We werken hard om geld te verdienen zodat onze kinderen verder kunnen studeren, en hopen dat ze een goede toekomst zouden hebben. Maar mijn kind doet het niet goed met studie, hoeveel moeite ik ook doe om hem aan te leren, krijgt hij het steeds niet voor elkaar. Hierdoor raak ik gefrustreerd, hoe moet ik omgaan met opvoeding?
Relevante woorden van God:
God is de enige Meester van het lot van de mens en dus is het onmogelijk voor iemand om zijn eigen lot voor te schrijven, onmogelijk om het te overstijgen. Hoe groots iemands capaciteiten ook zijn, het lot van anderen kan men niet beïnvloeden, laat staan orkestreren, regelen, besturen, of veranderen. Alleen de unieke God Zelf schrijft alle dingen voor de mens voor, want alleen Hij bezit het unieke gezag dat soevereiniteit heeft over het lot van de mens; en op die manier is alleen de Schepper de unieke Meester van de mens. Gods gezag maakt dat Hij niet alleen soeverein is over de geschapen mensheid, maar ook over de niet geschapen wezens die mensen niet kunnen zien, over de sterren, de kosmos. Dit is een onbetwistbaar feit, een feit dat waarlijk bestaat en dat geen mens of ding kan veranderen.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke III
Naast geboorte en opvoeding zijn de verantwoordelijkheden van de ouders in een kinderleven simpelweg om hem of haar van een formele omgeving om op te groeien te voorzien, want niets buiten de voorbestemming van de Schepper drukt een stempel op iemands lot. Wat voor soort toekomst iemand zal hebben heeft niemand onder controle; het is lang van tevoren voorbestemd. Zelfs iemands ouders kunnen iemands lot niet veranderen. Wat het lot betreft, iedereen is onafhankelijk, en iedereen heeft zijn of haar eigen lot. Dus iemands ouders kunnen nooit iemands lot afwenden, of zelfs maar de kleinste invloed uitoefenen op de rol die iemand in het leven heeft. Men zou kunnen zeggen dat de familie waarin iemand voorbestemd is geboren te worden en de omgeving waarin iemand opgroeit niets meer dan randvoorwaarden zijn voor iemand om zijn levensmissie te vervullen. Ze bepalen op geen enkele manier iemands levenslot of het soort voorbestemming waarin iemand zijn of haar missie vervult. Dus zullen ouders hun kind nooit kunnen helpen met het vervullen van die levensmissie. Familieleden kunnen iemand niet helpen zijn levensrol op zich te nemen. Hoe iemand zijn missie vervult en in welke leefomgeving iemand invulling geeft aan zijn levensrol zijn geheel bepaald door iemands levenslot. Met andere woorden, geen andere objectieve voorwaarden kunnen de door de Schepper voorbestemde missie van een persoon beïnvloeden. Alle mensen worden volwassen in hun eigen specifieke omgeving waarin ze opgroeien, om dan langzamerhand, stap voor stap, hun eigen levensweg te gaan, de door de Schepper voorbereide bestemmingen te vervullen en, onvrijwillig natuurlijk, op te gaan in de enorme zee van menselijkheid en daarin hun eigen positie in het leven aan te nemen. Daar zullen zij hun verantwoordelijkheden als geschapen wezens vervullen, omwille van de voorbestemming van de Schepper, omwille van Zijn soevereiniteit.
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke III
Geboorte, opgroeien, trouwen, allemaal leveren ze hun eigen vorm van teleurstelling op, in verschillende gradaties. Sommige mensen zijn ontevreden met hun gezinnen of hun fysieke uiterlijkheden; sommigen vinden hun ouders niet aardig; sommigen zijn verbitterd, of hebben af te rekenen met de omgeving waarin ze opgroeiden. En van al deze teleurstellingen is voor de meeste mensen het huwelijk datgene wat het meest onbevredigend is. Hoe teleurgesteld iemand ook is over zijn geboorte, zijn opgroeien of zijn huwelijk, iedereen die dit alles heeft meegemaakt, weet dat iemand niet kan kiezen waar en wanneer iemand geboren was, hoe iemand eruitziet, wie zijn ouders zijn en wie zijn partner is. Iemand moet simpelweg de Hemelse wil accepteren. Maar wanneer voor mensen de tijd aanbreekt om de volgende generatie op te voeden, zullen ze al hun ongerealiseerde verlangens uit de eerste helft van hun leven op hun nakomelingen projecteren, in de hoop dat hun kroost alle teleurstellingen die zij zelf ervaren hebben in de eerste helft van hun leven zal goedmaken. Dus geven mensen zich over aan allerlei fantasieën over hun kinderen: dat hun dochters oogverblindende schoonheden zullen worden, hun zonen elegante heren; dat hun dochters gemanierd en getalenteerd zullen zijn, en hun zonen briljante studenten en topsporters; dat hun dochters zachtaardig, deugdzaam en verstandig, en hun zonen intelligent, capabel en gevoelig zullen zijn. Ze hopen dat zij, of het nu zonen of dochters betreft, hun ouders respecteren, attent zijn tegenover hun ouders, en dat zij bij allen geliefd zijn en door iedereen geprezen worden … Op dat punt ontstaat er nieuwe hoop voor het leven en worden er nieuwe passies aangewakkerd in de harten van de mensen. Mensen weten dat ze machteloos en zonder hoop zijn in dit leven, dat ze niet nog een kans krijgen, geen nieuwe hoop krijgen zich van anderen te onderscheiden en dat ze geen andere keuze hebben dan hun lot te accepteren. En daarom projecteren ze al hun hoop, hun ongerealiseerde verlangens en idealen op de volgende generatie, in de hoop dat hun kroost hen kan helpen hun dromen waar te maken en hun verlangens te realiseren; dat hun dochters en zonen de familienaam eer aandoen en belangrijk, rijk of beroemd zullen worden. Kortom, ze willen zien, dat hun kinderen baden in een weelde van geluk. De plannen en fantasieën van mensen zijn volmaakt; weten ze niet dat het aantal kinderen dat ze zullen krijgen, het uiterlijk van hun kinderen, mogelijkheden enzovoorts niet aan hen is, dat ze het lot van hun kinderen helemaal niet in de hand hebben? Mensen zijn geen meesters over hun eigen lot, maar ze hopen wel het lot van de jongere generatie te veranderen; ze hebben geen macht om aan hun eigen lot te ontsnappen, en toch proberen ze dat van hun zonen en dochters in de hand te houden. Zijn ze zichzelf niet aan het overschatten? Is het geen menselijke dommigheid en onwetendheid?
Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, God Zelf, de unieke III
Wat betreft de omgang met kinderen: alle ouders hopen dat hun kinderen een hogere opleiding zullen krijgen en dat ze op een dag naam zullen maken en een rol in de maatschappij zullen vervullen, met een regelmatig inkomen en invloed. Alleen dit zou hun voorouders eren. Dit concept gaat voor iedereen op. ‘Mag mijn zoon een draak zijn en mijn dochter een feniks’, luidt het gezegde. Is dit concept juist? Iedereen wil dat zijn kinderen naar een prestigieuze universiteit gaan, gevolgd door een postdoctorale studie. Men gelooft dat zijn kinderen, eenmaal afgestudeerd, naam zullen maken, want in hun hart vereren alle mensen kennis. ‘Bovenal is studeren uit boeken fijn; de waarde van elk ander streven is klein’, geloven ze. Bovendien is de huidige maatschappij extreem concurrentiegericht. Zonder universitaire graad heeft men misschien niet te eten – dit is hoe iedereen denkt en is het standpunt dat men inneemt – alsof een diploma op zich je toekomst en levensonderhoud kan bepalen. Daarom geeft iedereen bij wat ze voor hun kinderen verlangen de hoogste prioriteit aan een hogere opleiding en aangenomen worden door een hoger opleidingsinstituut. Maar in werkelijkheid zijn deze opleidingen waar mensen naar streven, die kennis die ze vergaren en die gedachten van hun allemaal tegengesteld aan God en de waarheid; ze worden door Hem verafschuwd en veroordeeld. Wat is het gezichtspunt van de mens? Is het dat een mens zonder kennis en opleiding geen poot heeft om op te staan in deze maatschappij en deze wereld, een minder mens is, een pauper? In jouw ogen is iedereen die het aan kennis ontbreekt, die weinig ontwikkeld is en grotendeels onopgeleid, iemand waar je op neer kunt kijken en die je kunt beschimpen en als onbelangrijk kunt behandelen. Is dat niet zo? Jouw gezichtspunt en vooronderstelling zijn op zich al verkeerd. Jullie brengen je kinderen groot om naar school te gaan en een hogere opleiding te krijgen zodat ze een goede toekomst tegemoet gaan, maar heb je ooit bedacht hoeveel vergiften van Satan dit onderwijs hen zal hebben toegediend tegen de tijd dat ze klaar zijn? Hoeveel van zijn gedachten en theorieën op je kinderen zullen zijn overgebracht? Mensen denken niet aan dit soort dingen. Ze weten alleen dat als hun kinderen naar een hoger opleidingsinstituut gaan, ze zullen slagen en hun voorouders eer bewijzen. Als gevolg zal de dag komen waarop je kinderen thuiskomen, je met hen spreekt over geloof in God en zij met afkeer reageren. Wanneer je met hen spreekt over de waarheid, zullen zij je onnozel noemen, je uitlachen en je woorden minachtend opvatten. Wanneer die dag komt, zul je het gevoel hebben dat je het verkeerde pad koos toen je je kinderen naar zo’n school stuurde voor zo’n opleiding, maar dan zal het te laat zijn voor spijt. Als deze gedachten en zienswijzen eenmaal bij een mens zijn binnengedrongen, wortel hebben geschoten en vorm hebben gekregen, kunnen ze niet zomaar snel worden verwijderd of veranderd. Zo'n gesteldheid kun je niet omkeren noch kun je zulke gedachten als ze nu hebben verhelpen en je kunt geen dingen uit hun gedachten en zienswijzen plukken. Er is niemand die zegt: “Ik stuur mijn kinderen alleen maar naar school om het ABC te leren en om Gods woorden te leren lezen en begrijpen. Daarna laat ik ze zich richten op hun geloof in God en leren ze ook nog een nuttig beroep. Het is beter als ze mensen van een goed kaliber en een goede menselijkheid worden, die hun plicht kunnen vervullen in het huis van God. Als ze echter hun plicht niet kunnen vervullen, zullen ze een manier hebben om voor zichzelf en hun gezin te zorgen in de wereld, en dat is voldoende. Het draait erom dat ik zie dat ze accepteren wat van God komt in Zijn huis en dat ik ze niet laat vervuilen en zwartmaken door de maatschappij.” Wat de eigen kinderen betreft: niemand voert hen gewillig tot God met als enige reden dat ze de waarheid van Zijn woorden aanvaarden, dat ze zich gedragen naar de waarheid en Gods vereisten. Mensen zijn niet bereid dat te doen en durven het niet, uit angst dat hun kinderen geen bron van inkomsten of toekomst in de maatschappij zullen hebben. Wat wordt er bevestigd door deze zienswijze? Er wordt bevestigd dat mensen geen interesse hebben in de waarheid en in geloof in God. Ze vertrouwen niet op God, laat staan dat ze werkelijk vertrouwen in Hem hebben. In hun harten is het deze wereld die ze achten en vereren. Ze hebben het gevoel dat als ze de wereld achter zich laten ze op geen enkele manier kunnen leven, terwijl als ze God achter zich laten, ze toch nog steeds eten, kleding en onderdak zouden hebben. Ze hebben het gevoel dat als ze de kennis en opleiding van de maatschappij achter zich zouden laten, het gedaan zou zijn met ze, dat ze niet meer in de maatschappij zouden passen en dat door de maatschappij worden verworpen en geëlimineerd worden betekent dat je niet kunt overleven. Je hebt het vertrouwen niet om te zeggen dat je kunt leven wanneer je de wereld achter je laat en op God vertrouwt, dat God dan een reddingsboei naar je uit zal gooien waardoor je zult kunnen leven. Je hebt het begrip of de moed niet om dit te zeggen. Deze woorden zijn niet bedoeld om te eisen dat je dit echt zo in praktijk brengt, maar om te zeggen dat voordat je zo praktiseert en deze kwesties aanpakt, deze gedachten en zienswijzen al vorm hebben aangenomen binnen in jou en al je woorden en daden beheersen. Ze kunnen beslissen hoe jij in de toekomst zult handelen en hoe je met deze kwesties zult omgaan.
uit ‘Alleen door je verkeerde opvattingen in te zien, kun je jezelf kennen’ in ‘Verslagen van de gesprekken van Christus’
Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.