Dagelijkse woorden van God: God kennen | Fragment 79

16 juni 2020

De woorden van de Heer Jezus tot Zijn discipelen na Zijn opstanding

Joh. 20:26-29 Een week later waren de leerlingen weer bij elkaar en Tomas was er nu ook bij. Terwijl de deuren gesloten waren, kwam Jezus in hun midden staan. ‘Ik wens jullie vrede!’ zei hij, en daarna richtte hij zich tot Tomas: ‘Leg je vingers hier en kijk naar mijn handen, en leg je hand in mijn zij. Wees niet langer ongelovig, maar geloof.’ Tomas antwoordde: ‘Mijn Heer, mijn God!’ Jezus zei tegen hem: ‘Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven.’

Joh. 21:16-17 Nog eens vroeg hij: ‘Simon, zoon van Johannes, heb je me lief?’ Hij antwoordde: ‘Ja, Heer, u weet dat ik van u houd.’ Jezus zei: ‘Hoed mijn schapen,’ en voor de derde maal vroeg hij hem: ‘Simon, zoon van Johannes, houd je van me?’ Petrus werd verdrietig omdat hij voor de derde keer vroeg of hij van hem hield. Hij zei: ‘Heer, u weet alles, u weet toch dat ik van u houd.’ Jezus zei: ‘Weid mijn schapen.’

Wat deze passages vertellen zijn een aantal dingen die de Heer Jezus deed en zei tot Zijn discipelen na Zijn opstanding. Laten we eerst eens kijken of er verschillen zijn tussen de Heer Jezus voor en na de opstanding. Was Hij nog steeds dezelfde Heer Jezus van voorheen? De Schrift bevat de volgende regel die de Heer Jezus na de opstanding beschrijft: “Terwijl de deuren gesloten waren, kwam Jezus in hun midden staan. ‘Ik wens jullie vrede!’ zei hij”. Het is heel duidelijk dat de Heer Jezus op dat moment niet langer vlees was, maar een spiritueel lichaam. Dit was omdat Hij de beperkingen van het vlees was overstegen. Toen de deur was gesloten kon Hij toch in het midden van de mensen verschijnen en hen in staat stellen Hem te zien. Dit is het grootste verschil tussen de Heer Jezus na de opstanding en de Heer Jezus levend in het vlees van voor de opstanding. Hoewel er geen verschil was tussen het uiterlijk van het spirituele lichaam van dat moment en het uiterlijk van de Heer Jezus van daarvoor, was Jezus op dat moment toch een Jezus geworden die de mensen als een vreemdeling voorkwam. Dat kwam omdat Hij na te zijn opgewekt uit de dood een spiritueel lichaam was geworden en dit lichaam vergeleken met Zijn vorige vlees raadselachtiger en verwarrender voor mensen was. Het creëerde ook meer afstand tussen de Heer Jezus en de mensen, en de mensen voelden in hun hart dat de Heer Jezus op dat moment mysterieuzer was geworden. Dit begrip en deze gevoelens van de kant van de mensen brachten hen plotseling terug naar een tijdperk waarin geloofd werd in een God die niet kon worden gezien of aangeraakt. Het eerste wat de Heer Jezus dus deed na Zijn opstanding was het iedereen mogelijk te maken Hem te zien, hen vast te laten stellen dat Hij bestaat, en hen in staat te stellen het feit van Zijn opstanding te bevestigen. Daarnaast herstelde dit Zijn relatie met de mensen zodat ze weer dezelfde relatie met Hem hadden als toen Hij in het vlees werkte en Hij de Christus was die ze konden zien en aanraken. Op deze manier was één uitkomst dat de mensen er niet meer aan twijfelden dat de Heer Jezus was opgewekt uit de dood nadat Hij aan het kruis was genageld en dat er geen twijfel meer bestond aan het werk van de Heer Jezus de mensheid te verlossen. Een andere uitkomst was dat het feit dat de Heer Jezus na Zijn opstanding voor de mensen verscheen en de mensen toestond Hem te zien en aan te raken de mensheid stevig in het Tijdperk van Genade plaatste. Vanaf dat moment konden mensen vanwege de ‘verdwijning’ of de ‘desertie’ van de Heer Jezus niet meer terugkeren naar het vorige tijdperk, het Tijdperk van de Wet, maar zouden ze voorwaarts blijven gaan, in het voetspoor van de onderwijzingen van de Heer Jezus en het werk dat Hij had gedaan. Op die manier was er formeel een nieuwe fase in het werk van het Tijdperk van Genade aangebroken en de mensen die onder de wet waren geweest, kwamen vanaf dat moment formeel onder de wet vandaan en gingen binnen in een nieuw tijdperk, met een nieuw begin. Dit zijn de talrijke betekenissen van de verschijning van de Heer Jezus aan de mensheid na de opstanding.

Hoe konden mensen Hem aanraken en zien terwijl Hij toch een spiritueel lichaam was? Dit heeft te maken met het belang van de verschijning van de Heer Jezus aan de mensheid. Viel jullie in deze passages uit de Schrift iets op? Over het algemeen kunnen spirituele lichamen niet worden gezien of aangeraakt, en na de opstanding was het werk dat de Heer Jezus op zich had genomen reeds volbracht. In theorie hoefde Hij dus absoluut niet in Zijn oorspronkelijke beeld terug te keren te midden van de mensen om hen te ontmoeten, maar de verschijning van het spirituele lichaam van de Heer Jezus aan mensen zoals Tomas maakte haar betekenis concreter en penetreerde dieper in de harten van de mensen. Toen Hij bij Tomas kwam liet Hij de twijfelende Tomas Zijn hand aanraken en sprak tot hem: “leg je hand in mijn zij. Wees niet langer ongelovig, maar geloof.” Deze woorden, deze handelingen, waren geen dingen die de Heer Jezus uitsluitend wilde zeggen en doen nadat Hij was opgewekt, het waren dingen die Hij wilde doen voordat Hij aan het kruis werd genageld. Het is duidelijk dat de Heer Jezus die nog niet aan het kruis was genageld mensen zoals Tomas reeds begreep. Wat kunnen we hieruit aflezen? Hij was na Zijn opstanding nog steeds dezelfde Heer Jezus. Zijn essentie was niet veranderd. De twijfels van Tomas waren niet net opgekomen, hij had deze de hele tijd dat hij de Heer Jezus volgde gehad. De Heer Jezus was echter de Heer Jezus die was opgewekt uit de dood en teruggekeerd was uit de spirituele wereld met Zijn oorspronkelijke beeld, met Zijn oorspronkelijke gezindheid en met Zijn begrip van de mensheid uit Zijn tijd in het vlees, en dus ging Hij eerst op zoek naar Tomas om hem Zijn rib te laten aanraken, hem niet alleen zijn spirituele lichaam na de opstanding te laten zien maar hem ook het bestaan van zijn spirituele lichaam aan te laten raken en te laten voelen en zijn twijfels volledig weg te nemen. Voordat de Heer Jezus aan het kruis was genageld, twijfelde Tomas de hele tijd dat Hij de Christus was en kon hij het niet geloven. Zijn geloof in God was slechts gefundeerd op wat hij kon zien met zijn eigen ogen, wat hij kon aanraken met zijn eigen handen. De Heer Jezus had een goed begrip van het geloof van dit type mens. Zij geloofden alleen in de God in de hemel en geloofden in geheel niet de Ene die door God was gezonden, of de Christus in het vlees, en waren niet bereid Hem te aanvaarden. Om hem te laten erkennen en geloven in het bestaan van de Heer Jezus en dat Hij waarlijk de vleesgeworden God was, liet Hij toe dat Tomas zijn hand uitstrekte en Zijn rib aanraakte. Was Tomas’ twijfel voor de opstanding van de Heer Jezus anders dan erna? Hij twijfelde altijd en afgezien van het spirituele lichaam van de Heer Jezus dat hem persoonlijk verscheen en waarvan Tomas de wonden van de spijkers mocht aanraken, kon niemand zijn twijfels wegnemen en kon niemand hem ertoe brengen ze los te laten. Dus, op het moment dat de Heer Jezus hem toestond Zijn rib aan te raken en hem het bestaan van de wonden van de spijkers echt liet voelen, verdween Tomas’ twijfel, en wist hij echt dat de Heer Jezus was opgewekt en erkende en geloofde hij dat de Heer Jezus de ware Christus was, dat Hij de vleesgeworden God was. Hoewel Tomas op dat moment niet meer twijfelde, had hij voor altijd de kans gemist Christus te ontmoeten. Hij had voor altijd de kans gemist met Hem samen te zijn, Hem te volgen en Hem te kennen. Hij had de kans gemist door Christus te worden vervolmaakt. De verschijning van de Heer Jezus en Zijn woorden boden een vaststelling van en een oordeel over het geloof van degenen die vol twijfel waren. Hij gebruikte Zijn feitelijke woorden en handelingen om de twijfelaars te vertellen, om degenen die alleen in God in de hemel maar niet in Christus geloofden te vertellen dat God hun geloof niet prees, noch hun navolging, die vol twijfels was. De dag waarop ze volledig in God en Christus geloofden kon uitsluitend de dag zijn waarop God Zijn grote werk volbracht. Natuurlijk was die dag ook de dag waarop het oordeel over hun twijfel werd uitgesproken. Hun houding tegenover Christus bepaalde hun lot, hun koppige twijfel betekende dat hun geloof hen niets opleverde en hun hardheid betekende dat hun hoop ijdel was. Omdat hun geloof in God in de hemel gebaseerd was op illusies en hun twijfel aan Christus in feite hun werkelijke houding ten opzichte van God was, was hun geloof, hoewel ze de wonden van de spijkers op het lichaam van de Heer Jezus aanraakten, nog steeds waardeloos en kon hun uitkomst alleen maar worden beschreven als vechten tegen de wind – vergeefse moeite. Wat de Heer Jezus tegen Tomas zei was ook heel duidelijk aan alle mensen gericht: de opgewekte Heer Jezus is de Heer Jezus die eerst drieëndertig en een half jaar lang onder de mensheid heeft gewerkt. Hoewel Hij aan het kruis was genageld, de vallei van de schaduw van de dood had betreden en was opgestaan, was er geen enkel aspect van Hem veranderd. Hoewel Hij nu de wonden van de spijkers op Zijn lichaam had en hoewel Hij was opgewekt en het graf was uitgewandeld, waren Zijn gezindheid, Zijn begrip van de mensheid en Zijn intenties voor de mensheid in het geheel niet veranderd. Hij vertelde de mensen ook dat Hij van het kruis was afgekomen, over de zonde had getriomfeerd, over moeilijkheden had getriomfeerd en over de dood had getriomfeerd. De wonden van de spijkers waren inderdaad het bewijs van Zijn overwinning op Satan, bewijs van het feit dat Hij een zondoffer was voor het met succes verlossen van de hele mensheid. Hij vertelde mensen dat Hij de zonden van de mensheid reeds op Zich had genomen en Hij Zijn verlossingswerk had volbracht. Toen Hij terugkeerde om Zijn discipelen te zien, vertelde Hij hen met Zijn verschijning: “Ik ben nog steeds in leven, ik besta nog steeds. Vandaag sta ik werkelijk voor jullie zodat jullie mij kunnen zien en aanraken. Ik zal altijd met jullie zijn.” De Heer Jezus wilde het geval van Tomas ook gebruiken als waarschuwing voor toekomstige mensen: hoewel je in de Heer Jezus gelooft, kun je Hem noch zien noch aanraken. Toch kun je worden gezegend door je ware geloof en kun je de Heer Jezus zien door je ware geloof; dit soort mens is gezegend.

Deze in de Bijbel vastgelegde woorden die de Heer Jezus sprak toen Hij aan Tomas verscheen zijn een grote steun voor alle mensen in het Tijdperk van Genade. Zijn verschijnen en Zijn woorden aan Tomas hebben een diepgaande invloed op toekomstige generaties gehad en blijven tot in de eeuwigheid van betekenis. Tomas vertegenwoordigt een type mens dat gelooft in God, maar toch aan God twijfelt. Ze zijn van nature wantrouwig, hebben sinistere harten, zijn verraderlijk en geloven niet in de dingen die God kan volbrengen. Ze geloven niet in Gods almacht en Zijn heerschappij, en ze geloven niet in de vleesgeworden God. De opstanding van de Heer Jezus was voor hen echter een klap in het gezicht en het bood hun gelegenheid hun eigen twijfel te ontdekken, hun eigen twijfel te herkennen en hun eigen verraad te erkennen, en zo werkelijk te geloven in het bestaan en de opstanding van de Heer Jezus. Wat met Tomas gebeurde was een waarschuwing en een aanmaning voor latere generaties zodat meer mensen zichzelf konden waarschuwen niet te twijfelen zoals Tomas, en te weten dat als ze zo twijfelden, ze zouden wegzinken in de duisternis. Wanneer je God volgt, maar je net zoals Tomas altijd de rib van de Heer wilt aanraken en zijn wonden van de spijkers wilt voelen ter bevestiging en verificatie, en om te speculeren of God wel of niet bestaat, zal God je in de steek laten. De Heer Jezus eist dus van mensen dat ze niet zoals Tomas zijn en alleen geloven wat ze met hun eigen ogen kunnen zien, maar een zuiver, eerlijk mens te zijn die geen twijfels koestert tegenover God, maar alleen in Hem gelooft en Hem volgt. Dit type mens is gezegend. Dit is een zeer bescheiden eis die de Heer Jezus aan mensen stelt, en een waarschuwing voor Zijn volgelingen.

Het Woord, Deel II, Over het kennen van God, Gods werk, Gods gezindheid en God Zelf III

Een deel van het materiaal uit deze video is afkomstig van:

De bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap. https://www.debijbel.nl

Meer bekijken

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Delen

Annuleren

Neem contact op via Messenger