Voorwaarden voor het binnengaan in het hemelse koninkrijk
-
1
Ik heb altijd gedacht dat de Heer Jezus voor ons aan het kruis gestorven is. Hij heeft ons van onze zonden verlost en heeft ze vergeven. Hoewel we blijven zondigen en nog gereinigd moeten worden, heeft de Heer ons al onze zonden vergeven en ons rechtvaardig gemaakt door ons geloof. Ik dacht dat zolang we alles opofferden om voor de Heer te werken, zolang we bereid waren te lijden en de prijs te betalen, we dan het hemelse koninkrijk mochten betreden. Ik dacht dat de Heer dit aan ons beloofd had. Maar sommige broeders en zusters trekken dit geloof nu in twijfel. Zij zeggen dat ook al hebben we voor de Heer gewerkt, we nog steeds vaak zondigen, waarna we onze zonden opbiechten, dus zijn we nog niet gereinigd. Zij beweren dat de Heer heilig is, dus kunnen niet-heiligen Hem niet ontmoeten. Mijn vraag is: kunnen wij, die alles hebben opgeofferd voor de Heer, echt opgenomen worden in het hemelse koninkrijk? We weten het antwoord op deze vraag echt niet, en daarom willen we er met jullie over praten.
-
-
-
-
-
-
7
We geloven al vele jaren, Al preken we, werken we voor de Heer en lijden we zelfs, we zijn nog steeds in staat om te liegen, te bedriegen en te zwendelen. Elke dag rechtvaardigen we ons. Dus we zijn vaak eigenwijs, opschepperig en neerbuigend. We leven in een oneindige cyclus van zonde en berouw, niet bij machte om aan de boeien van het vlees te ontsnappen. zonder het woord van de Heer te ervaren en in praktijk te brengen. We hebben de werkelijkheid van het woord van de Heer niet nageleefd. Is er enige kans dat we naar het koninkrijk van de hemel worden gebracht? Sommige mensen zeggen, dat de Heer ons als vrij van zonden ziet, hoe we ook zondigen en worden beheerst door het vlees. Ze richten zich naar het woord van Paulus: “In een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, wanneer de bazuin het einde inluidt. Wanneer de bazuin weerklinkt, zullen de doden worden opgewekt met een onvergankelijk lichaam en zullen ook wij veranderen” (1 Kor. 15:52). Deze mensen veronderstellen dat de Heer onze vorm in een oogwenk zal veranderen als Hij komt en ons naar het koninkrijk van de hemel zal brengen. Anderen accepteren dit argument niet en denken dat zij die zijn gered door hun geloof maar voortdurend zondigen het koninkrijk van de hemel niet kunnen binnengaan. Ze richten zich vooral naar het woord van de Heer Jezus: “Niet iedereen die tegen mij zei, Heer, Heer, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan; Ja. maar hij die de wil doet van mijn Vader, die in de hemelen is” (Mat. 7:21). “[…] jullie moeten dus heilig zijn, want ik ben heilig” (Lev. 11:45).
-
-
-
-
-
-