Dagelijkse woorden van God: Mysteries over de Bijbel | Fragment 266

Voor het Tijdperk van Genade lazen mensen de Bijbel. Maar toen was er alleen het Oude Testament, er was nog geen Nieuw Testament. Sinds het Oude Testament er was, zijn mensen begonnen de Heilige Schrift te lezen. Toen Mozes niet meer door Jehova werd begeleid, schreef hij Genesis, Exodus en Deuteronomium … Hij bracht het werk van Jehova in die tijd in herinnering en schreef het op. De Bijbel is een geschiedenisboek. Natuurlijk, er staan ook wel voorspellingen van profeten in, en deze voorspellingen zijn zeker geen geschiedenis. De Bijbel bevat diverse onderdelen en bestaat niet alleen uit profetieën, of uit het werk van Jehova, noch zijn er enkel de brieven van Paulus. Je moet weten uit hoeveel delen de Bijbel bestaat: het Oude Testament bestaat uit Genesis, Exodus …, en ook zijn er de profetieboeken die de profeten schreven. Uiteindelijk eindigt het Oude Testament met het boek Maleachi. Het is een verslag van het Tijdperk van de Wet dat door Jehova werd geleid; van Genesis tot aan het boek Maleachi is het een allesomvattend verslag van al het werk van het Tijdperk van de Wet. Dit wil zeggen dat het Oude Testament alles vastlegde wat werd beleefd door de mensen die door Jehova werden geleid in het Tijdperk van de Wet. Tijdens het Tijdperk van de Wet in het Oude Testament sprak het grote aantal profeten dat Jehova op de been had gebracht profetieën voor Hem, ze gaven de verschillende stammen en volkeren onderricht en voorspelden het werk dat Jehova zou gaan doen. Deze mensen die op de been waren gebracht, hadden allen de Geest der profetie ontvangen van Jehova: ze konden de visioenen zien die Jehova hun gaf en Zijn stem horen en zo werden ze door Hem geïnspireerd en schreven ze profetieën. Het werk dat zij deden was de uitdrukking van de stem van Jehova, het was het profetiewerk dat zij namens Jehova uitvoerden en het werk van Jehova in die tijd was eenvoudigweg de mensen met de Geest te leiden; Hij werd geen vlees en de mensen zagen niets van Zijn gezicht. Zo heeft Hij vele profeten op de been gebracht om Zijn werk te doen en hen voorzien van orakels om aan iedere stam en clan van Israël door te geven. Het was hun werk te profeteren, en sommigen schreven de aanwijzingen op van Jehova aan hen, om deze aan anderen te laten zien. Jehova heeft deze mensen op de been gebracht om te profeteren, het toekomstige werk of het werk dat nog in die tijd te doen stond te voorspellen, zodat de mensen de wonderbaarlijkheid en wijsheid van Jehova konden aanschouwen. Deze profetieboeken verschilden behoorlijk van de andere Bijbelse boeken, het waren woorden die gesproken en geschreven waren door hen die de Geest der profetie hadden ontvangen, door hen die de visioenen of de stem van Jehova hadden ontvangen. Als je de profetieboeken buiten beschouwing laat, is het Oude Testament een door mensen opgestelde verslaglegging nadat Jehova klaar was met Zijn werk. Deze boeken kunnen de voorspellingen door de profeten die Jehova had laten opstaan niet vervangen, net zomin als dat Genesis en Exodus vergeleken kunnen worden met het boek Jesaja en het boek Daniël. De profetieën waren uitgesproken voordat het werk werd uitgevoerd, terwijl de andere boeken geschreven werden nadat het werk klaar was, wat is waartoe mensen in staat waren. De profeten uit die tijd waren door Jehova geïnspireerd en spraken enkele profetieën. Ze spraken vele woorden en voorspelden de dingen van het Tijdperk van Genade en de vernietiging van de wereld in de laatste dagen – het werk dat Jehova van plan was. Alle overige boeken leggen het werk van Jehova in Israël vast. Als je de Bijbel dus leest, lees je vooral over wat Jehova in Israël deed. In het Oude Testament staat voornamelijk geschreven over het werk van Jehova die Israël leidt, hoe Hij Mozes gebruikte om de Israëlieten uit Egypte te leiden, hen van de ketenen van de Farao bevrijdde en mee de wildernis in nam, waarna ze het land Kanaän binnengingen. Alles wat daarna volgde was hun leven in Kanaän. Behalve dit zijn er alleen verslagen van het werk van Jehova in heel Israël. Alles wat in het Oude Testament staat geschreven is het werk van Jehova in Israël, het is het werk dat Jehova deed in het land waarin Hij Adam en Eva heeft geschapen. Vanaf het moment na Noach, dat God de mensen op aarde officieel begon te leiden, is alles wat in het Oude Testament staat het werk van Israël. En waarom is er dan niets vastgelegd over enig werk buiten Israël? Omdat het land Israël de bakermat van de mensheid is. In het begin waren er geen andere landen dan Israël, en Jehova werkte nergens anders. Zo is wat er in de Bijbel staat uitsluitend het werk in Israël in die tijd. De woorden die door de profeten gesproken werden, door Jesaja, Daniël, Jeremia en Ezechiël … hun woorden voorspellen Zijn andere werk op aarde, ze voorspellen het werk van Jehova God Zelf. Dit kwam allemaal van God, het was het werk van de Heilige Geest en behalve deze boeken van de profeten is er alleen een verslag van de ervaringen van de mensen met Jehova’s werk in die tijd.

Het scheppingswerk vond plaats voordat de mensheid bestond, maar het boek Genesis kwam pas nadat de mensheid er was. Dit boek was door Mozes geschreven tijdens het Tijdperk van de Wet. Het is net als wat er vandaag onder jullie gebeurt: nadat het gebeurt, schrijven jullie het op om het aan de mensen in de toekomst te laten zien. Voor de mensen in de toekomst is wat jullie hebben vastgelegd dus wat voorheen is gebeurd, het is niets meer dan geschiedenis. Wat in het Oude Testament is vastgelegd is Jehova’s werk in Israël, en wat in het Nieuwe Testament is vastgelegd is Jezus’ werk tijdens het Tijdperk van Genade. Ze documenteren het werk van God in twee verschillende tijdperken. Het Oude Testament documenteert Gods werk gedurende het Tijdperk van de Wet en dus is het Oude Testament een historisch boek, terwijl het Nieuwe Testament het product is van het werk van het Tijdperk van Genade. Met de aanvang van het nieuwe werk raakte het verouderd. Het Nieuwe Testament is dus ook een historisch boek. Natuurlijk is het Nieuwe Testament minder systematisch dan het Oude Testament, er staat ook minder in. De vele woorden die Jehova uit het Oude Testament heeft gesproken zijn allemaal opgetekend in de Bijbel, terwijl slechts sommige van de woorden van Jezus in de vier evangeliën zijn vastgelegd. Jezus heeft natuurlijk ook veel werk verricht, maar dit is niet allemaal gedetailleerd opgetekend. Er is minder opgeschreven in het Nieuwe Testament vanwege de hoeveelheid werk die Jezus heeft gedaan; in de drieënhalf jaar die Hij op aarde was, deed Hij veel minder werk dan Jehova, en dat geldt ook voor Zijn apostelen. En dus zijn er minder boeken in het Nieuwe Testament dan in het Oude Testament.

Het Woord, Deel I, De verschijning en het werk van God, Over de Bijbel (1)

Rampen zoals oorlogen en pandemieën komen vaak voor over de hele wereld. Hoe kunnen we de terugkeer van de Heer verwelkomen en Gods bescherming krijgen tijdens rampen? Neem deel aan onze gebedsbijeenkomst om de weg te vinden.

Gerelateerde inhoud

Neem contact op via Messenger