Dagelijkse woorden van God: Intrede in het leven | Fragment 521

11 september 2020

Dit was een hoogtepunt in de ervaringen van Petrus, toen zijn lichaam bijna geheel gebroken was, maar Jezus hem van binnen aanmoedigde. En Hij verscheen eenmaal aan hem. Toen Petrus enorm leed en zijn hart gebroken was, gaf Jezus hem de opdracht: “Jij bent met mij op aarde geweest, en ik was hier met jou. En ondanks dat wij voordien samen in de hemel waren, behoort dat uiteindelijk tot de spirituele wereld. Ik ben nu naar de spirituele wereld teruggekeerd, en jij bent op aarde. Want ik ben niet van aarde, en ook al ben jij ook niet van aarde, jij zult wel je functie op aarde moeten uitoefenen. Aangezien je een dienaar bent, moet je je plicht zo goed mogelijk uitvoeren.” Petrus was getroost nu hij gehoord had dat hij aan Gods zijde terug mocht keren. Toen Petrus zo’n pijn had dat hij haast aan zijn bed was gekluisterd, voelde hij zoveel wroeging dat hij zei: “Ik ben zo verdorven, ik kan God niet tevredenstellen.” Jezus verscheen aan hem en zei: “Petrus, kan het zijn dat je de belofte die je mij ooit hebt gedaan vergeten bent? Ben je echt alles vergeten wat ik gezegd heb? Ben je je belofte aan mij vergeten?” Petrus zag dat het Jezus was en stond van zijn bed op, en Jezus troostte hem: “Ik ben niet van de aarde, dit heb ik je eerder verteld, dit moet je begrijpen, maar ben je iets anders vergeten dat ik je verteld heb? ‘Jij bent ook niet van de aarde, niet van de wereld.’ Op dit moment is er werk dat je moet doen, je kunt je nu niet in je verdriet verliezen, je kunt nu niet zo lijden. Ook al kunnen de mens en God niet samen in één wereld leven, toch heb ik mijn werk, en jij het jouwe. Op een dag, als jouw werk klaar is, zullen we samen in een Koninkrijk verblijven, en zal ik je leiden zodat je voor altijd bij mij kan zijn.” Nadat Petrus deze woorden had gehoord, voelde hij zich getroost en gerustgesteld. Hij wist dat hij zijn lijden moest doorstaan en ervaren, en vanaf dat moment was hij bezield. Jezus verscheen speciaal op alle cruciale momenten en gaf hem een speciale verlichting en leiding, en Jezus verrichtte veel werk in hem. En waar had Petrus het meeste spijt van? Jezus stelde Petrus nog een vraag (al staat dit niet zo in de Bijbel) niet lang nadat Petrus ‘U bent de Zoon van de levende God’ gezegd had, en dat was de volgende vraag: “Petrus! Heb je mij ooit liefgehad?” Petrus begreep wat Hij bedoelde en zei: “Heer! Ik heb de Vader in de hemel ooit liefgehad, maar ik moet toegeven dat ik u nooit heb liefgehad.” Toen zei Jezus: “Als mensen de Vader in de hemel niet liefhebben, hoe kunnen ze de Zoon op aarde dan liefhebben? En als mensen de Zoon die door God de Vader gestuurd is niet liefhebben, hoe kunnen ze dan de Vader in de hemel liefhebben? Als mensen de Zoon op aarde echt liefhebben, dan hebben ze de Vader in de hemel ook echt lief.” Toen Petrus deze woorden hoorde begreep hij zijn tekortkoming. Hij voelde altijd tot tranen toe wroeging over zijn woorden ‘Ik heb de Vader in de hemel ooit liefgehad, maar ik heb u nooit liefgehad.’ Na de herrijzenis en hemelvaart van Jezus voelde hij nog meer wroeging en verdriet door deze woorden. Hij herinnerde zich zijn werk in het verleden en zijn huidige gestalte en kwam vaak tot Jezus in gebed, altijd vol spijt en schuld omdat hij Gods wens niet had vervuld en niet aan Gods normen had voldaan. Dit werd zijn zwaarste last. Hij zei: “Op een dag zal ik alles wat ik heb en alles wat ik ben aan u wijden, ik zal u het meest waardevolle geven.” Hij zei: “God! Ik heb slechts één geloof en één liefde. Mijn leven is niets waard, mijn lichaam is niets waard. Ik heb slechts één geloof en één liefde. In mijn geest heb ik geloof in u en in mijn hart heb ik liefde voor u; ik heb alleen deze twee dingen aan u te geven, niets anders.” Petrus putte veel moed uit de woorden van Jezus, want voor Zijn kruisiging had Jezus tegen hem gezegd: “Ik ben niet van deze wereld, en ook jij bent niet van deze wereld.” Later, toen Petrus een moment van grote pijn had bereikt, herinnerde Jezus hem hier aan: “Petrus, ben je het vergeten? Ik ben niet van de wereld, en het was slechts voor mijn werk dat ik vroegtijdig wegging. Ook jij bent niet van de wereld, ben je dat vergeten? Ik heb je dit tweemaal verteld, herinner je je dat niet?” Petrus hoorde Hem en zei: “Ik ben het niet vergeten!” Toen zei Jezus: “Ooit heb je een gelukkige tijd met mij samen in de hemel doorgebracht en je bent een tijd aan mijn zijde geweest. Je mist mij, en ik mis jou. Hoewel de schepselen in mijn ogen het vermelden niet waard zijn, hoe kan ik hem die onschuldig is en beminnelijk niet liefhebben? Ben je mijn belofte vergeten? Je moet mijn opdracht op aarde aanvaarden; je moet de taak die ik jou heb toevertrouwd uitvoeren. Op een dag zal ik je zeker bij de hand nemen en naast mij plaatsen.” Toen Petrus dit had gehoord vatte hij nog meer moed en raakte hij nog meer geïnspireerd, zodanig dat toen hij aan het kruis hing hij in staat was te zeggen: “God! Ik kan u niet voldoende liefhebben! Zelfs als u mij vraagt te sterven, kan ik u niet voldoende liefhebben! Waar u mijn ziel ook heenzendt, of u nu uw belofte nakomt of niet, wat u daarna ook doet, ik heb u lief en geloof in u.” Waar hij zich aan vasthield was zijn geloof, en ware liefde.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Hoe Petrus Jezus leerde kennen

Meer bekijken

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Geef een reactie

Delen

Annuleren

Neem contact op via Messenger