Christelijke muziek ‘Wie is oprecht aan God toegewijd?’

26 april 2020

Vers 1

Wanneer ik aan de mens eisen stel,

sluit hij snel zijn pakhuis.

Wanneer ik aan de mens geef,

opent hij zijn mond snel,

om mijn rijkdom stiekem op te nemen.

En hij huivert diep in zijn hart,

bang dat ik hem terug zal slaan.

Zo is de mond van de mens

halfopen, halfdicht;

hij kan niet echt genieten van

de rijkdom die ik schenk.

Refrein

Wie, van de mensen

van de wereld van vandaag,

waaronder degenen

in mijn huishouding,

neemt er echt zijn toevlucht tot mij?

Wie geeft zijn hart in ruil

voor de prijs die ik heb betaald?

Wie heeft er ooit

in mijn huishouding gewoond?

Heeft iemand zich

echt aangeboden aan mij?

Heeft iemand zich

echt aangeboden aan mij?

Vers 2

Ik veroordeel de mens niet lichtvaardig.

Toch neemt hij me altijd bij de hand

en vraagt me om genade.

Pas wanneer hij me smeekt,

schenk ik nogmaals ‘genade’.

Ik geef hem de scherpste woorden uit mijn mond,

zodat hij zich schaamt,

niet in staat om mijn ‘genade’ te ontvangen.

Hij laat anderen het aan hem doorgeven.

Brug

Wanneer hij al mijn woorden heeft opgenomen,

komt zijn gestalte overeen met mijn wensen,

zijn smeekbeden zijn succesvol en niet vergeefs;

ik zegen de eerlijke beden van de mens en geen schijn.

Refrein

Wie, van de mensen van de wereld van vandaag,

waaronder degenen in mijn huishouding,

neemt er echt zijn toevlucht tot mij?

Wie geeft zijn hart in ruil

voor de prijs die ik heb betaald?

Wie heeft er ooit in mijn huishouding gewoond?

Heeft iemand zich echt aangeboden aan mij?

Heeft iemand zich echt aangeboden aan mij?

uit ‘Volg het Lam en zing een nieuw lied’

Meer bekijken

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Geef een reactie

Delen

Annuleren

Neem contact op via Messenger