van dit praktische en toch buitengewone werk dat de oude gezindheid van de mens, vele jaren diep verholen, volledig kan worden blootgegeven, zodat de mens deze kan herkennen en laten veranderen. Deze dingen zijn allemaal het praktische werk van vleesgeworden God, waardoor Hij, met het op een praktische manier uitspreken en vellen van een oordeel, de resultaten boekt door het woord van het oordeel over de mens. Dit is het gezag van vleesgeworden God en de waarde van Gods incarnatie” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Het mysterie van de vleeswording (4)).
Het woord van Almachtige God verklaart duidelijk het verschil tussen Gods werk in het spirituele lichaam en het werk van de geïncarneerde God. Het onthult ook helemaal de betekenis van Gods werk in Zijn incarnatie. Hoewel het spirituele lichaam van de Heer Jezus aan de mens kan verschijnen om van aangezicht tot aangezicht met hen te komen, lijkt het spirituele lichaam nog onbegrijpelijk mysterieus en onbenaderbaar voor de mens. Het wekt angst en onzekerheid in hun hart en zorgt dat ze op eerbiedige afstand blijven. Omdat het spirituele lichaam van de Heer Jezus niet normaal kan omgaan met de mens en niet onder de mensen werk kan verrichten en normaal kan spreken, is Hij niet in staat om de mensheid te redden. De geïncarneerde God is echter anders. Hij kan op een praktische en waarachtige manier met de mens omgaan. Hij kan de mens bewateren en voorzien, zoals de Heer Jezus toen Hij onder de mensen leefde de waarheid kon uitdrukken om de mens altijd en overal te voorzien. Zijn discipelen zaten vaak bij Hem, luisterden naar Zijn lessen en hadden openhartige gesprekken met Hem. Ze ontvingen direct Zijn bewatering en leiding. Voor welke problemen of moeilijkheden ze ook stonden, de Heer Jezus hielp om ze op te lossen. Ze werden begiftigd met een enorme hoeveelheid levensvoorziening. Ze ontdekten dat God vriendelijk en beminnelijk was. Daarom konden ze God oprecht liefhebben en gehoorzamen. Alleen als de incarnatie van God in het rijk van de mens komt, zijn we in de gelegenheid om met God om te gaan en Hem te ervaren en kennen. Alleen dan kunnen we Gods wonderbaarlijkheid en wijsheid en praktische redding van de mensheid met eigen ogen zien. Dit is één aspect van de betekenis en praktische waarde van het werk van de geïncarneerde God. Het spirituele lichaam kan dit effect gewoonweg niet bereiken.
Dit gesprek heeft ons één feit heel duidelijk gemaakt. Alleen door geïncarneerd te worden als de Mensenzoon en binnen de normale menselijkheid te werken, kan God op praktische wijze over de mens oordelen en hem overwinnen en zuiveren. Het spirituele lichaam van de Heer Jezus kon bij lange na niet hetzelfde effect bereiken in Zijn werk. Eerst, als God wordt geïncarneerd als de Mensenzoon om het werk van het oordeel en de zuivering onder de mensen te doen, zullen wij mensen God behandelen als een gewoon mens, want we moeten Gods incarnatie nog onderscheiden voor wie Hij echt is. We zullen zelfs opvattingen vormen over Gods woord en werk. We zullen Christus behandelen zonder respect en weigeren Hem te gehoorzamen. We zullen onwaarheden spreken om Hem te misleiden, we zullen over Hem oordelen en Hem zelfs tegenwerken en veroordelen. De arrogantie, de opstandigheid en het verzet van ons mensen zullen geheel duidelijk worden voor Christus. Zoals Almachtige God zegt: “De verdorven gezindheid van de mens en zijn opstandigheid en weerstand komen aan het licht als hij Christus ziet – en de opstandigheid en weerstand die op dat moment aan het licht komen, komen volkomen en volledig aan het licht, meer dan op enig ander moment. Omdat Christus de Mensenzoon is – een Mensenzoon die normale menselijkheid heeft – eert of respecteert de mens Hem niet. Omdat God in het vlees leeft, komt de opstandigheid van de mens zo duidelijk en in levendig detail aan het licht. Dus ik zeg dat de komst van Christus alle opstandigheid van de mensheid tevoorschijn heeft doen komen en de natuur van de mensheid duidelijk in de schijnwerpers heeft gezet. Dit wordt ook genoemd: ‘een tijger van de berg lokken’, en ‘een wolf uit zijn grot lokken’” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Degenen die onverenigbaar zijn met Christus zijn beslist tegenstanders van God). God oordeelt, onthult, snoeit en behandelt de mensheid overeenkomstig de feitelijke werkelijkheid van hun opstandigheid en verzet. Gods werk is echt praktisch en openbaart de mensen echt zoals ze zijn. Bij zulke feitelijke bewijzen zullen mensen die de waarheid kunnen aanvaarden, geheel worden overtuigd en hun eigen opstandigheid en verzet toegeven. Ze zullen zich ook bewust worden van de heilige, rechtvaardige en onbeledigbare gezindheid van God en ze zullen Gods oordeel en tuchtiging onderdanig kunnen aanvaarden, zodat ze kunnen worden overwonnen en gered door Gods praktische werk. Zoals Almachtige God zegt: “De vleesgeworden God is de vijand van allen die Hem niet kennen. Door over de opvattingen over en het verzet tegen God van de mens te oordelen, laat Hij de hele ongehoorzaamheid van de mensheid zien. Het effect van Zijn werk in het vlees is duidelijker dan het effect van het werk van de Geest. En zo wordt het oordelen over de hele mensheid niet rechtstreeks door de Geest uitgevoerd, maar is het het werk van de vleesgeworden God. God in het vlees kan gezien en aangeraakt worden door de mens, en God in het vlees kan de mens geheel overwinnen. In zijn relatie met God in het vlees ontwikkelt de mens zich van verzet naar gehoorzaamheid, van vervolging naar aanvaarding, van opvatting naar kennis, van afwijzing naar liefde. Dat is het effect van het werk van de vleesgeworden God. De mens wordt alleen door acceptatie van Zijn oordeel gered, hij leert Hem slechts geleidelijk aan kennen door de woorden uit Zijn mond, wordt tijdens zijn verzet tegen Hem door Hem overwonnen en ontvangt de levensbron van Hem tijdens de aanvaarding van Zijn tuchtiging. Dit hele werk is het werk van God in het vlees en niet het werk van God in Zijn identiteit van de Geest” (Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, De verdorven mensheid heeft meer behoefte aan redding door de vleesgeworden God). Dus de mens zal enkel geheel worden gezuiverd en gered als het de incarnatie van God is die het werk van het oordeel in de laatste dagen doet.
uit het filmscenario van ‘Het mysterie van de goddelijkheid: het vervolg ’
Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.