Dagelijkse woorden van God: Gods werk kennen | Fragment 193
30 augustus 2020
Toen God in het Tijdperk van Genade terugkeerde naar de derde hemel, was Gods werk van verlossing van de gehele mensheid eigenlijk al in de slotfase beland. Alles wat op aarde achterbleef, waren het kruis dat Jezus droeg, het fijne linnen waarin Jezus was gewikkeld, de doornenkroon en de scharlaken mantel die Jezus aanhad (dit waren voorwerpen waarmee de Joden de spot met Hem dreven). Dat wil zeggen, het werk van Jezus’ kruisiging had enige tijd voor oproer gezorgd en was daarna weer geluwd. Van toen af begonnen Jezus’ discipelen Zijn werk voort te zetten, overal in de kerken te hoeden en te bewateren. De inhoud van hun werk was dit: alle mensen tot bekering brengen, hun zonden laten belijden en zich laten dopen; de apostelen verspreidden allemaal uit eerste hand het verhaal van Jezus’ kruisiging en wat er feitelijk was gebeurd, iedereen kon niet anders dan voor Jezus neervallen om zijn zonden te belijden, en bovendien verspreidden de apostelen overal de woorden die Jezus had gesproken. Vanaf dat punt begon het opbouwen van de kerken in het Tijdperk van Genade. Waar Jezus over sprak in dat tijdperk richtte zich ook op het leven van de mens en de wil van de hemelse Vader. Het is alleen zo dat de tijdperken verschillend zijn en daardoor veel van die uitspraken en praktijken erg verschillen van die van deze tijd. Maar de essentie van beide is gelijk. Beide zijn niets meer of minder dan het werk van Gods Geest in het vlees. Dat soort werk en die woorden zijn tot op de dag van vandaag doorgegaan, daarom zijn de dingen die in de huidige religieuze kerken worden verkondigd dat soort dingen en zijn ze geen greintje veranderd. Toen Jezus’ werk klaar was, kreeg het juiste pad van Jezus Christus voet aan de grond op aarde, maar God begon plannen voor een andere fase van Zijn werk, de kwestie van vleeswording in de laatste dagen. Voor de mens besloot Gods kruisiging het werk van Gods vleeswording, verloste het de hele mensheid en was Hij in staat om de sleutel tot het dodenrijk te bemachtigen. Iedereen denkt dat Gods werk volledig is volbracht. In feite is voor God nog maar een klein gedeelte van Zijn werk volbracht. Hij heeft de mensheid slechts verlost; Hij heeft de mensheid niet overwonnen, laat staan de lelijkheid van Satan in de mens veranderd. Vandaar dat God zegt: “Hoewel mijn geïncarneerde vlees de pijn van de dood heeft ondergaan, was dat niet het hele doel van mijn vleeswording. Jezus is mijn geliefde Zoon en werd voor mij aan het kruis genageld, maar Hij heeft mijn werk niet volledig afgerond. Hij heeft er maar een deel van gedaan.” Dus begon God de tweede ronde met plannen om het werk van de vleeswording voort te zetten. Gods ultieme bedoeling is iedereen die is gered uit Satans handen te vervolmaken en te winnen, daarom maakte God Zich wederom op om gevaren te riskeren door in het vlees te komen. Wat met ‘vleeswording’ wordt bedoeld, is dat het vlees geen heerlijkheid met Hem brengt (omdat Gods werk nog niet is voltooid), maar dat Hij verschijnt in de identiteit van de geliefde Zoon en de Christus is, in wie God welbehagen heeft. Daarom wordt er gezegd dat hiermee “gevaren worden getrotseerd”. Het geïncarneerde vlees heeft uiterst geringe macht en moet grote voorzichtigheid betrachten, heel wat anders dan het gezag van de Vader in de hemel, en Hij vervult alleen de bediening van het vlees, volbrengt het werk en de opdracht van God de Vader zonder zich met ander werk in te laten. Hij volbrengt slechts één deel van het werk. Daarom wordt God bij Zijn komst op aarde ‘Christus’ genoemd. Deze betekenis is erin vervat. De reden waarom er wordt gezegd dat de komst gepaard gaat met verleidingen is omdat er slechts één werkproject wordt volbracht. Bovendien is de reden waarom God de Vader Hem slechts ‘Christus’ en ‘geliefde Zoon’ noemt en Hem niet alle glorie heeft gegeven precies omdat het geïncarneerde vlees één werkproject komt doen, niet om de Vader in de hemel te vertegenwoordigen, maar veeleer om de bediening van de geliefde Zoon te vervullen. Wanneer de geliefde Zoon de hele opdracht voltooit die Hij op Zijn schouders heeft genomen, zal de Vader Hem alle heerlijkheid geven samen met de identiteit van de Vader. Men kan zeggen dat dit de hemelse heerschappij is. Omdat de Ene die in het vlees is gekomen en de Vader in de hemel in twee verschillende omstandigheden zijn, staren de twee alleen in de Geest naar elkaar, de Vader houdt een oog op de geliefde Zoon, maar de Zoon kan de Vader niet van veraf zien. Omdat de functie van het vlees ontoereikend is en Hij de kans loopt om elk moment vermoord te worden, wordt er gezegd dat deze komst gepaard gaat met groot gevaar. Dit komt erop neer dat God Zijn geliefde Zoon wederom afstaat en Hem in de bek van de tijger plaatst. God plaatste Hem met gevaar voor Zijn leven op de plaats waar Satan het meest geconcentreerd is. Zelfs in zulke benarde omstandigheden stond God Zijn geliefde Zoon af aan de mensen van een vuile, losbandige plaats om Hem in ‘groot te brengen’. Dit komt omdat het de enige manier is waarop Gods werk volledig zin heeft en de enige manier om alle wensen van God de Vader te vervullen en het laatste deel van Zijn werk onder de mensen te volbrengen. Jezus volbracht slechts één fase van het werk van God de Vader. Vanwege de barrière van het geïncarneerde vlees en de verschillen in het volbrachte werk, wist Jezus Zelf niet dat er een tweede terugkeer naar het vlees zou zijn. Daarom heeft geen enkele Bijbel-uitlegger of profeet duidelijk durven profeteren dat God in de laatste dagen opnieuw zou incarneren, dat wil zeggen, dat Hij opnieuw in het vlees zou komen om het tweede deel van Zijn werk in het vlees te verrichten. Daarom heeft niemand zich gerealiseerd dat God Zichzelf al lang geleden in het vlees had verborgen. Een klein wonder, want pas nadat Jezus was herrezen en naar de hemel was opgevaren, aanvaardde Hij deze opdracht, dus daarom is er geen duidelijke profetie over Gods tweede vleeswording en is het moeilijk in te schatten voor het menselijk verstand. In al de vele boeken met profetieën in de Bijbel zijn geen woorden te vinden waarmee dit duidelijk wordt vermeld. Maar toen Jezus met Zijn werk begon, was er al een duidelijke profetie geweest die zei dat er een maagd met een kind zou zijn en dat zij een zoon voort zou brengen, wat betekende dat Hij was verwekt door de Heilige Geest. Toch zei God dat dit onder levensgevaar was gebeurd, dus in welke mate zal dit vandaag de dag nog sterker het geval zijn? Geen wonder dat God zegt dat de vleeswording deze keer gevaren riskeert die duizenden malen groter zijn dan die tijdens het Tijdperk van Genade. Op veel plaatsen heeft God geprofeteerd dat Hij een groep overwinnaars in het land Sinim zal vormen. Aangezien overwinnaars in het Oosten van de wereld moeten worden gevormd, is dus de plek waar God bij Zijn tweede vleeswording voet zet ongetwijfeld het land Sinim, precies waar de grote rode draak opgerold ligt. Daar zal God de nakomelingen van de grote rode draak winnen zodat hij compleet verslagen en te schande gemaakt wordt. God wil deze zwaar lijdende mensen opwekken, ze compleet opwekken, en ze uit de mist laten wandelen en de grote rode draak laten verwerpen. God wil ze opwekken uit hun droom, ze de essentie van de grote rode draak laten weten, ze hun gehele hart aan God laten geven, ze de verdrukking van de duistere machten laten ontstijgen, ze in het Oosten van de wereld laten opstaan en ze bewijs van Gods overwinning laten worden. Pas dan zal God glorie verkrijgen. Om juist die reden bracht God het werk dat tot een einde kwam in Israël naar het land waar de grote rode draak opgerold ligt en is Hij, bijna tweeduizend jaar nadat Hij vertrokken is, weer gekomen in het vlees om het werk van het Tijdperk van Genade voort te zetten. Voor het blote oog van de mens introduceert God nieuw werk in het vlees. Maar wat God betreft, zet Hij het werk van het Tijdperk van Genade voort, alleen met een tijdsverschil van een paar duizend jaar en alleen met een verandering van werklocatie en werkproject. Hoewel de beeltenis van het vlees die God in het huidige werk heeft aangenomen een heel andere persoon is dan Jezus, hebben Zij hetzelfde wezen en dezelfde basis en komen Zij uit dezelfde bron. Zij mogen dan wel veel uiterlijke verschillen hebben, maar de innerlijke waarheden van Hun werk zijn volkomen identiek. De tijdperken verschillen immers ook als dag en nacht. Hoe kan Gods werk onveranderd blijven? Of hoe kan het werk elkaar verstoren?
Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Werk en intrede (6)
Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.
Andere video's